Grammatica zinsdelen: herhalen hoofd- en bijzinnen

Grammatica zinsdelen
Herhalen enkelvoudige zin ontleden
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Grammatica zinsdelen
Herhalen enkelvoudige zin ontleden

Slide 1 - Tekstslide

Raadsel!
Wat is hier aan de hand?

Slide 2 - Tekstslide

Grammatica zinsdelen
Vrijdag een online toets over grammatica zinsdelen

'De Brug' blz. 247-250
- pv, ow, wg/ng, lv, mv, bwb, bijv. bep.
- hoofd- en bijzinnen herkennen
- Bijzin benoemen (= zinsdeelzinnen)


Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog over
hoofd- en bijzinnen?

Slide 4 - Woordweb

Samengestelde zinnen

Enkelvoudige zin: zin met één persoonsvorm


Samengestelde zin: zin met twee of meer persoonsvormen


Een samengestelde kan bestaan uit: hoofdzin + bijzin (of andersom) of een hoofdzin + hoofdzin. 



Slide 5 - Tekstslide

Hoofdzin (HZ)

- onderwerp en persoonsvorm staan altijd naast elkaar

- 'belangrijkste zin'

- een samengestelde zin heeft altijd minstens één hoofdzin


Voorbeeld:

Alle boeken van Harry Potter zijn beroemd, omdat ze goed geschreven zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Bijzin (BZ)

- Onderwerp en persoonsvorm staan niet naast elkaar OF er kan een zinsdeel tussen. PV staat vaak achter in bijzin

- bijzin begint vaak met voegwoord 
- een bijzin heeft altijd een hoofdzin nodig. 

- Tip: plaats het woordje 'niet' tussen pv en ow. Klinkt de zin nog goed? Dan is het een bijzin!


Voorbeeld:

Alle boeken van Harry Potter zijn beroemd, omdat ze goed geschreven zijn.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de zin tussen haakjes?

[De laptop was kapot], omdat ik hem op de vloer heb laten vallen.
A
Hoofdzin
B
Bijzin

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de zin tussen haakjes?

Ik weet niet [of ze dat wilde doen].
A
Hoofdzin
B
Bijzin

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de zin tussen haakjes?

De leerlingen waren zenuwachtig, [omdat ze op de resultaten van de toets moesten wachten].
A
Hoofdzin
B
Bijzin

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de zin tussen haakjes?

Ik ben moe, [dus ik ben toe aan vakantie.]
A
Hoofdzin
B
Bijzin

Slide 11 - Quizvraag

Ik begrijp niet waarom ik geen cadeau heb gekregen.
HZ-BZ
BZ-HZ
HZ-HZ
Het is twaalf uur 's nachts en ik ben nog steeds wakker.
Nadat ik een lekkere pannenkoek had gegeten, moest ik uitbuiken op de bank.

Slide 12 - Sleepvraag

Wat weet je nog over nevenschikkende
en onderschikkende voegwoorden?

Slide 13 - Woordweb

Nevenschikking en onderschikking
Nevenschikking: HZ + HZ
Neven betekent 'aangrenzend' (gelijk aan elkaar)

Onderschikking: HZ + BZ / BZ + HZ
Onderschikking betekent dat één deel van de zin ondergeschikt ('minder') is dan de andere. 

Slide 14 - Tekstslide

Nevenschikkend en onderschikkend voegwoord

Hoofdzinnen kunnen met elkaar verbonden worden door nevenschikkende voegwoorden: en, maar, want of of.


Bijzinnen worden verbonden met een hoofdzin door onderschikkende voegwoorden: terwijl, voordat, toen, nadat, doordat, zodat, waardoor, omdat, hoewel, dat (en nog vele andere)


Slide 15 - Tekstslide

Dean hoopt dat Evi snel klaar is, WANT dan kunnen ze gaan sporten.

want =
A
nevenschikkend voegwoord
B
onderschikkend voegwoord

Slide 16 - Quizvraag

Juno was de godin van het huwelijk en het huishouden van getrouwde stellen, ZODAT sommige paartjes denken dat het geluk brengt als ze in juli trouwen.

zodat =
A
nevenschikkend voegwoord
B
onderschikkend voegwoord

Slide 17 - Quizvraag

De regering wil een snelle oplossing, MAAR de oppositieleden vragen tijd.

MAAR =
A
nevenschikkend voegwoord
B
onderschikkend voegwoord

Slide 18 - Quizvraag

Quizje!
Ga naar: joinmyquiz.com
Vul de spelcode in (zie andere scherm)
Geef aan hoe de zin is samengesteld
Succes!

Slide 19 - Tekstslide

Volgende les
Volgende les herhalen we de zinsdeelzinnen.

Slide 20 - Tekstslide