Havo 3 2.2. leefbaarheid in Rotterdam

Boeken op tafel, telefoon opgeborgen. Ga naar LessonUp!
Welkom
1 / 46
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Boeken op tafel, telefoon opgeborgen. Ga naar LessonUp!
Welkom

Slide 1 - Slide

Planning
  • Herhalen theorie 2.1
  • Bespreken 2.2 (afwisseling opdrachten, vragen + theorie)
  • (werken aan opdrachten methodesite)

Slide 2 - Slide

Leerdoelen: Na de les...
  • kun je de begrippen in eigen woorden omschrijven;
  • weet je naar welke 4 aspecten gekeken wordt bij leefbaarheid;
  • kun je per aspect minimaal 2 voorbeelden noemen om de leefbaarheid te verbeteren;
  • weet je de kenmerken van een achterstandswijk;
  • kun je uitleggen waarom de Afrikaanderwijk een achterstandswijk is geworden;
  • kun je uitleggen op welke manieren stedelijke vernieuwing kan leiden tot een betere leefbaarheid;
  • weet je wat een buurtprofiel is en waar naar gekeken wordt;
  • kun je aan de hand van een buurtprofiel de verschillen tussen een 'goede' wijk en een achterstandswijk benoemen;
  • Weet je wat gentrificatie is en op welke manier het gentrificatieproces plaatsvindt;
  • Kun je voor- en nadelen van gentrificatie benoemen.
LEERDOELEN: AAN HET EIND VAN DE LES...

  1. kun je de begrippen in eigen woorden omschrijven;
  2. weet je naar welke 4 aspecten gekeken wordt bij leefbaarheid;
  3. kun je per aspect minimaal 2 voorbeelden noemen om de leefbaarheid te verbeteren;
  4. weet je de kenmerken van een achterstandswijk;
  5. kun je uitleggen waarom de Afrikaanderwijk een achterstandswijk is geworden;
  6. kun je uitleggen op welke manieren stedelijke vernieuwing kan leiden tot een betere leefbaarheid;
  7. weet je wat een buurtprofiel is en waar naar gekeken wordt;
  8. kun je aan de hand van een buurtprofiel de verschillen tussen een 'goede' wijk en een achterstandswijk benoemen;
  9. Weet je wat gentrificatie is en op welke manier het gentrificatieproces plaatsvindt;
  10. Kun je voor- en nadelen van gentrificatie benoemen.

Slide 3 - Slide

Herhalen 2.1

Slide 4 - Slide

De naam Rotterdam is afkomstig van een dam in de rivier de Rotte. Vanuit welke dimensie wordt de naam verklaard?

A
Economisch
B
Fysisch
C
Sociaal-cultureel
D
Demografisch

Slide 5 - Quiz

In welke volgorde vonden onderstaande processen plaats?

A
Suburbanisatie – urbanisatie – re-urbanisatie
B
Urbanisatie – re-urbanisatie – suburbanisatie
C
Urbanisatie – suburbanisatie – re-urbanisatie
D
Re-urbanisatie – suburbanisatie – urbanisatie

Slide 6 - Quiz

Welk deel van de stad is hier zichtbaar?
A
CBD
B
Historische binnenstad
C
Bedrijvenpark buiten centrum
D
Oude woonwijk

Slide 7 - Quiz

Wat is het compacte stad-beleid?
A
Dat ze huizen zo dicht mogelijk op elkaar bouwen
B
Nieuwbouwwijken buiten gemeentegrenzen bouwen
C
Beleid wat vergunningen verstrekt voor de bouw van flats
D
Open terreinen binnen stadsgrenzen zoveel mogelijk bebouwen

Slide 8 - Quiz

Wat was het doel van stedelijke vernieuwing in Rotterdam na WOII?

A
Vooral aandacht voor ruime woonwijken
B
Havens uitbreiden
C
Gericht op ontwikkelen van werkgebieden
D
Aandacht voor wonen, werken en recreatie

Slide 9 - Quiz

Wat was het doel van stedelijke vernieuwing in Rotterdam in de jaren ‘80 van de vorige eeuw?

A
Woonwijken uitbreiden
B
Havens uitbreiden
C
Meer voorzieningen
D
Aandacht voor wonen, werken en recreatie

Slide 10 - Quiz

Volgens het stadsmodel is dit de bebouwing/omgeving die het verst van de binnenstad te vinden is.
A
B
C
D

Slide 11 - Quiz

Wat is volgens het model een verklaring voor de ligging van de bedrijventerreinen?

Slide 12 - Open question

Geef twee redenen waarom in het centrum vooral hoogbouw te vinden is.

Slide 13 - Open question

Door cityvorming
A
Neem de woningdichtheid toe
B
neemt de woningdichtheid af
C
Blijft de woningdichtheid gelijk

Slide 14 - Quiz

Verklaar de negatieve leefbaarheid in de Afrikaanderwijk
Vergeleken met andere wijken, is de leefbaarheid in de Afrikaanderwijk slecht. Hoe komt dat? Waaruit blijkt dit?

Slide 15 - Slide

Leefbaarheid
De geschiktheid van een wijk om daar te leven. 
Dit kun je alleen ontdekken door dit aan de inwoners te vragen.
Waar moet je dan op letten?
  • Onderhoud woningen en openbare ruimte
  • Kwaliteit voorzieningen
  • Veiligheid
  • Sociale samenhang (sociale cohesie).

Slide 16 - Slide

Leefbaarheid in een achterstandswijk
Een achterstandswijk/probleemwijk is een wijk waar de leefbaarheid slecht is. Kenmerken?
  • Sociaal-economische achterstanden (laag inkomen, laag opgeleid, werkloos a.g.v. automatisering/slecht betaald werk)
  • Fysieke achterstanden (kleine, oude en goedkope woningen)
  • Sociale problemen (oordeel van bewoners over overlast, vernielingen, onveiligheid a.g.v. criminaliteit etc.)
  • Fysieke problemen (oordeel van bewoners over woningen en woonomgeving, overlast door stank, vuil, verkeer etc.)

Slide 17 - Slide

Fase van achteruitgang
Waarom werd de Afrikaanderwijk een achterstandswijk?
  • Suburbanisatie van rijkere, goed opgeleide (blanke!) mensen;
  • Achterblijvers: mensen met migratieachtergrond, werklozen (automatisering, verplaatsing havenactiviteiten), laag opgeleiden, mensen met laaginkomen.
  • Gevolg: 'ophoping' van problematiek zoals criminaliteit, leegstand, afname aantal en niveau van voorzieningen, slecht onderhoude woningen.

Slide 18 - Slide

Waar bestaat leefbaarheid niet uit?
A
Veiligheid
B
Fysieke omgeving
C
Voorzieningen
D
Aantal vierkante meters woonruimte

Slide 19 - Quiz

Wat is geen kenmerk van een wijk met een lage leefbaarheid
A
Veel werkelozen
B
Veel hangjongeren
C
Veel voorzieningen
D
Veel verkrotting

Slide 20 - Quiz

Wat betekent het woord "leefbaarheid"?
A
hoe oud de mensen in het dorp zijn
B
de mate waarin een gebied geschikt is om erin te wonen
C
hoeveel scholen in een gebied zijn
D
hoeveel ziektes in een tijd heersen

Slide 21 - Quiz

Kijkend naar de 4 'onderdelen' van leefbaarheid: noem 2 concrete maatregelen die een gemeente kan nemen om de leefbaarheid te verbeteren.

Slide 22 - Open question

Buurtprofiel
Overzicht van bewoners- en woningkenmerken. Waar kunnen we dan naar kijken?

Slide 23 - Slide

Buurtprofiel

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link

Buurtprofiel Afrikaanderwijk & Oostpolder
Zoek onderstaande punten op, noteer deze in je schrift. Werk in duo's: de een doet Afrikaanderwijk, de ander Oostpolder
timer
15:00

Slide 27 - Slide

Stedelijke vernieuwing
Het vernieuwen van een wijk of stad om de leefbaarheid te verbeteren, nadruk op het sociale aspect - bevolkingssamenstelling wordt bewust verandert.
  • Woningvoorraad aanpakken
  • Leef- en woonomgeving aanpakken (veiligheid)
  • Problematiek bij bewoners aanpakken (schulden, werkloosheid, taalproblematiek)

Slide 28 - Slide

Woningen + openbare ruimte
Renoveren

Saneren

Verbeteren voorzieningen

Renoveren is het opknappen van bestaande woningen. Denk aan dubbelglas i.p.v. enkelglas, isolatie verbeteren, kunstof kozijnen i.p.v. hout, vernieuwen van sanitair etc.
Nieuwe scholen, betere winkels, hoger niveau van voorzieningen, aanleggen van meer groen. Ook onderhoud van voorzieningen is belangrijk!
Saneren houdt in dat woningen gesloopt worden en dat er vervolgens nieuwe woningen gebouwd worden (vaak groter, meer ruimte). Het gaat vaak om oude woningen en portiekflats.

Slide 29 - Slide

Leefomgeving en integratie
Meer veiligheid door politie, buurtcontrole.

Problematiek bij bewoners aanpakken
  • taalcursussen
  • Buurtactiviteiten zoals markt, buurtfeesten
  • Schuldhulpverlening
  • Coaches om te helpen met werk

Slide 30 - Slide

Filmpje over gentrificatie
  1. Wat is gentrificatie?
  2. Waar en/of om wat voor soort woningen gaat het?
  3. Gevolgen?

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Gentrification
Welvarende mensen kopen huizen in achterstandswijken. Ze knappen de woningen op waardoor de prijzen/huren stijgen. De leefbaarheid verbeterd. Maar, de oorspronkelijke bewoners (minder rijk) kunnen de prijzen niet meer betalen en vertrekken uit de wijk. De kwaliteit van de woningen gaat omhoog, de samenstelling van de bewoners verandert. 

Slide 33 - Slide

Gevolgen gentrification
  • Woningprijzen stijgen.
  • Luxere voorzieningen door stijging inkomenspeil.
  • Oorspronkelijke bewoners moeten verhuizen: niet te betalen.
  • Samenstelling bevolking verandert

Slide 34 - Slide

Gentrificatie is
A
wanneer mensen met hogere inkomens wegtrekken uit het stadscentrum
B
wanneer mensen met hogere inkomens zich vestigen in arme wijken dichtbij het stadscentrum
C
wanneer armere mensen in het stadscentrum blijven wonen

Slide 35 - Quiz

Wat hoort niet bij Gentrificatie?
A
renovatie van huizen
B
nieuwe bewoners
C
arbeiderswijken
D
suburbs

Slide 36 - Quiz

Gentrificatie vindt plaats in wijken die
A
een gunstige ligging hebben en karakteristieke panden
B
veel ruimte hebben en grote woningen
C
die dicht bij grote uitvalswegen liggen
D
veel nieuwbouwwoningen bevatten

Slide 37 - Quiz

Wat is een nadeel van gentrificatie?
A
De leefbaarheid in een wijk gaat achteruit
B
Het aantal voorzieningen neemt toe in een wijk
C
De oorspronkelijke bewoners kunnen de huur niet meer betalen
D
Huizen worden opgeknapt door rijke bewoners

Slide 38 - Quiz

Aan de slag!
Ga naar de methodesite
Maak de opdrachten van 2.2. Je maakt alle opdrachten! Door de docent zijn onnodige vragen al uitgezet. 

Slide 39 - Slide

In de transitiezone maken arme stadsbewoners plaats voor rijkere.
Hoe heet dat proces?
A
De-industrialisatie
B
Suburbanisatie
C
Gentrification
D
Stedelijke vernieuwing

Slide 40 - Quiz

Wat zijn de drie speerpunten van stedelijke vernieuwing?
A
Renovatie, migratie en inrichting
B
Inrichting, voorzieningen en ruimte
C
Renovatie, inrichting en voorzieningen
D
Woning, omgeving en bewoner

Slide 41 - Quiz

Welke vorm stadsvernieuwing?
A
Saneren
B
Renoveren
C
Vinex-wijk
D
Nieuwbouw

Slide 42 - Quiz

Welke vorm van stadsvernieuwing zie je op de afbeelding?
A
Renoveren
B
Saneren
C
Nieuwbouw
D
Vinex

Slide 43 - Quiz

Wat is de belangrijkste reden geweest voor het ontstaan van de Afrikaanderwijk als achterstandswijk
A
Oude havens
B
Nieuwe havens
C
Automatisering
D
Selectieve migratie

Slide 44 - Quiz

Wat zijn kenmerken van een achterstandswijk? (Meerdere antwoorden kiezen!)
A
Slechte leefbaarheid
B
Veel sociale problemen
C
Weinig werkloosheid
D
Laag opgeleide bevolking

Slide 45 - Quiz

Een buurtprofiel
let op ...
A
bewonerskenmerken
B
suburbanisatie
C
woningkenmerken
D
woonomgeving

Slide 46 - Quiz