9 maart 2021 Filmpje ma famille + vragen

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Les devoirs 

Maken/leren voor de volgende les	Werkboek: ex. 32b (in LU 5/3), 34 LessonUp: Bekijk de uitlegvideo's + maak de opdrachten om grammaire te oefenen Leren voor de toetsweek: Chapitre 2: grammaire C - F - H C hapitre 3: voca ABEFG - phrases-clés DI - grammaire CFH
Programme d'aujourd'hui	Regarder une vidéo Corriger ex. 30ab

Klas 1

Prenez vos affaires:

- le livre de textes

- le livre d'exercices

- ton cahier

- ton portable --> www.lessonup.app + inloggen

02:48

Wat is het onderwerp van dit filmpje?

1. les meubles
2. les couleurs
3. la maison
4. la famille

2e x kijken:

1. Hoeveel keer wordt er een bezittelijk voornaamwoord gebruikt? (incl. titel). Zet een streepje in je schrift als je er een hoort. (*opdr: schrijf de bez.vnw. ook allemaal op!)
2. Je kunt tussendoor ook vragen krijgen, dus let goed op. 

00:25

Une amie d'école =

1. een juf
2. een oudere zus
3. een nichtje
4. een vriendin van school

01:10

L'oncle =

1. le frère du père
2. Le frère de la mère

01:35

En maths, Patricia a toujours 18 sur 20

=

1. Patricia heeft altijd een 10 voor wiskunde.
2. Patricia heeft altijd een 9 voor wiskunde.
3. Patricia heeft altijd een 8 voor wiskunde.
4. Patricia heeft altijd een 7 voor wiskunde.

02:21

(de hond = le chien)

Het is haar hond =

1. C'est son chien.
2. C'est sa chien.
3. C'est ses chien.

02:49

Hoe vaak wordt er in dit filmpje een bezittelijk voornaamwoord gebruikt? (incl titel)

1. 0 - 5 keer
2. 5 - 10 keer
3. 10 - 15 keer
4. 15 - 20 keer

16 x

Ma - ma - mes - leur - tes - mon - ma - ma - sa - leurs - mes - ma - ma - mon - son - mon

Les buts

Aan het einde van deze les ...

• Kun je minstens 3 verschillende Franse bezittelijk voornaamwoorden verstaan in een filmpje

• Het juiste bezittelijk voornaamwoord in het Frans kiezen in een opdracht

• Samen ex. 30ab bespreken

• Maak zelf in je WB: ex. 34
• In LessonUp: luisteropdrachten maken/blauwe opdr

Klaar? Dan ga je leren:

- WRTS ABEFG

- Chapitre 3 helemaal, CH 2 grammaire

- Verbuga

- WB blz 129 en verder

< 6,5

> 6,5

Ex. 30a

(1) (onze) _____ couleur préférée, c'est le bleu. 

• couleur
• (la) couleur
• la couleur = 1 = ev
• ons/onze = notre / nos

• notre ( = enkelvoud, nos = meervoud)

1. zelfst. nw. = ?

2. Is het znw mnl/vrl?

3. Is het znw ev/mv?

4. Welke bez.vnw. zijn er?

Ex. 30a

(2.1) (jouw) _____ murs dans ... 

• murs
• (les) murs
• les murs  = mv
• jouw = ton / ta / tes

• tes murs

1. zelfst. nw. = ?

2. Is het znw mnl/vrl?

3. Is het znw ev/mv?

4. Welke bez.vnw. zijn er?

Ex. 30a

(2.2) (jouw) _____ chambre ... 

• chambre
• (la) chambre
• la chambre  = ev
• jouw = ton / ta / tes

• ta chambre

1. zelfst. nw. = ?

2. Is het znw mnl/vrl?

3. Is het znw ev/mv?

4. Welke bez.vnw. zijn er?

Ex. 30b

Vertaal de woorden tussen haakjes in het Frans

(1.1) Où est (uw zus) _________?

• 1: znw = soeur                    
• 2: soeur = vrl
• 3: soeur = ev
• 4: uw = 
• votre / vos
• soeur = ev = votre

1. Wat is het zelfstandig naamwoord?

2. Is het znw mnl/vrl?

3. Is het znw ev/mv?

4. Welke bez.vnw. zijn er?

Ex. 30b

Vertaal de woorden tussen haakjes in het Frans

(1.2) (mijn zus) est dans la salle de bains?

• 1: znw = soeur                    
• 2: soeur = vrl
• 3: soeur = ev
• 4: mijn = 
• mon / ma / mes
• soeur = vrl ev = ma

1. Wat is het zelfstandig naamwoord?

2. Is het znw mnl/vrl?

3. Is het znw ev/mv?

4. Welke bez.vnw. zijn er?

Zelfstandig werken

- Kijk je hw na (antwoorden staan hiernaast)

- Maak je huiswerk: ex. 32b (blauwe slides LU 5/3), 34

Steek je hand op als je hulp nodig hebt

- Oefenen met het bez. vnw. (zie de groene slide in LU 5/3)

Oefenen met het bez.vnw.

Paars: http://www.viviennestringa.com/medias/files/bezvnw.htm

Blauw: http://www.viviennestringa.com/medias/files/mafamillebezvnw.htm