Les 3 - Hoe kijk je tegen anderen aan?

Les 3 - Hoe kijk je tegen anderen aan?
Thema - Pluriforme samenleving - 6.2
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Les 3 - Hoe kijk je tegen anderen aan?
Thema - Pluriforme samenleving - 6.2

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Herhaling: Dominante cultuur of subcultuur?
  • Uitleg: Genderdiversiteit
  • Werkblad invullen

Slide 2 - Tekstslide

Elk jaar wordt er op 4 mei op de Dam in Amsterdam de Dodenherdenking gehouden.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 3 - Quizvraag

Denisha is christelijk en gaat bijna elke week naar de kerk
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 4 - Quizvraag

Jeroen uit Venlo is extra trots op zijn regio tijdens carnaval
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 5 - Quizvraag

Als zakenlieden elkaar ontmoeten, geven ze elkaar een hand.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 6 - Quizvraag

Je mag niet roken in een restaurant.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 7 - Quizvraag

Lucas houdt van klassieke muziek.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 8 - Quizvraag

Michel gaat elke vrijdag na het werk met zijn collega's wat drinken in het café.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 9 - Quizvraag

Omdat er een nichtje is geboren, krijgt de hele familie beschuit met muisjes.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 10 - Quizvraag

Op 5 december vieren jouw buren altijd pakjesavond met hun kleine kinderen.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Wat is paarse vrijdag en waarom bestaat dit?

Slide 13 - Woordweb

Paarse vrijdag
Paarse Vrijdag is dé grote actie-dag van de GSA (Gender & Sexuality Alliance). Door elk jaar op de 2e vrijdag in december de school paars te kleuren, zet de GSA zich in voor seksuele- en gender-diversiteit als norm.

Slide 14 - Tekstslide

Weet jij wat deze woorden betekenen? Sleep de betekenissen naar het juiste woord.
aseksueel
biseksueel
cisgender
gay
gender
GSA
homoseksueel
intersekse
non-binair
panseksueel
lesbienne
transgender
uit de kast komen
Vertellen op wie je valt of wie je bent. 
Valt op een mens.
Een meisje valt op meisjes.
Valt op mensen van hetzelfde geslacht.
geslacht
Niet aangetrokken voelen tot jongens of meisjes.
In het juiste lichaam geboren.
Valt op jongens én meisjes.
Ander woord voor homoseksueel.
Een groepje scholieren dat opkomt voor de acceptatie van iedereen.
Een lichaam met mannelijke én vrouwelijke dingen.
In het verkeerde lichaam is geboren.
Voelen zich geen jongen, en geen meisje. 

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Lezen: hoofdstuk 6.2                     - Hoe kijk je tegen anderen aan?
Maken: Opdr 1 t/m 12 (blz 109)
AAN DE SLAG!
timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide