H3.2 Overeenkomst en verwantschap

H3.2

Overeenkomst en verwantschap
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H3.2

Overeenkomst en verwantschap

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag

Blikken we terug op de lesstof van de vorige keer.
Krijgen we uitleg over basisstof 2.
De leerdoelen van vandaag:
  • Je kunt soorten en rassen onderscheiden
  • Je kunt uitleggen dat de indeling van organismen berust op overeenkomst en verwantschap. 

Slide 2 - Tekstslide

STEEDS KLEINER
Je kunt een Rijk (bijv. het rijk van de dieren), onder verdelen in de niveaus:  
Rijken = Dieren
Stam = Gewervelden
Klasse = Zoogdieren
Orde = Roofdieren
Familie = Katachtigen
Geslacht = Panters
Soort = Tijgers





Slide 3 - Tekstslide

Zet van klein naar groot.
Soorten
Stammen
Rijk
Orde
Geslachten
Families
Klassen
Leven
Domein

Slide 4 - Sleepvraag



Welk organisme beschikt in zijn cellen NIET over celwanden?
A
Dieren
B
Bacteriën / Archea
C
Planten
D
Schimmels

Slide 5 - Quizvraag

Welke Organismen hebben Geen Celkern?
A
Planten
B
Dieren
C
Schimmels
D
Bacteriën/Archea

Slide 6 - Quizvraag

Op basis van welke kenmerken kunnen we organismen indelen?

Slide 7 - Open vraag

Hoe heten de twee hoofdgroepen waarin je een organisme kan indelen?
A
prokaryoten en eukaryoten
B
Dieren en schimmels
C
Protozoa en chromista
D
Bacteriën en planten

Slide 8 - Quizvraag

In welke 5 rijken kunnen we de Eukaryoten indelen?
A
Chromista, planten, dieren, schimmels
B
Eukaryoten, Prokaryoten, dieren, schimmels, bacteriën
C
Cromista, Protozoa, dieren, schimmels, planten
D
Protozoa, Cromista, Prokaryoten, dieren, planten

Slide 9 - Quizvraag

Je krijgt 30 seconden om het woord te raden

Je moet de ontbrekende letter in de taartpunt plaatsen.

Na 30 seconden, moet je het begrip uitleggen

Slide 10 - Tekstslide

E
I
B
A
timer
0:30
R
E
T
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z

Slide 11 - Sleepvraag


Geef een korte uitleg over het begrip, 

Slide 12 - Open vraag

E
N
N
C
timer
0:30
R
E
K
L
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z

Slide 13 - Sleepvraag


Geef een korte uitleg over het begrip, 

Slide 14 - Open vraag

E
K
N
R
timer
0:30
J
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z

Slide 15 - Sleepvraag


Geef een korte uitleg over het begrip, 

Slide 16 - Open vraag

Basisstof 2
Overeenkomsten en verwantschap

Slide 17 - Tekstslide

Hoe meer overeenkomst twee organismen vertonen, hoe meer ze bij dezelfde groepen worden ingedeeld.
Lijken op elkaar, zitten in dezelfde familie
Lijken niet elkaar, zitten niet eens in zelfde rijk

Slide 18 - Tekstslide

Soort
Soms lijken  dieren heel erg op elkaar, maar behoren ze niet tot dezelfde soort!
Deze zijn niet dezelfde soort!

Slide 19 - Tekstslide

Soms lijken dieren helemaal niet op elkaar maar behoren ze wel tot 1 soort!

Slide 20 - Tekstslide

Soort
Organismen behoren alleen tot dezelfde soort als ze zich onderling kunnen voortplanten en de nakomelingen vruchtbaar zijn.

Slide 21 - Tekstslide

Zezel
Een Zezel, een kruising van een zebra en een ezel. Kan zelf geen veulens krijgen. 
Lijger
Kruising van Leeuw en tijger, is onvruchtbaar
Scheit
Een kruising tussen een geit en een schaap. Is onvruchtbaar. 

Slide 22 - Tekstslide

Ras
Een soort kan uit verschillende rassen bestaan.
Bijvoorbeeld alle hondenrassen behoren tot de soort hond.

Slide 23 - Tekstslide

Evolutie
Soorten ontstaan door evolutie
Door variatie en selectie kunnen soorten langzaam veranderen. Evolutie: soorten ontstaan, veranderen en verdwijnen.

Slide 24 - Tekstslide

0

Slide 25 - Video

Verwantschap
-De tijger en de leeuw zijn hier meer aan elkaar
verwant dan de tijger en de aap.

-Hoe langer geleden twee soorten zijn ontstaan uit
een gemeenschappelijke voorouder, hoe minder
verwant ze zijn.
-Hoe meer verwant soorten zijn,
hoe meer overeenkomsten hun DNA vertoont.

Slide 26 - Tekstslide

Leg uit wanneer 2 organismen tot dezelfde soort behoren

Slide 27 - Open vraag

Leg uit wat verwantschap is

Slide 28 - Open vraag

Leg uit wat evolutie is

Slide 29 - Open vraag

Wat hebben jullie deze les geleerd?

Slide 30 - Woordweb

Aan het werk: maak thema 3.2

Maak de de opdrachten vanaf blz 182 t/m 188. Opdracht 1 t/m 9 (Digitaal).
Weet je het antwoord niet? zoek het op in blz. 180 t/m 182.

De eerste 10 minuten werk je alleen
Daarna mag je overleggen met je buurman/vrouw

Niet klaar ? Maak het thuis af.

Slide 31 - Tekstslide