2E 03/06

2E 03/06
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

2E 03/06

Slide 1 - Slide

Present perfect
Doelen: 
  • Hoe maak ik een present perfect?

  • Wanneer gebruik ik de present perfect?

  • Signaalwoorden van de present perfect.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Present perfect:
Wanneer gebruik je de present perfect?
A
het is in het verleden gebeurd en niet belangrijk wanneer.
B
bij feiten, gewoontes en regelmaat.
C
wanneer het nog moet gaan gebeuren.
D
als het nu gebeurt.

Slide 4 - Quiz

PRESENT PERFECT:
Welk werkwoord is ALTIJD aanwezig in de present perfect?
A
do of does
B
am of are
C
have of has
D
was of were

Slide 5 - Quiz

Maak present perfect:
I ..... eaten an apple.
A
have
B
has

Slide 6 - Quiz

Maak present perfect:
Peter ......... told a joke.
A
have
B
has

Slide 7 - Quiz

Vul de present perfect in:
Martha..... her homework. (finish)

Slide 8 - Open question

I ... (work) here since 2019.

Slide 9 - Open question

She ... (live) in Terborg for 7 years.

Slide 10 - Open question

John ... (pass) his exams.

Slide 11 - Open question

They ... (return) from China already!

Slide 12 - Open question

S   Samenvatting
1. Begonnen in het verleden nu nog steeds
2. Praten over ervaringen
3. Iets gebeurd waarvan je nu het resultaat merkt
4. Er staat geen tijd in de zin.

have / has + ww + ed of have /has + 3e rijtje onr. ww.

FOR - YET - NEVER - EVER - JUST -ALREADY - SINCE

Slide 13 - Slide

Maken:
Afmaken paragraaf 6.2

Slide 14 - Slide