gwp 5.1 tekst 2 (hv2)

gwp 5.1 tekst 2 (hv2)
1 / 6
volgende
Slide 1: Tekstslide
Gwp 5.1 hv2Secondary Education

In deze les zitten 6 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

gwp 5.1 tekst 2 (hv2)

Slide 1 - Tekstslide

(Alinea 1) INDUSTRIËLE REVOLUTIE → begon in ………………..………… (land) → uitvinding …………………. → verbranden van …….....................…….. om water te verhitten → voor st………………….

Kies uit: 1) Amerika - 2) Groot-Brittannië - 3) handmolen - 4) Japan - 5) spin + weefmachine 6)stoommachine 7) steenkool - 8) stoom - 9) stoomdruk - 10) voetaandrijving - 11) water

Slide 2 - Open vraag

(Alinea 2) DE STOOMMACHINE
→ eerste stoommachine → uitgevonden door Thomas …………. → bruikbaar bij de ……………..…….………
> men kan nu …….… opgraven > en dus meer ………………..… opgraven
→ betere stoommachine → verbeterd door James ………. (1765) > meer ……………., bruikbaar bij de
…………….. + in de …………………nijverheid
Kies uit: 1)dieper - 2)Newcomen - 3)Phillips - 4)rivieren 2x - 5)steenkool2x - 6)steenkoolmijnen2x - 7)textiel - 8)water2x - 9)Watt - 10)metaal 11)meubel

Slide 3 - Open vraag

(alinea 3&4) TEXTIELNIJVERHEID → vernieuwingen in Groot-Brittanië:
* van ouderwetse spinnewiel en weefgetouw → naar …………… spin- en weefmachines
aangedreven door ……………. → Waar? In ………………….. (dichtbij snelstromende rivieren)
* van wol naar ………….. (uit India)
* nieuwe ……………. spin- en weefmachines aangedreven door ………………. → Waar? In ……………….
> dus meer productie/groei Britse ……….. nijverheid > dus meer ……….. - en machinefabrieken
Kies uit: 1)fabrieken - 2)houten - 3)ijzeren - 4)bronzen - 5)water - 6)wind - 7)werkplaatsen - 8)katoen - 9)zijde- 10)textiel - 11)steenkool - 12)ijzer - 13)brons

Slide 4 - Open vraag

(alinea 5&6) INDUSTRIALISATIE (= uitbreiding industrie) → steeds sneller en sneller vanwege:
* 1830 opkomst ………… + ………….. > meer steenkoolmijnen, ijzer- en machinefabrieken nodig
* 1850 Groot-Brittanië exporteerde naar de hele wereld = ‘……………van de wereld’ (textiel, machines, etc)
* 1850 Andere …………… landen en ………. ook industrie (ook industriële revolutie)

Kies uit: 1)stoomschip - 2)containerschip - 3)zeilschip - 4)sneltrein - 5)stoomtrein - 6)vliegtuig - 7)stad - 8)werkplaats - 9)westerse - 10)Japan - 11)Afrikaanse - 12)Azië - 13) Nederland

Slide 5 - Open vraag

(alinea 6) TIJD VAN BURGERS EN STOOMMACHINES (1800-1900)
Waarom burgers? → opkomst bourgeoisie (…… burgerij, groep van ….. burgers) → zij waren bijv. ………………………. (=zakenmannen), ………… (=geleerden) en ………. > zij hadden veel invloed op de samenleving, zij waren m……………….. Hun status is verkregen door hun bezittingen, opleiding en werk.

Kies uit: 1)machtig - 2)ondernemers - 3)ontwerpers 4)mannen - 5)lage - 6)hoge - 7)rijke - 8)arme - 9)priesters - 10)professoren - 11)artsen - 12)artiesten

Slide 6 - Open vraag