Herhaling H2: Deel 2

Herhaling H2: Stoffen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundePraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhaling H2: Stoffen

Slide 1 - Tekstslide

Weet je nog?
Een stof eigenschap is waar je een stof aan kan herkennen.

Voorbeelden van stofeigenschappen zijn:
De smaak van suiker, zout en azijn.
De geur van zeep en alcohol.

Maar ook dichtheid en magnetisme zijn stofeigenschappen

Slide 2 - Tekstslide

Geef een stofeigenschap van glas

Slide 3 - Open vraag

Dichtheid is een stofeigenschap
A
Wel
B
Niet

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de dichtheid van water?
A
1,0 g
B
1,0 gram per cm3
C
1,0 cm3

Slide 5 - Quizvraag

Als het vriest verandert water in ijs.
Is ijs een andere stof dan water?
A
Wel
B
Niet

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Elke stof kan voorkomen als vaste stof, vloeistof of gas.
Hoe heet het als een stof van gas naar vloeibaar gaat?
A
Smelten
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Stollen

Slide 8 - Quizvraag

Alle stoffen hebben hetzelfde kookpunt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Drijven en zinken
Water heeft een dichtheid van precies 1,0 gram per kubieke centimeter.

Piepschuim
0,01 gram per cm3
Eikenhout
1,2 gram per cm3
Dennehout
0,5 gram per cm3
Glas (knikker)
2,5 gram per cm3
Kurk
0,2 gram per cm3
Roestvrij staal
7,8 gram per cm3

Slide 10 - Tekstslide

Een stof met een hogere dichtheid dan water zal dus...
A
drijven
B
zinken

Slide 11 - Quizvraag