Wiskunde 2de - herhalingsoefeningen

Wat leg je klaar?
  • Leerwerkboeken getallenleer en meetkunde
  • Cursusblaadje
  • Rekentoestel
  • Schrijfgerief



1 / 44
next
Slide 1: Slide
WiskundeSecundair onderwijs

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Wat leg je klaar?
  • Leerwerkboeken getallenleer en meetkunde
  • Cursusblaadje
  • Rekentoestel
  • Schrijfgerief



Slide 1 - Slide

Ter info
  • Gele dia = Extra uitleg
  • Blauwe dia = actief meewerken! :)

Slide 2 - Slide

11 vraagjes
daarna kan je vrij studeren aan het vak wiskunde
vragen kan je vrijdag stellen in de laatste les  
Let op bij het noteren van machten, a² noteer je gewoon als a2

Slide 3 - Slide

Wat is je lievelingsvak?
A
wiskunde
B
wiskunde
C
wiskunde
D
wiskunde

Slide 4 - Quiz


Welk
congruentiekenmerk?
A
HHZ
B
ZHZ
C
ZZZ
D
HZH

Slide 5 - Quiz

Z

Slide 6 - Slide

Z
H

Slide 7 - Slide

Z
H
Z

Slide 8 - Slide

Bereken
(noteer machten als a3b2)
(3a3b2)3=
(3a3b2)3=
(3a3b2)3=

Slide 9 - Open question

macht tot een macht verheffen
*elke factor tot de macht verheffen
* exponenten vermenigvuldigen
(3a3b2)3=
27a9b6

Slide 10 - Slide

Welke hoek is
de kleinste?
A
B
C

Slide 11 - Quiz

Welke hoek is
de kleinste?

In een driehoek ligt tegenover een langere zijde een grotere hoek
(en omgekeerd).

Slide 12 - Slide

Welke hoek is
de kleinste?

In een driehoek ligt tegenover een langere zijde een grotere hoek
(en omgekeerd).

Slide 13 - Slide

Welke formule heb je nodig om
48 . 52 uit te rekenen?
A
B

Slide 14 - Quiz

48 . 52 = 
(50 - 2) . (50 + 2) =


Slide 15 - Slide

48 . 52 = 
(50 - 2) . (50 + 2) =



(a - b) . (a + b) = a² - b²

Slide 16 - Slide

48 . 52 = 
(50 - 2) . (50 + 2) =
50² - 2² = 


(a - b) . (a + b) = a² - b²

Slide 17 - Slide

48 . 52 = 
(50 - 2) . (50 + 2) =
50² - 2² = 
2500 - 4 = 

(a - b) . (a + b) = a² - b²

Slide 18 - Slide

48 . 52 = 
(50 - 2) . (50 + 2) =
50² - 2² = 
2500 - 4 = 
2496
(a - b) . (a + b) = a² - b²

Slide 19 - Slide

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.

Slide 20 - Open question

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.                                   
^
^

Slide 21 - Slide

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.                                   
^
^

Slide 22 - Slide

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.                                   
^
^

Slide 23 - Slide

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.                                   
^
^

Slide 24 - Slide

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.                                   
^
^

Slide 25 - Slide

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.                                   
^
^

Slide 26 - Slide

Bereken de hoek C in de gelijkbenige driehoek ABC met A als top.                                   
^
^

Slide 27 - Slide

Reken uit op een kladblaadje.

7x.(3x26x+2)=

Slide 28 - Open question

Werk deze oefening uit met de distributieve eigenschap.
7x.(3x26x+2)=
21x342x2+14x

Slide 29 - Slide

Wat is geen congruentiekenmerk?
A
ZZ90°
B
ZHZ
C
HHH
D
HZH

Slide 30 - Quiz

We lachen niet met wiskunde...
HHH is dus geen congruentiekenmerk!

Slide 31 - Slide

Reken uit op een kladblaadje.

(2x2+12x)(8x236x+24)=

Slide 32 - Open question

(2x2+12x)(8x236x+24)=
2x212x+8x2+36x24=

Slide 33 - Slide

(2x2+12x)(8x236x+24)=
2x212x+8x2+36x24=

Slide 34 - Slide

(2x2+12x)(8x236x+24)=
2x212x+8x2+36x24=

Slide 35 - Slide

(2x2+12x)(8x236x+24)=
2x212x+8x2+36x24=

Slide 36 - Slide

(2x2+12x)(8x236x+24)=
2x212x+8x2+36x24=
10x2+24x24

Slide 37 - Slide

Kan je deze
driehoek tekenen?
A
Ja
B
Nee

Slide 38 - Quiz

Elke zijde moet kleiner zijn dan de som van 2 andere zijden. 
(= de driehoeksongelijkheid)

Slide 39 - Slide

Bereken met de formule:
(0,3x - 0,1)²=

Slide 40 - Open question

(0,3x - 0,1)² =


Slide 41 - Slide

(0,3x - 0,1)² =
(0,3x)² - 2 . 0,3x . 0,1 + (0,1)² =


Slide 42 - Slide

(0,3x - 0,1)² =
(0,3x)² - 2 . 0,3x . 0,1 + (0,1)² =
0,09x² - 0,06x + 0,01

Slide 43 - Slide

Goed gewerkt.
Nu nog even studeren.
Veel succes!

Slide 44 - Slide