Wil je meedoen met de uitleg, dan ga je vooraan zitten.
Wil je alleen gaan leren mag dat ook.
Ik vertel wel belangrijke informatie.
Slide 3 - Tekstslide
Regels
Als je ervoor kiest om alleen te gaan werken/ leren doe je dat in je boek.
Er worden geen spelletjes gespeeld en je laptop ben je niet nodig.
Ik wil geen last van je hebben, want ik ga met een aantal leerlingen klassikaal de uitleg doen.
Slide 4 - Tekstslide
Rekenen
Twan rijd elke week 2 keer naar Assen, dit is ongeveer 130 km heen en terug. De auto waar hij mee rijd verbruikt 1 liter benzine op 15 km. Hoeveel liter verbruikt hij per week?
Slide 5 - Tekstslide
Vervolg vraag
Twan rijd elke week 2 keer naar Assen, dit is ongeveer 130 km heen en terug. De auto waar hij mee rijd verbruikt 1 liter benzine op 15 km. Hoeveel liter verbruikt hij per week?
1 liter benzine kost ongeveer 1,75 euro. Hoeveel euro is Twan per jaar kwijt aan brandstof?
Slide 6 - Tekstslide
Giraal en Chartaal geld
Chiraal is geld dat op jouw bankrekening staat.
Chartaal geld is contant geld.
Slide 7 - Tekstslide
Percentages
Je bent lid van de voetbalvereniging en de contributie was 25,00 euro. De contributie is met 5% verhoogd. Hoeveel moet je nu betalen?
Slide 8 - Tekstslide
Nieuw saldo berekenen
Slide 9 - Tekstslide
Gemiddelde berekenen
Amber geeft in de eerste week van november 83,95 euro uit. In de andere weken geeft ze 95 euro, 105 euro en 89 euro uit.
Hoeveel geeft ze uit over 4 weken?
Hoeveel geeft ze uit gemiddeld per week?
Slide 10 - Tekstslide
Van week naar maand
1 jaar heeft ..... maanden.
1 jaar heeft ... weken.
Je krijgt 6 euro zakgeld per week.
Hoeveel krijg je per jaar?
Hoeveel per maand?
Slide 11 - Tekstslide
Percentage berekenen
Je leent 750 euro. In totaal betaal je 810 euro terug.
A Hoeveel heb je meer terugbetaald dan je geleend hebt?
B Bereken hoeveel procent dat is van het geleende bedrag.
Slide 12 - Tekstslide
Percentages
Een lening van 1500 euro betaal je terug in 24 maandtermijnen van 74 euro.
A Bereken hoeveel je meer terugbetaalt dan je geleend hebt.
B Bereken hoeveel procent dat is van het geleende bedrag.
Slide 13 - Tekstslide
Rente berekenen
Je hebt 950 euro op een spaarrekening en krijgt daarover 1,4% rente.
Bereken de rente die je na 1 jaar ontvangt.
Slide 14 - Tekstslide
Omzet berekenen
Chris verkoopt 277 porties falafel voor 3,25 euro per bakje.
Bereken de omzet.
De kosten zijn 650 euro. Bereken de winst.
Slide 15 - Tekstslide
Afschrijving berekenen
Idris heeft voor zijn werk een goede laptop nodig. Daarom koopt hij voor 1.398 euro een nieuwe. Hij rekent erop dat de laptop drie jaar meegaat.
Wat is de afschrijving per jaar?
Slide 16 - Tekstslide
Afschrijving per jaar/maand
Christa koopt een bedrijfswagen van 18.960 euro die ze 4 jaar wil gebruiken.
1 De afschrijving per jaar is:
2 De afschrijving per maand is:
Slide 17 - Tekstslide
Toets bespreken
Slide 18 - Tekstslide
Wat moet je leren voor de toets in de toetsweek?
Hoofdstuk 1 rekenwerk
Hoofdstuk 2 rekenwerk
Hoofdstuk 4 rekenwerk
Hoofdstuk 5 rekenwerk
En de bijbehorende begrippen van de het rekenwerk.