Woordsoorten

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom!

Het doel van deze les:

Aan het eind van deze les kunnen jullie het persoonlijk voornaamwoord en het bezittelijk voornaamwoord herkennen in een zin.

Persoonlijk voornaamwoord (pers.vnw.)

Een pers.vnw. duidt een persoon, dier of ding aan. 

Tip: een pers. vnw. kun je vervangen door hij of hem.

Wist je al dat Frankrijk al jaren onze favoriete vakantiebestemming is? 

Is er een pers.vnw. in deze zin?

Bezittelijk voornaamwoord (bez.vnw.)

Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is en staat altijd voor het zelfstandig naamwoord.

Mijn oma breit nog steeds wollen sokken voor haar kleinkinderen. 

Zit er in deze zin een bez.vnw? 

Startopdracht

In het kort: 

HEN: als het een lijdend voorwerp is. 

           als meewerkend voorwerp waar een voorzetsel voor staat. 

HUN: als meewerkend voorwerp zonder voorzetsel.

LET OP: HUN en HEN zijn nooit onderwerp.

We maken zin een samen

Wat: maken opdracht een en twee 

Hoe: zelfstandig

Hulp: ja

Tijd: 15 minuten

Uitkomst: bespreek met je buurman

Klaar: we kijken de opdrachten samen na

Is dit jouw/jou schrift?

1. jouw
2. jou

____ auto staat naast ____ auto.

1. Hun, jou
2. Zij, jouw
3. Hen, jouw
4. Hun, jouw

Het woord:
"ME"
is een

1. persoonlijk voornaamwoord
2. vragend voornaamwoord
3. aanwijzend voornaamwoord
4. bezittelijk voornaamwoord

Vond jij me zusje ook zo uitsloverig?

Goed of fout?

1. Goed
2. Fout

Welke van de onderstaande voorbeelden bevat een persoonlijk voornaamwoord?

1. Jouw verhaal
2. Het verhaal van jou
3. Onze telefoon
4. Geef elkaar een hand

Het is hun geheim.

Deze zin heeft een bezittelijk voornaamwoord

1. Waar
2. Niet waar

Hij feliciteerde ... met ... nominatie

1. hen; hun
2. hun; hun
3. hen; hen
4. hun; hen

'uw' is een.......

1. persoonlijk voornaamwoord
2. bezittelijk voornaamwoord

Een persoonlijk voornaamwoord duidt een persoon, dier of ding aan.

1. Niet waar
2. Waar

Huiswerk

De Brug bladzijde 248, opdracht vier.