H4 met 1k1

Zoals ik net al zei: wat fijn om jullie weer even te zien en horen!
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Zoals ik net al zei: wat fijn om jullie weer even te zien en horen!

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij Nederlands online!
Programma - let op: zorg ervoor dat je microfoon uitstaat!

  • Vragenrondje over het huiswerk (heel H4)        .... minuten
  • Instructie taalverzorging H4                                  10 minuten
  • Vragen stellen over de instructie                          .... minuten
  • Quiz over de theorie van H4                                   7 minuten


De les is uiterlijk om 12:45 uur afgelopen. 

Slide 2 - Tekstslide

Wie heeft er vragen die gaan over 'lezen' of 'woordenschat' van H4? 

Slide 3 - Tekstslide

Tim koopt een tafel. 

pv = ...
onderwerp = 

Slide 4 - Tekstslide

Het gezegde
= alle werkwoorden in de zin

De persoonsvorm hoort bij het gezegde. 

Ik heb een film gekeken
pv= heb
gezegde = heb gekeken

Slide 5 - Tekstslide

Ik wil een TikTok-dansje oefenen.

pv=
ow=
gezegde=

Slide 6 - Tekstslide

het voltooid deelwoord

Slide 7 - Tekstslide

Voltooid deelwoord 
Een voltooid deelwoord begint vaak met be-, ge-, ver- of ont-.

Regelmatige werkwoorden: 
Ik heb gerend. (want rende)
Ik heb gefietst. (want fietste)
Ik heb gepakt. (want pakte)

Slide 8 - Tekstslide

Voltooid deelwoord

Slide 9 - Tekstslide

Onregelmatige werkwoorden: 
Zwemmen- zwom- gezwommen
Ik heb gezwommen. 

Lezen- las- gelezen
Ik heb een boek gelezen.

lopen- liep- gelopen
Ik heb een marathon gelopen.

Slide 10 - Tekstslide

gebelt/ gebeld? 

Slide 11 - Tekstslide

Ik heb mijn oma gebel...
A
gebelt
B
gebeld

Slide 12 - Quizvraag

Wij hebben gevoetbal...
A
gevoetbald
B
gevoetbalt

Slide 13 - Quizvraag

Ik heb gecomputer...
A
gecomputerd
B
gecomputert

Slide 14 - Quizvraag

Ik heb geren...
A
gerend
B
gerent

Slide 15 - Quizvraag

lopen-liep-ge......
A
gelopen
B
geloopt

Slide 16 - Quizvraag

helpen- hielp- ge....
A
gehielpt
B
geholpen
C
gehelpt

Slide 17 - Quizvraag

bakken- bakte- ge....
A
gebakt
B
gebakken

Slide 18 - Quizvraag

Tom heeft geld verdien....
A
verdient
B
verdiend

Slide 19 - Quizvraag

Ik fiets naar school.
pv=
A
Ik
B
fiets
C
naar
D
school

Slide 20 - Quizvraag

Tim maakt een video.
pv=
A
Tim
B
maakt
C
een
D
video

Slide 21 - Quizvraag

Ik heb een koekje gegeten.
gezegde=
A
heb
B
heb een koekje
C
heb gegeten

Slide 22 - Quizvraag

Sara heeft een verhaal geschreven.
gezegde=
A
heeft
B
een verhaal
C
heeft geschreven

Slide 23 - Quizvraag

Ik wil een spel spelen.
gezegde=
A
Ik
B
Ik wil
C
wil spelen

Slide 24 - Quizvraag

School is leuk.
ow=
A
School
B
is

Slide 25 - Quizvraag

Mevrouw Dirksen is blij dat zij vandaag 1k1 weer ziet.
ow=
A
is blij
B
Mevrouw Dirksen
C
vandaag
D
1k1

Slide 26 - Quizvraag

De persoonsvorm is altijd een...
A
werkwoordt
B
werkwoord
C
werkwoordt
D
werkwoordt

Slide 27 - Quizvraag

Beertje en Ollie spelen in de tuin.
pv=
A
Beertje en Ollie
B
spelen
C
in
D
tuin

Slide 28 - Quizvraag

Tim heeft in de supermarkt veel geld verdiend.
gezegde =
A
heeft
B
heeft verdiend

Slide 29 - Quizvraag

Beertje eet een koekje.
ow=
A
Beertje
B
een koekje

Slide 30 - Quizvraag

De quiz is afgelopen.
gezegde =
A
De quiz
B
is
C
is afgelopen

Slide 31 - Quizvraag