MYP2 dinsdag 6 juni

MYP2 dinsdag 6 juni
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

MYP2 dinsdag 6 juni

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
herhalen
recepten
route naar school

Slide 2 - Tekstslide

Kleding

Slide 3 - Woordweb

voorzetsels (prepositions)

Slide 4 - Woordweb

Welke zin is goed?
A
Ik ruim de tafel af.
B
Ik af de tafel ruim.
C
Ik afruim de tafel.
D
Ik ruim af de tafel.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is goed?
A
Op Texel veel schapen wonen
B
Op Texel veel schapen woont
C
Op Texel wonen veel schapen
D
Op Texel woont veel schapen

Slide 6 - Quizvraag

Welke zin met inversie is goed?
A
Sinds gisteren woont Emma in het centrum.
B
In het centrum Emma woont sinds gisteren.
C
Emma in het centrum woont sinds gisteren.
D
Gisteren Emma woont in het centrum sinds.

Slide 7 - Quizvraag

Welke zin is goed?
A
Ik voorlees een boek
B
Ik voor een boek lees
C
Ik lees een boek voor

Slide 8 - Quizvraag

Ik kook....
A
De thee
B
Het fruit
C
Het water
D
Het brood

Slide 9 - Quizvraag

..... de boodschappen ga ik eten koken.
A
Over
B
Tegen
C
Bij
D
Na

Slide 10 - Quizvraag

kok
A
cook
B
kook
C
baker
D
baking

Slide 11 - Quizvraag

Jeans
A
trui
B
pantalon
C
spijkerbroek
D
rok

Slide 12 - Quizvraag

Dit is een heel groot .............................. Ze verkopen er kleding maar ook fietsen en meubels.
A
slager
B
bibliotheek
C
warenhuis
D
groenteboer

Slide 13 - Quizvraag

Mieke heeft altijd mooie kleding aan.
Vandaag … ze een prachtige jurk.
A
verlegen
B
merkt
C
draagt
D
versiert

Slide 14 - Quizvraag

Welke kleding past NIET bij 'zwemmen'?
A
bikini
B
zwembroek
C
blouse
D
badpak

Slide 15 - Quizvraag

15. Wat zie je in de kledingkast?
A
Ik zie boeken in de kledingkast.
B
Ik zie een boom en een bloem in de kledingkast.
C
Ik zie een trui en een broek in de kledingkast.
D
Ik zie de hond in de kledingkast.

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Taaldorp
MYP3

Slide 18 - Tekstslide

Route beschrijving
Hoe kom jij van huis naar school?

Slide 19 - Tekstslide

Summative spreken
Maak een kookvideo en upload die op Managebac. Make a cooking video and upload it on Managebac.
INSTRUCTIES KOOKVIDEO/ INSTRUCTIONS COOKING VIDEO
Introductie/ Introduction:
 Wat is de naam van het recept? What is the name of the recipe?
 Wat voor maaltijd is dit? What kind of meal is this?
 Voor hoeveel personen is dit recept? For how many people is this recipe?
 Hoeveel tijd heb je nodig om dit recept te maken? How much time do you need to make this recipe?
 Welke ingrediënten zijn er nodig? What ingredients are needed?
Kern/ Middle part:
Geef duidelijke instructies. Begin je zin met de gebiedende wijs. Give clear instructions. Start your sentence with the imperative/ I-form of the verb.
 Slot/ Ending:
 Bedank je kijkers voor het kijken naar jouw video. Thank your viewers for watching your video.         

Slide 20 - Tekstslide

Tips
Schrijf eerst een transcript voor jezelf. First, write a transcript for yourself.
Luister heel goed naar de uitspraak en intonatie. Listen very carefully to the pronunciation and intonation.
Oefen een aantal keren. Practice a number of times.
Spreek niet te snel en niet te langzaam. Don't speak too fast or too slowly.
Spreek luid en duidelijk. Speak loud and clear.
Praat niet monotoon. Don't talk monotonously.
Maak een audio opname van jezelf en luister ernaar. Make an audio recording of yourself and listen to it.
Upload jouw beste presentatie op Managebac. Upload your best presentation on Managebac.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link