Paragraaf 2

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Lesdoelen

Aan het einde van de les kan je uitleggen wat gasdruk inhoudt, met behulp van het deeltjesmodel.  

Aan het einde van de les kun je een temperatuur in graden Celsius omrekenen naar een temperatuur in graden Kelvin.

Terugblik

Aan het einde van de les kan je uitleggen hoe moleculen worden weergegeven in het deeltjesmodel.

Aan het einde van de les kan je de 3 eigenschappen van moleculen in het deeltjesmodel noemen.

Aan het einde van de les kan je uitbeelden hoe moleculen zich volgens het deeltjesmodel bewegen in de gasfase, vloeibare fase en vaste fase.

Gasdruk 

Afgesloten ruimte

Moleculen botsen tegen de wand en tegen elkaar aan

Gasdruk groter maken

Hoe kan je de gasdruk verhogen?

Wat?  Bedenk 2 manieren waardoor je de gasdruk kan verhogen.

Hoe?  Tweetallen, Pen en Papier.

Hulp? Elkaar.

Tijd?    3 minuten.

Uitkomst? Papiertje met 2 manieren om de gasdruk te kunnen verhogen.

Klaar? Bedenk nog een derde manier om de gasdruk te verhogen.

Ook klaar? Steek je vinger op!

Gasdruk & Temperatuur 

Als de temperatuur van gas stijgt, gaan deze ..... bewegen.

Langzamer = Zitten

Sneller = Staan

Het absolute nulpunt

-  Temperatuur absolute nulpunt = -273 graden Celsius.

-  Boemerangnevel

Kelvinschaal

- 0 graden Kelvin = -273 graden Celsius

- Bewegen van moleculen

Als de temperatuur 100 graden Celsius is, wat is dan de temperatuur in graden Kelvin?

Het kookpunt van kwik is 630 graden Kelvin. Hoeveel graden Celsius is dit?

Op welke 3 manieren kan je de gasdruk verhogen?

Aan het einde van de les kan je uitleggen wat gasdruk inhoudt, met behulp van het deeltjesmodel.
Leg uit hoe gasdruk werkt. Gebruik hierbij de woorden: moleculen, gas en ruimte.

Aan het einde van de les kun je een temperatuur in graden Celsius omrekenen naar een temperatuur in graden Kelvin.
23 graden Celsius = ......... graden Kelvin,
375 graden Kelvin = ........ graden Celsius.

Vooruitblik

Weektaak: Paragraaf 1 & 2 afmaken, beginnen aan paragraaf 3.

Volgende les: Stoffen scheiden.