A5 H8-2 en 8-3

Machtsfuncties en wortelfuncties
Paragraaf 8-2: Machtsfuncties differentiëren
Paragraaf 8-3: Wortelfuncties en gebroken functies
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Machtsfuncties en wortelfuncties
Paragraaf 8-2: Machtsfuncties differentiëren
Paragraaf 8-3: Wortelfuncties en gebroken functies

Slide 1 - Tekstslide

Doelen:
  • Je kunt machtsfuncties met gebroken en negatieve exponenten differentiëren
  • Je kunt randpunten en asymptoten van wortelfuncties en gebroken functies bepalen

Slide 2 - Tekstslide

Schrijf
in de vorm
y=xx3
y=axn
A
y=3x1,5
B
y=3x1,5
C
y=3x0,5
D
y=3x0,5

Slide 3 - Quizvraag

Machtsfuncties diffentiëren
  • Voor machtsfuncties in de vorm                            ken je de regel:
y=axn
dxdy=naxn1

Slide 4 - Tekstslide

Machtsfuncties diffentiëren
  • Voor machtsfuncties in de vorm                            ken je de regel:


  • Ook functies als                                 en                                     kun je met behulp van deze regel differentiëren  
y=axn
dxdy=naxn1
f(x)=x43
g(x)=3x

Slide 5 - Tekstslide

Machtsfuncties diffentiëren
  • Voor machtsfuncties in de vorm                            ken je de regel:


  • Ook functies als                                 en                                     kun je met behulp van deze regel differentiëren
  • Hiervoor moet je deze functies eerst in de standaardvorm zetten.  
y=axn
dxdy=naxn1
f(x)=x43
g(x)=3x

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld 1: differentieer:
1. Schrijf de functie in de standaardvorm:

f(x)=x43
f(x)=x43=3x4

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld 1: differentieer:
1. Schrijf de functie in de standaardvorm:


2. Pas de regel(s) voor differentiëren toe:

f(x)=x43
f(x)=x43=3x4
dxdy=43x41=12x5

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld 1: differentieer:
1. Schrijf de functie in de standaardvorm:

2. Pas de regel(s) voor differentiëren toe:

3. Schrijf zonder negatieve of gebroken exponent:


f(x)=x43
f(x)=x43=3x4
dxdy=43x41=12x5
dxdy=x512

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld 2: differentieer:
1. Schrijf de functie in de standaardvorm:

g(x)=3x
g(x)=3x=3x0,5

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld 2: differentieer:
1. Schrijf de functie in de standaardvorm:

2. Pas de regels voor differentiëren toe:


g(x)=3x
g(x)=3x=3x0,5
dxdy=213x0,51=121x0,5

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld 2: differentieer:
1. Schrijf de functie in de standaardvorm:

2. Pas de regels voor differentiëren toe:

3. Schrijf zonder gebroken en negatieve exponenten:



g(x)=3x
g(x)=3x=3x0,5
dxdy=213x0,51=121x0,5
dxdy=x0,5121=x121

Slide 12 - Tekstslide

Bereken de afgeleide van
f(x)=x3,42,467
A
dxdy=x4,48,16
B
dxdy=x4,48,16
C
dxdy=x4,48,16
D
dxdy=x2,48,16

Slide 13 - Quizvraag

Wat moet je maken:
Maak van paragraaf 8.2 opgave 9, 10, 12, 13, 14, 15 en 16. Kijk de opgaven na en verbeter ze.

Slide 14 - Tekstslide

Afsluiting
Heb je nog vragen, blijf dan nog even hangen.
Heb je geen vragen, dan wens ik je een fijne dag en alvast een fijne vakantie. Je mag ophangen.

Slide 15 - Tekstslide