2.3 Verwantschap

Hoofdstuk 2
1 / 13
next
Slide 1: Slide
Marketing & CommunicatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2

Slide 1 - Slide

Hoofdstuk 2
Paragraaf 2.3 Verwantschap

Slide 2 - Slide

Planning

Slide 3 - Slide

Verwantschap
Het is belangrijk om het assortiment zo samen te stellen dat de artikelen elkaar onderling versterken. Dit betekent dat een bepaald artikel de vraag naar een ander, bijpassend of aanvullend, artikel uitlokt. 
Door te werken met verwantschappen zorg je ervoor dat de artikelen in het assortiment goed bij elkaar passen en makkelijk te vinden zijn voor klanten.
Er zijn verschillende verwantschappen. 

Slide 4 - Slide

Verwantschappen

Slide 5 - Slide

Waarom is het prettig voor de klant wanneer er in een winkel wordt gewerkt met verwantschappen?

Slide 6 - Open question

Productieverwantschap
Je plaatst artikelen bij elkaar op basis van productieverwantschap als die artikelen
verwantschap met elkaar hebben op basis van de wijze waarop ze zijn geproduceerd of de
grondstof waarvan ze zijn gemaakt. 

Slide 7 - Slide

Consumptieverwantschap
Er is consumptieverwantschap als je artikelen bij elkaar plaatst die je in samenhang met
elkaar gebruikt. Ze voorzien in dezelfde behoeften of worden op dezelfde manier gebruikt
of verbruikt. Substitutie- en complementaire artikelen zijn vormen van zulke extra artikelen.

Slide 8 - Slide

Wat is een substitutieartikel of doublure?

Slide 9 - Open question

Wat is een complementair artikel?

Slide 10 - Open question

Er zijn drie verschillende soorten complementaire artikelen:
- follow-upartikel: artikel dat nodig is om een ander artikel te kunnen gebruiken
- bijartikel: artikel dat het gebruik van een zojuist of al eerder gekocht ander artikel
vergemakkelijkt of veraangenaamt, of dit andere artikel aanvult
- vervolgartikel: artikel waarmee een ander artikel kan worden uitgebreid.

Slide 11 - Slide

Koopverwantschap
Bij koopverwantschap gaat het om verwantschap van artikelen op basis van de manier
waarop ze worden gekocht. Hierin kun je vier groepen artikelen onderscheiden:
- Convenience goods zijn dagelijkse producten die vaak, snel en zonder veel
vergelijken of moeite worden aangeschaft.
- Shopping goods zijn producten die één keer of enkele keren per jaar worden gekocht
en waarvoor de klant meer moeite wil doen dan voor convenience goods op het gebied
van informatie verzamelen, vergelijken en advies vragen.
- Specialty goods zijn producten en diensten met unieke kenmerken of een goed
imago. Hiervoor wil de klant veel moeite doen.
- Preference goods zijn producten waaraan een klant de voorkeur geeft. 

Slide 12 - Slide

Aan de slag
Lees de theorie van 2.3 
Maak nu op het leerplatform de vragen en opdrachten bij deze paragraaf. 

Slide 13 - Slide