H4a: Lineaire en exponentiele verbanden les 3

Wiskunde
1 / 15
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wiskunde

Slide 1 - Slide

Procentuele groei
Stel dat je € 2000,- op een rekening zet met 10% rente.



Dit is een exponentieel verband met groeifactor 1,1.
t
0
1
2
3
B
2000
2200
2420
2662

Slide 2 - Slide

Van groeipercentage naar groeifactor
Bij een procentuele verandering is de oude hoeveelheid altijd gelijk aan 100%. Als iets toeneemt met 23% dan is de nieuwe hoeveelheid dus 123%.
Oud                Nieuw
          100%               123%          
De groeifactor = nieuw/oud = 123 / 100 = 1,23 

Slide 3 - Slide

Van groeipercentage naar groeifactor
Als iets afneemt met 41% dan is de nieuwe hoeveelheid dus 100% - 41% = 59%.
Oud                Nieuw
          100%               59%          
De groeifactor = nieuw/oud = 59 / 100 = 0,59
Bij een afname is de groeifactor dus altijd kleiner dan 1. 

Slide 4 - Slide

Bij een toename van 4% is de groeifactor...
A
4
B
1,4
C
1,04
D
0,4

Slide 5 - Quiz

Bij een toename van 14% is de groeifactor...
A
14
B
1,14
C
1,4
D
1,014

Slide 6 - Quiz

Bij een toename van 114% is de groeifactor...
A
11,4
B
1,14
C
1,114
D
2,14

Slide 7 - Quiz

Bij een groeifactor van 1,15 hoort een groeipercentage van ...
A
+15%
B
+11,5%
C
+1,5%
D
-85%

Slide 8 - Quiz

Bij een groeifactor van 11 hoort een groeipercentage van ...
A
+1000%
B
+1100%
C
+100%
D
+10%

Slide 9 - Quiz

Bij een afname van 18% hoort een groeifactor van ...
A
1,18
B
0,18
C
0,82
D
-1,18

Slide 10 - Quiz

Bij een afname van 99% hoort een groeifactor van ...
A
1,99
B
1
C
0,1
D
0,01

Slide 11 - Quiz

Hoeveel werd er twee jaar geleden aan afval betaald?
WWw

Slide 12 - Slide

Rekenen met groeifactoren
Bij een toename van 10% hoort een groeifactor van 1,1
Bij een toename van 8,4% hoort een groeifactor van 1,084

Als je terug rekent, deel je door de groeifactor

Twee jaar terug was het dus 2,2 mld : 1,1 : 1,084 = 1,85 mld

Slide 13 - Slide

Hoeveel boetes in 2019?

Slide 14 - Slide

Weektaak

Paragraaf 5.2, 5.3 en 5.4

Slide 15 - Slide