figuren en assenstelsels

Wat gaan we vandaag doen?
- assenstelsels herhalen
- Oefenen met assenstelsels
- Figuren maken in assenstelsels
1 / 14
next
Slide 1: Slide
RekenenMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Wat gaan we vandaag doen?
- assenstelsels herhalen
- Oefenen met assenstelsels
- Figuren maken in assenstelsels

Slide 1 - Slide

Welke zijn waar?
A
Een x-as is de horizontale as in een assenstelsel.
B
Een coördinaat heeft altijd 3 getallen.
C
Het snijpunt van de x-as en de y-as is de Oorsprong.
D
coördinaten zijn altijd hele getallen.

Slide 2 - Quiz


Welke zijn waar?
A
Punt B heeft als coördinaat B(4,5;3)
B
Punt C heeft als coördinaat C(5,5;7)
C
Punt A heeft als coördinaat (7,2)

Slide 3 - Quiz

Sleep de kaartjes naar de goede plek
(1,9)
(5;3,5)
(2,5;6,5)
(2,2)
(5,8)

Slide 4 - Drag question

Opdracht;

Neem een stuk ruitjespapier.

Teken een assenstelsel met horizontale as van O tot 8 en verticale as van O tot 5

Slide 5 - Slide

Teken nu in je assenstelsel de punten A(1,1), B(3,1) en C(2,4).

Verbind punt A met punt B. 

Verbind punt B met punt C.

Verbind punt C met punt D.

Slide 6 - Slide

Welk figuur zie je in je assenstelsel?
A
Rechthoek
B
Driehoek
C
Vierkant

Slide 7 - Quiz

Teken nu in hetzelfde assenstelsel de punten D(3,2), E(5,2), F(5,5) en G(3,5).

Verbind punt D met punt E. 
Verbind punt E met punt F. 
Verbind punt F met punt G.
Verbing punt G met punt D.

Slide 8 - Slide

Welk figuur zie je in je assenstelsel?
A
Rechthoek
B
Driehoek
C
Vierkant

Slide 9 - Quiz

Teken nu in hetzelfde assenstelsel de punten I(7,4), J(8,4), K(8,5) en L(7,5).

Verbind punt I met punt J. 
Verbind punt J met punt K. 
Verbind punt K met punt L.
Verbing punt L met punt I.

Slide 10 - Slide

Welk figuur zie je in je assenstelsel?
A
Rechthoek
B
Driehoek
C
Vierkant

Slide 11 - Quiz

Neem een stuk roosterpapier.

Teken een assenstelsel zoals hiernaast. 

Slide 12 - Slide

Teken nu de volgende punten in het assenstelsel en verbind steeds het laatst gezette punt met het vorige punt zoals we bij de vorige opdrachten hebben gedaan.

(2,2), (4,2), (4,4), (6,4), (6,2), (10,2), (7,4), (8,6), (8,12), (10,8), (8,10), (8,12), (6,14), (4,14), (2,10), (3,4), (2,2), (3,4), (1,8), (0,6), (2,16), (2,18), (4,19), (6,18), (8,18), (5,17), (6,18), (8,18), (6,16), (5,17), (6,16), (8,12).

Slide 13 - Slide


Zet nu een dikke stip op (4,18).

Slide 14 - Slide