Les 2 - P4 - Les en leidinggeven (didactiek)

Les 2 - P4 - Les en leidinggeven (didactiek)
1 / 37
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les 2 - P4 - Les en leidinggeven (didactiek)

Slide 1 - Slide

Check-In : Welke spullen raak jij vaak kwijt, en waarom?

Slide 2 - Open question

Wat raak ik vaak kwijt..

Slide 3 - Slide

Waar ging het vorige week over, welke onderwerpen zijn er behandeld?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Slide

Noem voorbeelden hoe je binnen turnen, organisatorisch kan differentiëren.

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Noem voorbeelden hoe je binnen turnen inhoudelijk kan differentiëren.

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Waar staat het BHU-model voor?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Les opdracht
-Maak een tweetal.
-Kies een sport/oefening die staat vermeld op de volgende dia.
-Vul het BHU-model in.
-Maak een voor organisatorisch en een inhoudelijk.
-Kijk elkaars antwoorden na!
-Klassikaal bespreken.
timer
10:00

Slide 13 - Slide

Organisatorisch.

Streksprong (trampoline).
Wendsprong.
Hurkzweefsprong.
Voetbal (wreeftrap)
Basketbal (set-shot)




Inhoudelijk.

Ringzwaaien.
Tennis (backhand) 
Badminton (dropshot)
Kogelstoten.
Speerwerpen.

Slide 14 - Slide

Voorbeeld Organisatorisch. 
Basisvorm : Vanaf de grond aanlopen, springen in de trampoline, (juichen), en landen en landen op een dikke mat.

Herhalingsvorm : Aanlopen vanaf 2 banken, springen in de trampoline, streksprong uitvoeren en landen op een dikke mat.

Uitbreidingsvorm : Vanaf de grond aanlopen, springen in de trampoline, vanuit de 2e trampoline een streksprong maken en landen op een dikke mat.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Lesdoelen 
Aan het einde van de les weet je...

1) De 6 functies van evalueren.
2) Op welke 4 momenten je kan evalueren.
3) Weet je wat de PDCA-cyclus is en welke relatie dit heeft met het model van van Gelder.



Slide 17 - Slide

Waarom is het evalueren van een les/training belangrijk?

Slide 18 - Open question

6 functie van evalueren..
-Verbeteren van de volgende les.
-Bijstellen van je doelstellingen.
-Input voor de begeleiding.
-Reflectie voor eigen functioneren.
-Verantwoording van je handelen.
-Beoordelen van het vaardigheidsniveau.



Slide 19 - Slide

Bijstellen van je doelstellingen (1)
Verloop van de les evalueren = procesevaluatie.

Het evalueren van het resultaat = product evaluatie.

Hebben mijn SB-deelnemers zich voldoende ontwikkeld? Is er progressie geboekt?
Op basis daarvan doelstelling bijwerken of behouden.

Slide 20 - Slide

Heb jij bij les en leidinggeven wel eens een procesevaluatie gehouden? Zo ja, wat heb je gevraagd aan je deelnemers, of tegen ze gezegd?

Slide 21 - Open question

Heb jij binnen een praktijkvak, wel eens een product-evaluatie meegemaakt? Zo ja, leg uit waarom..

Slide 22 - Open question

Input voor de begleiding (2)
Geeft je SB-deelnemers informatie mee over hun voortgang.

Slide 23 - Slide

Reflectie op je eigen functioneren (3)
Les kan anders verlopen, dan dat je verwacht hebt!
Kijk bewust naar het gedrag naar je deelnemers, die geven je ook feedback.
Waar zet je dit neer in je LEF?

Slide 24 - Slide

Bij je beginsituatie!
Bijv. vlottere overgang realiseren tussen de oefening.
Uitleg kort & bondig houden.
Ik wil vaker de coach rol aannemen, tijdens mijn les door iedereen minimaal 1 tip/aanwijzing te geven.

Slide 25 - Slide

Verantwoording voor je (eigen) handelen? Waarom is dat belangrijk?

Slide 26 - Open question

Waarom?!
-Je krijgt een klacht van een klant of het bestuur? Kan je uitleggen waarom je dit gedaan hebt?
-Je kan een klacht krijgen van een ouder als voetbal, hockey, korfbalcoach etc.
-Evaluatiegegevens kunnen je hierbij ondersteunen.
-Kerntaken, speelt verantwoorden na je eigen les/evenement ook een belangrijke rol.

Slide 27 - Slide

Beoordelen van vaardigheidsniveau 

Slide 28 - Slide

Op welke momenten evalueer je als lesgever?

Slide 29 - Open question

4 momenten van evaluatie.
1. Begin van de les (terugkomen op de vorige les).

2. Einde van de les (evalueer kort & krachtig, vraag de mening van je deelnemers, en geef je eigen).

3. Evalueren na afloop van de les (hoofdpunten op een rijtje zetten, meenemen naar de volgende les.

4.Evalueren van een lessenreeks (meet/evaluatie-instrument inzetten).

Slide 30 - Slide

Opdracht.
-Neem de vorige les/training/activiteit in gedachten die je voor het laats op je stage hebt gegeven.

-Doorloop jij de 4 momenten van evaluatie? Wat heb je daarin allemaal vertelt of gevraagd aan je deelnemers? Wat zou je de volgende keer anders doen?

-Bespreek dit in een tweetal. 

timer
4:30

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Welke 6 functies van evalueren zijn er?

Slide 34 - Open question

Op welke 4 momenten kun je evalueren?

Slide 35 - Open question

Waar staan de letters in de PDCA-cyclus voor?

Slide 36 - Open question

Tijd om aan je LEF te werken!

Slide 37 - Slide