pH

De pH/zuurgraad
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De pH/zuurgraad

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

  •  Je wat na de les wat een zuur en een base is 
  • Je weet na de les wat de pH/zuurgraad is 
  • Je weet na de les hoe je de pH kunt bepalen 

Slide 2 - Tekstslide

PH Zuurgraad van een oplossing
- Een zuurgraad betekent hoe zuur een oplossing is en dit geef je dan een waarde wat pH genoemd wordt. De pH kan je aangeven met een getal tussen de 0 en 14.
-Een oplossing kan zuur, neutraal of basisch zijn. Een zure oplossing herken je aan de zure smaak. Basische oplossing smaken vaak zeepachtig en neutraal heeft geen smaak denk aan water dat is neutraal.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is zuur ?
Een zure oplossing smaakt zuur en kan bijtend voelen op je huid. De zuurgraad (pH-waarde) geeft aan hoe zuur een oplossing is. Zuur: pH < 7

Slide 4 - Tekstslide

Zuur (zure stof)
-Voorbeelden zijn: azijn, citroenzuur, maagzuur, zoutzuur, augurk en zure matjes als snoep.
- Als iets zuurder is betekent het ook dat het agressiever is en je moet er dan ook voorzichtiger mee omgaan.

Slide 5 - Tekstslide

Base
-Basische oplossingen zijn het tegenovergestelde van een zure oplossing. 
-Een basische oplossing is een mengsel van water en een stof die je base noemt. De pH ligt tussen de 7 en 14. Hoe basischer een oplossing, hoe hoger de pH. Een oplossing die erg basisch is, is ook agressiever. 

Slide 6 - Tekstslide

Base
-Een basische smaak is moeilijk voor te stellen. Broccoli is een groente met een basische smaak. 
-Maar een ander voorbeeld is zeep, ammonia en gootsteen ontstopper 

Slide 7 - Tekstslide

Zuiver Water is neutraal

Een neutrale oplossing is niet zuur en niet basisch. Een neutrale
oplossing is niet schadelijk.

Een oplossing met een te lage pH (zuur) of met een te hoge pH (base) hebben een bijtende werking en tasten je huid aan.

Slide 8 - Tekstslide

PH Meten
-De pH kun je meten met pH-papier. Dit papier verkleurd
afhankelijk van de pH-waarde.
-In het papier zit een indicator die verkleurd. Een indicator is
een stof waarmee je andere stof kunt aantonen.
-Filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=FjXqx4DBggY&ab_channel=w.p.bouwman 

Slide 9 - Tekstslide

wat geeft PH aan?
A
de zuurgraad
B
aanhechtingsvermogen
C
of het een vloeistof, vaste stof of gas is
D
de neutraalheid

Slide 10 - Quizvraag

Hoe hoger de pH, hoe...
A
...zuurder de oplossing
B
...minder zuur de oplossing

Slide 11 - Quizvraag

Ammonia heeft een pH van 11
Regenwater heeft een pH van 5
Wat is waar?
A
Ze zijn allebei zuur
B
Ze zijn allebei basisch
C
Ammonia is zuur, regenwater is basisch
D
Ammonia is basisch, regenwater is zuur

Slide 12 - Quizvraag