NN6 BK1 Hoofdstuk 3 Taalverzorging

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Onderwerp van de zin

Jullie leren het zinsdeel ONDERWERP te vinden.

Als je weet wat het onderwerp van de zin is dan kun je ook andere zinsdelen vinden.

Als je zinsdelen kunt vinden, weet je hoe je woorden moet schrijven en zinnen moet maken.

Wie skiet?

Wie duwt?

1. Het blauwe poppetje met een boek.
2. Het groene poppetje zonder een gewicht.
3. Het gele poppetje met een pet.
4. Het groene poppetje met een gewicht.

Wat stuitert?

Regel voor het vinden van 

ONDERWERP

dus

Wie skiet?

Wie valt?

Wat stuitert?

Persoonsvorm = het werkwoord dat veranderen kan 

*tijdsproef

*vraagzin

vraag: WIE /WAT + persoonsvorm

Heb jij een vraag over het vinden van
ONDERWERP?
Schrijf 'm dan hier.

IK-vorm van het werkwoord

Jullie leren de ik-vorm van het werkwoord te maken.

Als je weet hoe je de ik-vorm moet schrijven, dan kun je daarna beter de regels leren hoe je een werkwoord moet schrijven.

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
FLUITEN

1. Ik fluit
2. Ik floot
3. Ik fluitte
4. Ik fluit

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
WORDEN

1. Ik wordt
2. Ik wordd
3. Ik worde
4. Ik word

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
SPELEN

1. Ik spel
2. Ik spell
3. Ik speelt
4. Ik speel

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
beloven

1. Ik beloov
2. Ik beloof
3. Ik belof
4. Ik belov

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
REIZEN

1. Ik reiz
2. Ik reist
3. Ik reis
4. Ik reizt

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
BUKKEN

1. Ik buk
2. Ik bukk
3. Ik bukt
4. Ik buuk

Hoe schrijf je de ik-vorm van een werkwoord?

Stap 1. Wat is het hele werkwoord? b.v. worden

Stap 2. Haal de 'en' van het hele werkwoord. dus worden

Let op 1: Verdubbel de klinker, bij een lange klank. bv. lopen = loop

Let op 2: Haal de medeklinker weg bij korte klank bv. bukken = buk

Let op 3: V > F  en Z > S bv. beloven = beloof en reizen = reis 

Heb jij een vraag over de
IK-VORM?
Schrijf 'm dan hier.

Gekke werkwoorden 

Er zijn gekke werkwoorden in iedere taal.

Je gebruikt ze iedere dag, dus je kent ze al.

Vandaag leer je hoe ze eruit zien.

zijn-hebben- willen-kunnen-zullen

Wie heeft dit rijtje uit z'n hoofd moeten leren bij Engels?

I am, you are, we are..
I did, you did, we did...

1. Ik heb dit uit mijn hoofd moeten leren.
2. Ik heb dit niet uit mijn hoofd moeten leren.

En zo is het ook met Nederlands..

En zo is het ook in het Nederlands. 

Deze werkwoorden moet je leren. 

Omdat je ze geen vaste regel hebben. 

VASTE REGEL

SPELEN            BUKKEN

tegenwoordige tijd

Ik speel            Ik buk

Jij speelt          Jij bukt

Wij spelen       Wij bukken

verleden tijd

Ik/hij speelde  Ik /hij bukte

Wij speelden   Wij speelden

GEEN VASTE REGEL

 ZIJN               HEBBEN

tegenwoordige tijd

Ik ben            Ik heb

Jij bent          Jij hebt

Wij zijn          Wij hebben

verleden tijd

Ik/hij was       Ik /hij had

Wij waren     Wij hadden

willen-kunnen-zullen

bekijk ze maar eens in Nieuw Nederlands

Heb je nog een vraag over de
GEKKE WERKWOORDEN
Schrijf 'm hier!