10.3-2 Koolhydraat- en eiwitvertering 5V 2223

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 10.3 Koolhydraat- en eiwitvertering
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 10.3 Koolhydraat- en eiwitvertering

Slide 1 - Slide

Doel 10.3
Je leert hoe de vertering van koolhydraten verloopt
Je leert hoe de vertering van eiwitten verloopt
Je leert hoe de vertering van DNA/ RNA verloopt




Slide 2 - Slide

BINAS
82 F en 82 G combineren
Koolhydraatvertering
Eiwitvertering

Je hoeft de begrippen niet te leren als je ze maar kunt vinden in de BINAS en kunt plaatsen in het geheel.

Slide 3 - Slide

Koolhydraatvertering
Begint in de mond: speeksel bevat enzym amylase -> breekt zetmeel (amylose) af in maltose.

Slide 4 - Slide

Koolhydraatvertering
  • In de maag stopt de vertering door het zure milieu (en eiwitverterende enzymen in de maag breken amylase af).
  • In de 12 vingerige darm voegt de alvleesklier HCO3- toe aan de voedselbrij en wordt deze licht basisch -> overgebleven amylase werkt weer
  • De alvleesklier voegt ook extra amylase toe


Slide 5 - Slide

Koolhydraatvertering
  • Sacharase en maltase breken de disachariden (welke?) af tot monosachariden die de darmwand kunnen passeren
  • In de darmwand bevinden zich speciale transporteiwitten voor glucose (paragraaf 5)


Slide 6 - Slide

Koolhydraatvertering
Bekijk de koolhydraat vertering in tabel 82E en 82G

Slide 7 - Slide

Eiwitvertering
Begint in de maag (zure omgeving)
Maagsap bevat:
  • Slijm (ter bescherming van de maagwandcellen tegen de zure maaginhoud)
  • Zoutzuur (om de omgeving zuur te maken)


Slide 8 - Slide

Eiwitvertering
Maagsap bevat:
  • Pepsinogeen : verandert in pepsine (peptase) oiv zoutzuur.
  • Pepsine knipt eiwitten tot polypeptiden dmv hydrolyse
Via de maagportier naar de 12-vingerige darm

Waarom is het belangrijk dat er eerst pepsinogeen wordt gemaakt?


Slide 9 - Slide

Eiwitvertering
Alvleessap bevat trypsinogeen en chymotrypsinogeen. Deze enzymen worden actief in de 12 vingerige darm (trypsine en chymotrypsine). Beide enzymen knippen tussen specifieke aminozuren -> kleinere polypeptiden.

Zoek in tabel 82E, 82F en 82G naar deze enzymen. 



Slide 10 - Slide

Eiwitvertering
Dunne darmsap bevat verschillende peptidasen:
Exopeptidasen (knippen één aminozuur van het uiteinde af):
Aminopeptidasen
Carboxypeptidasen



Slide 11 - Slide

Aminopeptidase

Slide 12 - Slide

 Carboxypeptidase

Slide 13 - Slide

Eiwitvertering
Dunne darmsap bevat verschillende peptidasen:
  • Endopeptidasen (knippen middenin een polypeptide) -> o.a. dipeptiden
  • Dipeptidasen breken dipeptiden af tot aminozuren




Slide 14 - Slide

DNA/ RNA vertering
Eerst met Endonuclease en exonucleasen worden de DNA strengen opgeknipt in nucleotiden.
Daarna worden de nucleotiden opgeknipt in suiker, fosfaatgroep en nucleinebasen.
Deze stoffen kunnen de celmembraan passeren





Slide 15 - Slide

Doel 10.3
Je hebt geleerd hoe de vertering van koolhydraten verloopt
Je hebt geleerd hoe de vertering van eiwitten verloopt
Je hebt geleerd hoe de vertering van DNA/ RNA verloopt



Slide 16 - Slide

Begrippen 10.3
verteringsenzymen, amylase, peptidase

Slide 17 - Slide

Huiswerk
In de online methode/ in je boek.
Maak de opdrachten van 10.3
2, 4, 6 8.


Slide 18 - Slide