Les 29: Ik en mijn omgeving

• Mentorles
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

Introduction

Leerlingen worden zich bewust van hun eigen lijf, ze kunnen lichaamssignalen benoemen van zichzelf en ze kunnen grenzen stellen.

Instructions

Les 29.pdf

Worksheets

Les 29.pdf

Ik en mijn omgeving

Les 29

Aan het eind van deze les...
• leg ik uit wat ik in mijn lijf heb gevoeld,
• kan ik 1 lichaamssignaal van mezelf noemen.

Omgaan met gevoelens:
Ik geef het duidelijk aan als ik iets niet wil

Bespreek met de leerlingen wat ze aan het einde van deze geleerd hebben.

Naspelen

We gaan oefenen

Hoe werkt het?

Instructie

Let op! Nu komt er uitleg

Doe activiteit

We gaan aan het werk

Schrijf opdracht

Opdracht uit de Baaz-map

Afronding

Gezamenlijke afsluiten

Kijken

Goede kijkhouding

Luisteren

Goede luisterhouding

Overleggen

Met elkaar overleggen

Groepsgesprek

Met elkaar in gesprek

Bespreek en herhaal de picto's die terugkomen in de les.

Mochten de leerlingen deze al goed kennen, kun je dit overslaan.

Les 29 - Ik en mijn omgeving

Oefeningen met je lijf

Lichaamsignalen

Groepsopdracht

Werkblad invullen

Filmfragment

Bespreek met de leerlingen de planning van de les, wijs ze hierbij ook op de picto's bij de verschillende onderdelen

Mochten leerlingen de picto's niet meer weten, ga terug naar de vorige dia

Ken ik mijn lijf?

Wat gebeurt in je hoofd?

Waar denk ik aan?

Wat hoor je in je omgeving?

Wat zie je in je omgeving?

Wat gebeurt er in mijn lijf als ik ...?

Oefening "Ken ik mijn lijf?":

We gaan in deze les onderzoeken hoe goed we onszelf kennen. We gaan onderzoeken hoe goed jij jezelf kent. Wat jij allemaal denkt en voelt.

Zo leer je ontdekken wie je bent.

Opdrachten:

1. Sluit je ogen en richt je op je hoofd. Wat denk je nu? Wat gaat er in je hoofd om aan gedachten?
2. Doe je ogen open, wat zie en hoor je om je heen?
3. Richt je nu op je eigen lijf. Wat voel je in lijf?

Spiegelen 

• Een leerling gaat voor de klas staan en neemt een lichaamshouding aan

• Alle leerlingen doen deze lichaamshouding na

Oefening "Spiegelen":

• 1 leerling gaat voor de klas staan en neemt een lichaamshouding aan.
• Alle andere leerlingen nemen dezelfde lichaamshouding aan.
• Bespreek: hoe voelt het voor jou als je nu zo staat?
• Herhaal deze oefening een aantal keren.

Gedachte en gevoel 

• Je luistert naar de gedachte

• Je bedenkt voor jezelf welk gevoel je hierbij krijgt

• Als je de bal krijgt, geef je antwoord welk gevoel je bij de gedachte hebt

Oefening gedachte en gevoel:

Zorg voor een kleine, zachte bal die je kunt overgooien.

• Lees een gedachte voor.
• Laat de leerling zelf, in stilte, nadenken wat hun gevoel hierbij is.
• Gooi de bal naar enkele leerlingen, zij mogen antwoord geven. 

Luister naar je lijf

1. Marcheren

2. Body scan

Luister naar je lijf:

Lees de informatie tekst uit de handleiding voor en bespreek de achtergrond informatie.

Doe 2 oefeningen met de leerlingen:

1. Marcheren: laat leerlingen marcheren door de klas of op de plaats. Laat ze daarna vertellen wat ze voelen in hun lijf. Geef uitleg over wat dit met je lijf kan doen.
   
2. Body scan: de leerlingen sluiten hun ogen en begeleid ze in de body scan, laat ze met hun handen hun lichaamsdelen voelen. En bespreek naderhand wat ze voelen en hebben ervaren.

Lichaamssignalen

Woordweb:

Bespreek eerst:

Om jezelf te beschermen zijn er veel signalen die je kunnen vertellen wat er gebeurt.

Hoe vaak denk je achteraf dat je beter naar je gevoel had moeten luisteren? Welke lichaamssignalen vertellen wat er aan de hand is?

Geef een aantal voorbeelden van lichaamssignalen en vraag dan de leerlingen om eigen lichaamssignalen te bedenken.

Met devices:

De leerlingen noteren hun eigen lichaamssignalen.

Zonder devices:

De leerlingen noteren hun eigen lichaamssignalen op een post it en plakken deze op het bord.

Bespreek de antwoorden van de leerlingen na.

Grens herkennen

• Ga tegenover een klasgenoot staan 3 meter ertussen
• Doe tegelijk een stap naar voren

• Wat voel je door je lijf bij elke stap dat je dichterbij elkaar komt?

• Wil je niet verder --> zeg STOP en steek je hand op

Grens herkennen:

• Laat de leerlingen tegenover elkaar gaan staan met ong. 3 meter ertussen.
• Bespreek duidelijk dat als een leerling niet verder wil, hij/zij STOP zegt en zijn/haar hand op steekt.
• Geef een signaal waarbij ze allebei tegelijkertijd een stap naar voren doen.
• Laat leerlingen nog tegenover een andere leerling gaan staan en dezelfde oefening doen.

Bespreek:

- Maakt het verschil wie er voor je staat?

- Waarom?

- Wie laat je dichterbij komen, zeker als je mensen niet kent?

- Hoe reageert je lijf erop als iemand te dichtbij komt?

Ongewenst gedrag

• Jongens groep en meisjes groep
• Schrijf met elkaar op:

Wat zijn seksueel getinte opmerkingen?

Wat is seksuele intimidatie?

Geef voorbeelden

Ongewenst gedrag:

• Maak 2 groepen in de klas; jongens en meisjes
• Geef de groepen 2 grote vellen en geef ze de opdracht
• Zet de timer

Ga na afloop in gesprek met de groepen over de verschillen en overeenkomsten.

Stel steeds de vraag wat grensoverschrijdend is.

Laat de leerlingen na afloop het werkblad invullen.

Filmfragment

Bilal Wahib

Filmfragment:

• Deel kijk- en luisterkaarten uit.
  
• Bekijk het filmfragment.
• Bespreek wat de leerlingen hebben gehoord en gezien.
• Stel de vragen:
• Hoe ga jij hiermee om?
• Wat had je anders kunnen doen?
• Wat kunnen de gevolgen zijn?
• Hoe kun je grenzen stellen?
• Hoe kun je grenzen accepteren en respecteren?