Les 6, P1

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan wij vandaag doen?
  • Aftekenkaart P1 op papier
  • Aftekenen leerdoel 1-6
  • Herhalen  scheidingsmethodes kort
  • Uitleg Dichtheid
  • Aan de slag met de opdrachten
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

2 Belangrijke mededelingen 
1. Op vrijdag 14 november afteken les, zorg ervoor dat de 3 aftekenvragen op de aftekenkaart zijn ingevuld+ neem alle bewijzen mee!!
2. De repetitie is op woensdag 19 november, de theorie (aantekeningen), opdrachten van de lesson-ups en plaatjes aan de hand van de leerdoelen 1-19 goed doornemen en bestuderen(leren). STAAT AL OP PEPPELS

Slide 3 - Tekstslide

Aftekenkaart M&N
  • elke les bij je hebben
  • niet bij je hebben=materiaal vergeten 

Slide 4 - Tekstslide

Aftekenmoment
De twee vragen "Hoe bewijs je dat je het leerdoel beheerst?''
 en ''Wat heb ik geleerd en waar moet ik nog extra aandacht aan besteden?'' uitwerken voor de leerdoelen 1-6.


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

scheidingsmethodes
Naam
Scheiden op basis van verschil in
Scheiden van welk soort mengsel
Toepassing
Bezinken
dichtheid
suspensie
waterzuivering
Filtreren
deeltjesgrootte
suspensie
koffie 
Adsorptie
aanhechtings-vermogen
oplossingen
gasmengsels
gasmasker
Indampen
kookpunt
oplossingen
zeezout winning
Destilleren
kookpunt
oplossingen
sterke drank maken
Herhalen scheidingsmethodes

Slide 7 - Tekstslide

Dichtheid 
Dichtheid

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen 


  •  Ik kan met de formule ρ=m/V  rekenen aan de dichtheid van een stof.
  •  Ik kan aan de hand van de dichtheid bepalen of een stof zweeft, drijft of zinkt.






Slide 9 - Tekstslide

Dichtheid
Wat is dichtheid?
Dichtheid is hoeveel iets weegt voor hoe groot iets is. 
een kilo lood en een kilo veren zijn allebij een kilo, maar een kilo veren is veel groter. 
Hoe bereken je de dichtheid?
De dichtheid bereken je door de massa (hoe zwaar iets is) te delen door het volume (hoe groot iets is). 
dichtheid=massa/volume
Je moet opletten dat je de massa in gram hebt, en het volume kubieke centimeter. 
Voorbeeld
Een stuk hout met een volume van 40 cm3.
Het stuk hout heeft een massa van 25 gram.
Dichtheid = massa / volume
dichtheid = 25 / 40 = 0,625 g/cm3

Slide 10 - Tekstslide

drijven, zweven of zinken.
Drijven, zweven of zinken
Of een stof blijft zweven zinken of drijven is afhankelijk van de dichtheid.  Als iets een kleinere dichtheid heeft dan blijft het drijven op een grotere dichtheid. Op het moment dat een stof dezelfde dichtheid heeft zal deze zweven in de stof er omheen. En als een stof een grotere dichtheid heeft zal deze zinken,
Waarom hout drijft?
Het stuk hout van het vorige voorbeeld drijft op het water. 
Dat komt omdat de dichteid van water altijd 1 g/cm3 is. 
De dichtheid van het hout is 0,625 g/cm3.
De dichtheid van het hout is dus kleiner dan die van het water. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Stappenplan (G,G,F,B,A)
1. Gegevens: Wat weet ik allemaal? 
2. Gevraagd: Wat moet ik berekenen/ wat willen ze weten
3. Formule: Welke formule heb ik hiervoor nodig
4. Berekening: Hoe bereken ik het antwoord in stappen
5. Antwoord: Wat is mijn antwoord + eenheid

Slide 13 - Tekstslide

Dichtheid berekenen
Schrijf al je berekeningen op volgens de stappen:
1. Gegeven:
2. Gevraagd:
3. Formule:
4. Berekening:
5. Antwoord+ eenheid:

Slide 14 - Tekstslide

Wat is de formule om de dichtheid mee te bereken.
A
Dichtheid = volume / massa
B
Dichtheid = volume x massa
C
Dichtheid = massa / volume
D
Dichtheid = massa x volume

Slide 15 - Quizvraag

Bereken de dichtheid en geef aan of het materiaal drijft zweeft of zinkt.
Een plasticfles heeft een massa van 8 gram en een volume van 30 cm3.

Slide 16 - Open vraag

Bereken de dichtheid en geef aan of het materiaal drijft zweeft of zinkt in water.
Een steen heeft een massa van 800 gram en een volume van 50 cm3.

Slide 17 - Open vraag

Bereken de dichtheid en geef aan of het materiaal drijft zweeft of zinkt.
Een vis heeft een massa van 100 gram en een volume van 100 cm3.

Slide 18 - Open vraag

Bereken de dichtheid en geef aan of het materiaal drijft zweeft of zinkt.
Een olievlek heeft een massa van 0,06 kg en een volume van 67 cm3.

Slide 19 - Open vraag

De sleepvraag gaat over een blokje dat je in een vloeistof laat zakken. Wat gebeurt er met het blokje?
De dichtheid is groter dan de vloeistof 
De dichtheid is gelijk aan de vloeistof 
De dichtheid is kleiner dan de vloeistof 
zinken 
drijven 
zweven 

Slide 20 - Sleepvraag

De formule is:
Dichtheid = massa : volume
Dichtheid
Volume
massa

Slide 21 - Sleepvraag

Waarom is de dichtheid van een stof een stofeigenschap?
A
omdat twee stoffen nooit de zelfde dichtheid hebben
B
omdat dichtheid van een stof altijd hetzelfde blijft
C
omdat dichtheid van een stof gemakkelijk te herkennen is
D
omdat de dichtheid hetzelfde is voor alle soorten stoffen

Slide 22 - Quizvraag

Je hebt een stuk hout en een stuk metaal van dezelfde grootte. Het stuk metaal weegt zwaarder dan het stuk hout. Welke stofeigenschap bepaalt dit verschil?
A
de massa
B
het volume
C
de dichtheid
D
de grootte

Slide 23 - Quizvraag

Hoe ging de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Huiswerk 
De twee vragen "Hoe bewijs je dat je het leerdoel beheerst?''
 en ''Wat heb ik geleerd en waar moet ik nog extra aandacht aan besteden?'' uitwerken voor de leerdoelen 7 en 8.


Slide 25 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide