Herhaling zuren basen + pH berekeing

Herhaling zuren basen + pH berekeing
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhaling zuren basen + pH berekeing

Slide 1 - Tekstslide

pH
zuren: H3O+ verlaagt de pH
basen: OH- verhoogt de pH

hoe hoger de concentratie H3O+/OH- hoe lager/hoger de pH

Slide 2 - Tekstslide

Formule voor zuren

Slide 3 - Tekstslide

Sterke zuren
Stel je lost 6,0 gram HCl op in 1 L water. Wat wordt de pH
HCl + H2O --> Cl- + H3O+


Slide 4 - Tekstslide

Sterke zuren
Stel je lost 6,0 gram HCl op in 1 L water. Wat wordt de pH
HCl + H2O --> Cl- + H3O+
6,0 gram / 36,46 g/mol= 0,16 mol



Slide 5 - Tekstslide

Sterke zuren
Stel je lost 6,0 gram HCl op in 1 L water. Wat wordt de pH
HCl + H2O --> Cl- + H3O+
6,0 gram / 36,46 g/mol= 0,16 mol
molverhouding 1:1 dus 0,16 mol H3O+



Slide 6 - Tekstslide

Sterke zuren
Stel je lost 6,0 gram HCl op in 1 L water. Wat wordt de pH
HCl + H2O --> Cl- + H3O+
6,0 gram / 36,46 g/mol= 0,16 mol
molverhouding 1:1 dus 0,16 mol H3O+
0,16 mol / 1L = 0,16 M 


Slide 7 - Tekstslide

Sterke zuren
Stel je lost 6,0 gram HCl op in 1 L water. Wat wordt de pH
HCl + H2O --> Cl- + H3O+
6,0 gram / 36,46 g/mol= 0,16 mol
molverhouding 1:1 dus 0,16 mol H3O+
0,16 mol / 1L = 0,16 M 
-log(0,16) = 0,78

Slide 8 - Tekstslide

pH voor basen
.


Maar pOH is NIET pH

Slide 9 - Tekstslide

pH voor basen
.


Maar pOH is NIET pH

Slide 10 - Tekstslide

pH voor basen
.


Maar pOH is NIET pH


dus pH (basen) = 14 - pOH

Slide 11 - Tekstslide

NORMALE Significantie regels
- Horen bij meetwaardes
 
- Bij delen en vermenigvuldigen: niet meer significantie cijfers dan het getal met de laagste hoeveelheid significantie cijfers
- optellen en aftrekken: schrijf eerst alles op in dezelfde eenheid en dezelfde 10 macht --> getal niet meer decimalen dat het getal met de laagste aantal decimalen 

Slide 12 - Tekstslide

Significantie
- Nullen vóór het getal begint tellen niet mee, wel daarna

Slide 13 - Tekstslide

Significantie regels bij een pH berekening
Het aantal significante cijfers van de concentratie = het aantal decimalen van de pH 

bv: concentratie van 0,040 M (2 significante cijfers)
-log(0,040) = 1,39794 
dan 2 decimalen = 1,40 

Slide 14 - Tekstslide

ik ga 3,5 gram van zuur X oplossen in 250 mL. hoeveel decimalen heeft de pH?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 15 - Quizvraag

Ik ga 2,54 gram van base X oplossing in 100 mL. hoeveel decimalen krijgt de pH?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 16 - Quizvraag

Ik ga 4,23 gram van base X oplossen in 1,0 L. Hoeveel decimalen krijgt de pH?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 17 - Quizvraag

Bereken de pH van de volgende oplossingen 
1. Ik los 2,35 gram waterstofbromide op in 750 mL water. 

2. Ik los 4,32 gram vast natronloog (NaOH) op in 1,5 L water.

Slide 18 - Tekstslide