Les 8 NL

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Les 8; Nederlands 1F.  6 mei.

1. Inchecken: Hoe voel jij je? Hoe voel ik me?
   
2. De vorige les
3. Belangrijk
4. Opwarmertje
5. Instructie
6. Zelfstandige verwerking
7. Thuisopdracht
8. Evaluatie

Inchecken. Jij & ik.

Hoe voel je je?

1. BLIJ, ENTHOUSIAST OF..
2. NORMAAL, RUSTIG OF..
3. MOE, NERVEUS OF..

Thuisopdracht.

Rekenen 1F.

We gaan het gemaakte werk samen bespreken.

• Les 6 - Cijferend delen (soms met rest) - Alles goed!

De vorige les. 

Nederlands 1F.

Lesdoel(en):

• Ik vergroot mijn woordenschat (door te lezen en de betekenis van
  
• moeilijke woorden te leren).
  
• Ik leer wat verwijswoorden zijn.
• Ik leer wat de verbanden: argument/tegenargument, probleem/oplossing, oorzaak/gevolg.
  
• Ik leer wat een mening, feit en advies is.
  
• Ik leer wat een betogende tekst is (begrijpend lezen).

• 764 : 4 =
• 990 : 2 =
• 2,5 x 0,95 =
• 88 x 0,07 =
• Omtrek / oppervlakte

De opmaak van een tekst.

1. Hoe noem je een stuk tekst?
2. Hoe noem je de tekst onder een afbeelding/foto?

Wat wordt er bedoeld met ´het onderwerp´ van een tekst?

Verwijswoorden.

´Ik vind dat stom. Mijn vader vindt dat ook stom. Hij zegt dat water voor honden is, niet voor mensen.´

Naar wie verwijst ´hij´?

1. De vader van Isa.
2. Isa en haar vader.
3. De schrijven die de reactie schreef.
4. Isa.

Opwarmertje.

Rebussen.

Lesdoel(en): 

• Ik oefen en vergroot mijn woordenschat.
  
• Ik leer hoe ik een rebus kan oplossen.  

GYNZY: Breinbrekers - Rebussen lente - Oefening 3.

Let´s talk!

Is er nog iets dat we willen delen met elkaar?

Vanuit jou?

Hoe was je schooldag? Is er iets dat er nog in je hoofd zit wat je kwijt wilt?

Vanuit mij?

Instructie.

Nederlands 1F.

Lesdoel(en):

• Ik vergroot mijn woordenschat (door te lezen en de betekenis van
  moeilijke woorden te leren).
• Ik leer hoe ik achter de betekenis van een moeilijk woord kom.
  
• Ik leer wat een informatieve tekst is.

Instructie.

Nederlands 1F.

Theorie:

Blz. 26-28

Opdracht 22-25.

Ik doe het voor:

Opdracht 22-25. Hardop denkend woord 1 maken.

Instructie.

Nederlands 1F.

Jij doet het na:

Opdracht 22-25. Hardop denkend woord 2 maken.

Zelfstandige verwerking.

De opdrachten.

Jij doet het zelf:

Opdracht 22-25. Hardop denkend woord 3 maken.

Zelfstandige verwerking.

De opdrachten nabespreken.

We bespreken de opdrachten na en jij kijkt je gemaakte werk meteen na.

Maak een foto en stuur dit via WhatsApp op.

Zelfstandige verwerking.

Begrijpend lezen.

1. We lezen samen de tekst
2. We bespreken de opdrachten en de belangrijke theorie.

Informatieve tekst: Paaseiland.

Jij doet het zelf:

Jij maakt opdracht 1-5.

Beantwoord de volgende vragen in LessonUp.

Begrijpend lezen.

Vraag 1 t/m 5.

Evaluatie.

Les evalueren.

Geef op iedere vraag een antwoord om te kijken of de doelen van deze les behaald zijn, om te kijken of er nog veel of weinig oefening nodig is.

´De afgelopen jaren hebben wetenschappers al best wat vragen over de oude cultuur van Paaseiland kunnen beantwoorden.´

Wat betekent ´cultuur´?

Waarom zijn die beelden daar geplaatst?
Wat is de reden hierachter?

De volgende les.

Wat gaan we leren en oefenen?

De volgende les is een reguliere les, waarbij de volgende lesdoel(en) centraal staan:

De volgende les is een toetsles, waarbij de volgende lesdoel(en) getoetst worden:

1. Ik leer woorden snel op alfabetische volgorde te zetten (stappenplan).
2. Ik leer wat een instructie tekst is.
3. Ik vergroot mijn woordenschat.

Huiswerk.

Wat wordt er thuis geoefend?

Iedere week wordt er thuis geoefend met Nederlands 1F.

De  opdrachten stuur ik via WhatsApp.

Je maakt een foto van je gemaakte werk en stuurt dit naar mij op.

Huiswerk:

Les 8 huiswerk: Verwijswoorden.

Tijd over.

Laten we meer oefenen!

Doel(en):

• Ik vergroot mijn woordenschat.

GYNZY: Galgje.