oefenen congruentie en inversie

congruentie en inversie
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

congruentie en inversie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

congruentie
inversie
beknopte bijzin
samentrekking
In deze bijzin ontbreekt een persoonsvorm.
Door de woordvolgorde om te draaien, krijg je een levendiger tekst.
Door woorden weg te laten die je eerder hebt genoemd, val je niet in herhaling en schrijf je bondiger.
Onderwerp en persoonsvorm moeten hetzelfde getal hebben (ev of mv)

Slide 3 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is hier sprake van congruentie of incongruentie: Bijna tachtig procent van de Nederlanders noemt zich gelukkig.
A
Congruentie
B
Incongruentie

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een aantal mensen komt altijd te laat.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is hier sprake van congruentie of incongruentie?

Het merendeel van de leerlingen maakten het huiswerk gelukkig goed.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 6 - Quizvraag

Incongruentie, want het merendeel maakt; enkelvoudige kern. 
Is hier sprake van congruentie of incongruentie?
Het blijkt dat de jeugd in ons land tamelijk veel alcohol drinken.
A
Congruentie
B
Incongruentie

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is hier sprake van congruentie of incongruentie: Wist jij dat deze groep rebellen in Congo voor vele misdaden tegen de menselijkheid verantwoordelijk zijn?
A
Congruentie
B
Incongruentie

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is hier sprake van congruentie of incongruentie:

Volgens Van Gaal geeft de media een verkeerde weergave van de gebeurtenissen.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is hier sprake van congruentie of incongruentie?

30 procent van de mensen zijn vaker ziek dan twee keer per jaar.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is hier sprake van congruentie (goed) of incongruentie (fout):
Het blijkt dat de jeugd in ons land tamelijk veel alcohol drinken.
A
Congruentie
B
Incongruentie

Slide 11 - Quizvraag

Incongruent, want 'de jeugd' is enkelvoudig en dus 'drinkt'.
Wat valt op?
  • Die hockeyer zal niet in het Nederlandse elftal spelen.
  • Zal die hockeyer niet in het Nederlandse elftal spelen?
  • In het Nederlandse elftal zal die hockeyer niet spelen.

Tip: kijk naar de plaatsing van de zinsdelen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

inversie
Wat valt op?
Die hockeyer zal niet in het Nederlands elftal spelen.
Zal die hockeyer niet in het Nederlands elftal spelen?
In het Nederlands elftal zal die hockeyer niet spelen.

Tip: kijk naar de plaatsing van de zinsdelen
Zin 1: onderwerp voor de persoonsvorm
Zin 2 en 3: onderwerp na de persoonsvorm = inversie

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Foutieve inversie
Wat is dan foutieve inversie?
Het regende de hele middag en hebben we dus niets kunnen doen. 
Het regende de hele middag en dus hebben we niets kunnen doen. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Foutieve inversie
Inversie betekent dus dat de persoonsvorm en het onderwerp gewisseld worden. Dat mag alleen in de volgende gevallen:

- als de hoofdzin een vraagzin is ("Fiets ik naar school?")
- als de hoofdzin begint met een ander zinsdeel dan het onderwerp ("Morgen fiets ik naar school")
- als een samengestelde zin begint met een bijzin ("Terwijl ik bel, fiets ik naar school")

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Morgen gaat hij naar Limburg
A
inversie
B
geen inversie
C
juiste inversie
D
onjuiste inversie

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gisteravond maakte hij het te laat en is hij dus vandaag niet te genieten.
A
inversie
B
geen inversie
C
onjuiste inversie

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als iedereen morgen op tijd is, vertrekken we om 7 uur.
A
correctie inversie
B
foutieve inversie

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie van hun teamgenoten zullen de spelers van A1 als aanvoerder kiezen?
A
inversie
B
geen inversie

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zaterdag pikken we vaak een terrasje, maar was ik vanmiddag verhinderd.
A
Juiste inversie
B
Onjuiste inversie

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het concert bleek uitverkocht en gingen we dus weer naar huis.
A
Juiste inversie
B
Onjuiste inversie

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De finale van Wie is de mol ga ik zeker kijken.
A
Geen inversie
B
Inversie

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze leerling is aanwezig en volgt hij vandaag de les online.
De zin is:
A
correct, met inversie
B
correct, maar zonder inversie
C
niet correct, met onjuiste inversie

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vorige week was hij ziek en zijn we daarom nog niet klaar met de opdracht.
A
correcte inversie
B
foutieve inversie

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"Morgen gaat Virva de toets Nederlands maken en gaat ze ook beginnen met haar boekverslag."
A
Juiste inversie
B
Onjuiste inversie

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

's Zondags gaan we altijd naar mijn opa en oma en eten we altijd rijst bij hen."
A
Juiste inversie
B
Onjuiste inversie

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gisteravond maakte hij het te laat en is hij dus vandaag niet te genieten.
A
geen inversie
B
incongruentie
C
onjuiste inversie
D
geen symmetrie

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Uw bestelling is vandaag verzonden en kunt u via de track-en-tracecode uw pakket volgen
A
Goede inversie
B
Onjuiste inversie

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je nog lastig?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Link

Deze slide heeft geen instructies