Vooroordelen en stereotypes

Vooroordelen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vooroordelen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vooroordelen zijn er over jullie?

Slide 2 - Woordweb

Vandaag gaan we het hebben over vooroordelen en stereotypes. Wat zijn eigenlijk de vooroordelen die jullie als jongeren ervaren over jullie? Deze mag je invullen. 
Schrijf degene die jou het meest aanspreekt op je blaadje.
Stereotype: 

Vooroordeel:
Een vaststaand beeld  van een hele groep mensen.
Een oordeel over iets of iemand zonder dat je die persoon of zaak kent.
Overtuiging
Gevoel

Slide 3 - Tekstslide

Er is een verschil tussen stereotypen en vooroordelen. 
Zie definities op het bord.
Een stereotype is meer een overtuiging die je hebt over een bepaalde groep mensen. Jij gelooft dat deze mensen zo zijn.
Bij een vooroordeel gaat het over het gevoel wat een groep mensen of iemand bij je oproept. Voorbeeld: Alle Duitsers hebben een bierbuik


Stereotype: 

Vooroordeel:
Overtuiging
Gevoel

Slide 4 - Tekstslide

Er is een verschil tussen stereotypen en vooroordelen. 
Zie definities op het bord.
Een stereotype is meer een overtuiging die je hebt over een bepaalde groep mensen. Jij gelooft dat deze mensen zo zijn.
Bij een vooroordeel gaat het over het gevoel wat een groep mensen of iemand bij je oproept. Voorbeeld: Alle Duitsers hebben een bierbuik


Slide 5 - Sleepvraag

Als we kijken naar deze foto, wat denken jullie. Welke hobby heeft deze persoon?
4 op de 10
1  op de 1000
Op basis van logica:

Slide 6 - Tekstslide

Het is gek dat mensen denken dat deze persoon schaakt, alleen op basis van zijn uiterlijk. We kennen de persoon niet. Het enige wat we wellicht weten is dat meer mensen voetballen dan schaken, waarom zou deze jongen dan op schaken zitten volgens ons. Statistisch gezien is het logischer dat hij op voetbal zit. 
Zijn stereotypes en vooroordelen dan fout?
Ja
Nee!

Slide 7 - Poll

Zijn vooroordelen en stereotypes dan altijd fout?
JA, dat is fout!
Discriminatie: 
Onterecht verschil maken in de behandeling van mensen

Slide 8 - Tekstslide

Ja, want ze zorgen ervoor dat wij mensen anders gaan benaderen. Vaak ten onrechte! Dit noemen we ook wel discriminatie. 
Wat als er geen stereotypes bestaan?

Slide 9 - Tekstslide

Stel dat er nu helemaal geen stereotypes zijn. Je moet door een smal straatje, een steegje zou je kunnen zeggen, en deze man staat daar? Zou je er doorheen gaan?
Zou jij doorlopen?
Ja!
Nee!

Slide 10 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Nee, dat is niet fout!
  • We beschermen onszelf.
  • We begrijpen de wereld beter en makkelijker door te categoriseren.    

  • Sociale categorisatie

Slide 11 - Tekstslide

Waarschijnlijk zullen de meeste niet gaan. Dit laat dus zien dat vooroordelen ook functioneel zijn. Ze beschermen onszelf door bijv. mensen uit de weg te gaan, maar door te categoriseren begrijpen we de wereld ook beter en makkelijker. 

Voorbeeld: als je het gemiddelde salaris van mannen en vrouwen vergelijkt is dat makkelijker dan wanneer je alle salarissen apart gaan vergelijken. 

Dit noemen we ook wel sociale categorisatie. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk beroep heeft deze man?

Slide 13 - Open vraag

Welk beroep heeft deze man? 
DE CONTEXT IS BELANGRIJK!

Slide 14 - Tekstslide

Ook de context waarin je kijkt naar iemand of iets heeft invloed op de ontwikkeling van een vooroordeel. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een stereotype?
A
Een oordeel over iemand zonder dat je die persoon kent.
B
Een vaststaand beeld van een hele groep mensen.
C
Een gevoel dat iemand heeft bij een bepaalde groep mensen
D
Een overtuiging over een bepaalde groep mensen.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk geval is er sprake van discriminatie?
A
Alle Duitsers hebben bierbuiken.
B
Dikke mensen zijn gezellig.
C
Vrouwen verdienen minder dan mannen.
D
Politici zijn onbetrouwbaar.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom kunnen vooroordelen ook handig zijn?
A
Zelfbescherming & sociale categorisatie.
B
Zelfbescherming & selectieve waarneming.
C
Sociale categorisatie & subtyping.
D
Selectieve waarneming & subtyping.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op basis van logica: wat is de
opleiding van dit meisje?
A
Economie
B
Kunstgeschiedenis
C
modeontwerpster
D
filosofie

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies