GT4 SS Theme 1 grammar 2 en 3

                                           



                                  Stepping Stones  GT4 
                               Theme 1 Grammar 2 & 3
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

                                           



                                  Stepping Stones  GT4 
                               Theme 1 Grammar 2 & 3

Slide 1 - Tekstslide

Doel van deze les-> Theme 1
grammar 2/3
  1. Ik kan de hulpwerkwoorden in het Engels opnoemen
  2. Ik kan een zin vragend maken maken in het Engels mbv hulpwerkwoorden
  3. Ik kan ontkennende vragen maken 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Welke hulpwerkwoorden in het Engels
ken jij nog van vorig jaar?
vb. to be = zijn
can = kunnen

Slide 4 - Woordweb

                        Hulpwerkwoorden
can/could
will/would
shall/should
have/has
must
may
might

Be: am is are was were
Bij hww kijk je naar de zin of vraag en antwoord je met datzelfde werkwoord

vb> He is ill-> he isn't ill

They would help me if they could

They wouldn't help me if they could

They are happy -> they aren't happy

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

maak de zin vragend
he is a nice boy

Slide 7 - Open vraag

Celia can play the guitar

Slide 8 - Open vraag

They like children

Slide 9 - Open vraag

Bij de hulpww: can could, will, would, shall should, must, may, might, have, BE: am, is , are, was, were
gebruik je hetzelfde werkwoord om een vraag of ontkenning te maken
Bij ALLE andere ww heb je to do nodig om een vraag of ontkenning te maken
vb. She likes dogs  het hele ww = like dit is geen hww
dus heb je do nodig om een vraag of ontkenning te maken
Does she like dogs?

Slide 10 - Tekstslide

maak vragend
The children always run to school

Slide 11 - Open vraag

stap 1-> zoek het ww = run -> dit is GEEN hww dus heb je do nodig

The children kun je vervangen door they
Do the children always run to school?

als je deze zin vragend ontkennend wil maken maak er don't  van dus:
Don't the children always run to school?

Slide 12 - Tekstslide

maak vragend:
He went to school

Slide 13 - Open vraag

He went to school
stap 1 -> in welke tijd staat de zin? verleden tijd 
stap 2-> zoek het ww = went
stap 3-> wat is het hele ww? -> go
stap 4-> is dit een hww? nee dus je hebt do nodig maar wel in de vt -> did

Did he go to school? 

als je do of did hebt gebruikt dan is het ww daarna altijd het hele ww 

Slide 14 - Tekstslide

maak deze nu vragend ontkennend
Did he go to school?

Slide 15 - Open vraag

maak vragend
She sometimes goes by bus

Slide 16 - Open vraag

She sometimes goes to school
stap 1 -> in welke tijd staat de zin? TT
stap 2 -> wat is het hele ww? GO
stap 3 -> is dit een hww? nee dus heb je do nodig

Does she sometimes go to school? je gebruikt het hele ww na do/does

Slide 17 - Tekstslide

maak nu vragend ontkennend
Does she sometimes go to school?

Slide 18 - Open vraag

maak vragend ontkennend
Peter ate a sandwich

Slide 19 - Open vraag

Peter ate a sandwich

stap 1 -> in welke tijd staat de zin? VT
stap 2 -> wat is het hele ww? eat
stap 3-> is dit een hww? nee dus je hebt do nodig
stap 4 -> welke persoon zie je? Peter = he
stap 5 -> maak de zin vragend en daarna vragend ontkennend
Does he eat a sandwich?
Doesn't Peter eat a sandwich?


Slide 20 - Tekstslide

maak vragend ontkennend
Sheila should go to the doctor
Ryan gave Sheila a kiss

Slide 21 - Open vraag

Sheila should go to the doctor
stap 1 ->welke tijd of hww? ja -> should is hww
stap 2 -> maak vragend -? should Sheila go to the doctor?
stap 3->maak vragend ontkennend -> shouldn't Sheila go to the doctor?
Ryan gave Sheila a kiss
stap 1 -> welke tijd? VT
stap 2 -> wat is het hele ww? give -> is geen hww dus do nodig
stap 3-> Ryan is een  dus he dus -> 

vragend -> Did Ryan give Sheila a kiss?
vragend ontkennend> Didn't Ryan give Sheila kiss


Slide 22 - Tekstslide

maak vragend ontkennend
The boys sat on a bench during the break

Slide 23 - Open vraag

The boys sat on a bench during the break
stap 1 -> tijd= vt 
stap 2 -> hele ww = sit -> geen hww dus do nodig = did
stap 3->the boys = they
vragend = did the boys sit on the bench during the break
vragend ontkennend = Didn't the boys sit on a bench during the break

Slide 24 - Tekstslide

maak opgave 24 p. 21 WB
Klaar?
leren: Vocabulary ABCD en Stone 1 op quizlet 
maken: planning op Stepping Stones online
maken: kwizltoets onregelmatige werkwoorden

Slide 25 - Tekstslide