2. Bezinken en filtreren

2. Bezinken en filtreren
Ga rustig zitten op je plek
Ga op je iPad alvast in de LessonUp
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2. Bezinken en filtreren
Ga rustig zitten op je plek
Ga op je iPad alvast in de LessonUp

Slide 1 - Tekstslide

Stil beginnen
Lees: in je boekje de tekst onder het kopje 'Bezinken en afschenken'.

Beantwoord daarna, in stilte en voor jezelf, deze vragen:
1. Waarom zakken gouddeeltjes sneller naar de bodem in water dan zanddeeltjes?
2. Waarom is afschenken niet zo'n nauwkeurige manier van scheiden?

Klaar? Lees verder in de paragraaf.
timer
3:30

Slide 2 - Tekstslide

Oplossing of suspensie?
A
Oplossing
B
Suspensie

Slide 3 - Quizvraag

Waar of niet waar: je kan opgeloste suiker van thee scheiden door te filtreren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Wat gaan we leren?
Je kan beschrijven van welke stofeigenschap je gebruik maakt bij de scheidingsmethodes bezinken/afschenken en filtreren.

Je kan beschrijven op welke manier je een suspensie filtreert.

Je kan de verschillende onderdelen van een filtreeropstelling benoemen.

Slide 5 - Tekstslide

Oplossing: helder mengsel. Een vaste stof (bv. suiker) is helemaal opgenomen door een vloeistof (bv. water).

Suspensie: een vloeibaar mengsel waarin kleine stukjes stof zweven. Daardoor is het troebel.

Slide 6 - Tekstslide

In beide gevallen is de gemengde stof niet verdwenen. Je kan het nog uit de vloeistof halen.

Je gaat dan stoffen van elkaar scheiden.

Dan kan bijvoorbeeld met een filter.

Slide 7 - Tekstslide

Welke mengsels kan je scheiden door te filtreren?
A
Suspensies
B
Oplossingen
C
Beide

Slide 8 - Quizvraag

In een oplossing zijn de opgeloste deeltjes zo klein, dat ze door het filter gaan.

Een suspensie kan je filtreren omdat er een verschil is in deeltjesgrootte. De deeltjes van de vloeistof zijn klein, de deeltjes van de gemengde stof een stuk groter.

Slide 9 - Tekstslide

De kleinste deeltjes van de suspensie passen door het filter. De grotere deeltjes die achterblijven noemen we het residu.

De vloeistof die uit het filter komt, noemen we het filtraat.

Slide 10 - Tekstslide

Oplosmiddel
Filtraat
Residu

Slide 11 - Sleepvraag

Filters worden niet alleen gebruikt bij vloeistoffen. Mondkapjes werken bijvoorbeeld ook als filter.

Grote deeltjes (druppels) blijven achter in het filter, alleen kleine deeltjes (zuurstof) komen er doorheen.

Slide 12 - Tekstslide

Kort practicum
Doelen:
Je ziet het verschil tussen een oplossing en een suspensie.
Je leert zelf filtreren.
Hoe: Je krijgt de benodigdheden op tafel. Volg de stappen op het werkblad en vul de vragen in.
Met wie: In duo's.
Klaar? Ruim netjes op en maak opdracht 1 t/m 7 van paragraaf 'Bezinken en filtreren'.

Slide 13 - Tekstslide