Module 1 les 3 kernzinnen en hoofdletters

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Numo

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters
* uitleg


Slide 16 - Tekstslide

Oefen verder in SCORE.
Wanneer gebruik je hoofdletters?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je kleine letters?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters
in een zin

Een zin begint altijd met een hoofdletter.

Bijvoorbeeld:
Ik ga met Ivo naar Parijs.


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Namen 
Je schrijft altijd de voornaam en achternaam
met een hoofdletter.

Dus:
Anna Mulder - Wesley Smit - Amir Hassan 




Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tussenvoegsel
Soms staan er nog een of meer woordjes tussen:
de, van, van de, van der
Dit stukje van de naam schrijf je alleen met een
hoofdletter als de naam ermee begint:

Sem de Vries - (meneer) De Vries
Iris van Vliet - (familie) Van Vliet

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aardrijkskundige namen

Namen van plaatsen, streken en landen schrijf je ook met een hoofdletter.

Bijvoorbeeld:
Parijs, Limburg, Sittard, 
de Nederlandse taal, 
Engelse drop, Ardennen


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aardrijkskundige namen
Wanneer een windrichting onderdeel is van een aardrijkskundige naam krijgt deze een hoofdletter anders niet.
Bijvoorbeeld:
Noord-Brabant
Zuid-Limburg
West-Friesland

Noord-Amerika

noord

oostNamen van plaatsen, streken en landen schrijfje ook met een hoofdletter.

Bijvoorbeeld:
Ik ga met Ivo naar Parijs.


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feestdagen


Feestdagen schrijf je met een hoofdletter:
Kerstmis, Suikerfeest, Divali




Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Namen van bedrijven, organisaties en merken

Rabobank
 Greenpeece
 Coca-Cola

 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • afleidingen van feestdagen (paasontbijt, kerstavond)
  • dagen, maanden en jaargetijden  (maandag, november, lente)
  • windstreken ( noorden, zuiden, westen en oosten)
Wanneer dan een kleine letter?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitzondering:
 namen van opleidingen schrijven we zonder hoofdletter.

Bijvoorbeeld
vmbo, mbo, havo, hbo, roc






























Letterwoorden

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

beste mevrouw tamineau
In bovenstaande aanhef moet...
A
1 hoofdletter
B
2 hoofdletters
C
3 hoofdletters
D
geen hoofdletters

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

september
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

moederdag
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletter of niet?
A
titanic
B
Titanic

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters: goed of fout?
Zuid-Holland
A
goed
B
fout

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Kermis staat van Woensdag tot Zaterdag op het plein.
A
hoofdletters staan allemaal goed
B
niet alle hoofdletters staan goed

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar staan de hoofdletters goed?
A
mevrouw Van Beek
B
mevrouw van beek
C
mevrouw van Beek

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is de zin goed of fout?

Zij is in januari jarig.



A
goed
B
fout

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met kerstmis vieren wij dat Jezus christus is geboren.
Hoeveel hoofdletters mis je?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar moeten de hoofdletters? Typ:
marco van der veen

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar moeten de hoofdletters? Typ:
'beste mevrouw van vliet,'

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Verwerking
  • Ga naar NUMO
  • Kies 'Leestekens'.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies