A3 - 1.4

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 1

Paragraaf 4

Diversiteit van de bevolking

Leerdoelen:

• wat de herkomstgebieden zijn van de vier grote bevolkingsgroepen in de VS
  
• wat de oorzaken zijn van de enorme toename van de bevolkingsdiversiteit in de VS
  
• wat de verschillen zijn tussen diversiteit en inclusie of integratie en diversiteit en exclusie of segregatie

Buitenlandse migratie (vanuit ander land)

• Tot 1965: veel Europese immigranten naar de VS.
  
• Na 1965: veel vluchtelingen (hispanics en Aziaten) naar VS.

Diversiteit = de verschillen tussen mensen.

Hoe gaan ze met elkaar om?

Inclusie (insluiting) = iedereen mag meepraten/meebeslissen/meedoen.

Exclusie (uitsluiting) = uitsluiten van groepen mensen (discriminatie).

Diversiteit maakt VS sterker

Mensen met migratieachtergrond > vaak jonger 

---> verminderen vergrijzing/ontgroening
 ---> meer werkenden.

Diversiteit & Segregatie

Segregatie = mensen uit verschillende bevolkingsgroepen wonen veelal gescheiden.

In VS veel ruimtelijke segregatie --> hoge segregatie-index.

'Zwarte en Witte' wijken.

Achterstanden Afro-Amerikanen

• inkomen en opleiding laag > wijken: werkloosheid en onveilig.

• slechte leefbaarheid, vooral in getto's.

• Wie kan, vlucht naar suburbs (ethnic flight).

Aan de slag!

Opdracht 1, 2, 3, 6.