past simple en ontkenningen

past simple en ontkenningen
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 6

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

past simple en ontkenningen

Slide 1 - Tekstslide

Past Simple Vragen en Ontkenningen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van de les kun je:
-een ontkennende zin maken 
-een zin in de past simple omzetten

Slide 3 - Tekstslide

Past Simple

Slide 4 - Tekstslide

TODAY'S GOAL
Je kan in de verleden tijd vragende en 
ontkennende zinnen maken. 

Slide 5 - Tekstslide

Hoe maak je de past simple?
A
werkwoord + ed
B
was/were + verb + ing

Slide 6 - Quizvraag

Maar hoe maken we vragen met de past simple?

Slide 7 - Tekstslide

Eerst in het Nederlands

Slide 8 - Tekstslide

Hoe in het engels?

Slide 9 - Tekstslide

Hoe in het engels?

Slide 10 - Tekstslide

NA DID EN DIDN'T KOMT DUS ALTIJD HET HELE WERKWOORD!!


NIET: DID THE BOYS HAD A FIGHT?
WEL: DID THE BOYS HAVE A FIGHT? 

Slide 11 - Tekstslide

_______to Spain in July?
A
Do we went
B
Did we go
C
Do we go
D
Did we went

Slide 12 - Quizvraag

_______ you last week?
A
Do I see
B
Did I saw
C
Do I saw
D
Did I see

Slide 13 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in:
___ Jake ___ (sell) his car last week?
A
Did ... selled
B
Did ... sell
C
Sell
D
Selled

Slide 14 - Quizvraag

Maak VRAGEND:
I was on holiday to England last summer.

Slide 15 - Open vraag

Maak VRAGEND:
I watched a movie yesterday.

Slide 16 - Open vraag

hoe maken we ontkenningen?

Slide 17 - Tekstslide

Hoe in het Nederlands?

Slide 18 - Tekstslide

Hoe in het engels?

Slide 19 - Tekstslide

Hoe in het engels?

Slide 20 - Tekstslide

Hoe in het engels?

Slide 21 - Tekstslide

NA DID EN DIDN'T KOMT DUS ALTIJD HET HELE WERKWOORD!!

NIET: I DIDN'T LIKED THE GIRL
WEL: I DIDN'T LIKE THE GIRL

Slide 22 - Tekstslide

Vul de juiste vorm in.
Sandy _____ (buy - not) a lot of clothes last week.
A
buyn't
B
didn't buyed
C
didn't buy
D
buyed not

Slide 23 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in.
Their friends _____ (go - not) to the park.
A
didn't goed
B
didn't go
C
goen't
D
go not

Slide 24 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in.
She _______ (is - not) on holiday on a tropical island.
A
wasn't
B
was not
C
didn't was
D
don't was

Slide 25 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in.
The cat _____ (is - not) agressive, but very friendly.
A
was'nt
B
wasn't
C
weren't
D
didn't was

Slide 26 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in.
I ... (go - not) to a party every weekend.
A
went
B
didn't went
C
didn't go
D
wentn't

Slide 27 - Quizvraag

Maak ONTKENNEND:
Eric visited his grandpa last night.

Slide 28 - Open vraag

Maak ONTKENNEND:
Erik visited his grandpa last night.

Slide 29 - Open vraag

The past simple

Slide 30 - Tekstslide

Extra Oefening

Slide 31 - Tekstslide

(your friend / dig) a hole yesterday?

Slide 32 - Open vraag

Vul de juiste vorm in.
_____ I ____ on time this morning?
A
Did ... were
B
Did ... was
C
Were
D
Was

Slide 33 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in.
____ we ____ (drink) a cup of tea?
A
Did ... drunk
B
Drank
C
Did ... drank
D
Did ... drink

Slide 34 - Quizvraag


Vulde juiste vorm in.
___ the dog ___ (play) with its bone?
A
Played
B
Did ... play
C
Did ... played
D
Play

Slide 35 - Quizvraag

Slide 36 - Tekstslide