Test appre 3 et 5

Test appre 3 et 5
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Test appre 3 et 5

Slide 1 - Tekstslide

Zet in de goede vorm:
Tu (aller) à Paris
A
allons
B
vas
C
va
D
allez

Slide 2 - Quizvraag

Zet in de goede vorm:
Elle (aller) à Paris
A
vas
B
vont
C
va
D
allons

Slide 3 - Quizvraag

Zet in de goede vorm:
mes parents (aller) à Paris
A
allez
B
vas
C
va
D
vont

Slide 4 - Quizvraag

Vertaal: ik ga

Slide 5 - Open vraag

Vertaal: zij gaan (mannelijk meervoud)

Slide 6 - Open vraag

Vertaal: zij gaat

Slide 7 - Open vraag

Ils/elles
Vous
Nous
Il/elle/on
Tu 
vont
allez
allons
va
vas
vais
je 

Slide 8 - Sleepvraag

Hoe zeg je in het Frans: "Ik eet nooit pizza"?
A
Je mange jamais de pizza
B
Je ne mange jamais de pizza
C
Je mange de la pizza jamais
D
Je ne jamais mange de pizza

Slide 9 - Quizvraag

Welke zin betekent: "Hij eet niets"?
A
il ne mange plus
B
il ne rien mange
C
il ne mange rien
D
il ne mange pas

Slide 10 - Quizvraag

Kies de juiste ontkenning voor: "Hij werkt niet meer."
A
il travaille pas
B
il n' travaille plus
C
il pas ne travaille
D
il ne travaille plus

Slide 11 - Quizvraag

Kies de ontkenning voor: "Wij gaan niet naar school."
A
nous n'allons pas à l'école
B
nous pas allons à l'école
C
nous allons pas à l'école
D
nous allons ne pas à l'école

Slide 12 - Quizvraag

Vul de ontkenning voor: "het is niet woensdag."
A
c'est pas mercredi
B
ce n'est pas mercredi
C
c'est mercredi
D
ne pas c'est mercredi

Slide 13 - Quizvraag