Betrouwbaarheid van een tekst

Nederlands 
17 oktober 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Nederlands 
17 oktober 

Slide 1 - Tekstslide

Nederland is een veilig land

Slide 2 - Open vraag

De vierdaagse werkweek moet ingevoerd worden

Slide 3 - Open vraag

Op scholen moet een warme lunch aangeboden worden.

Slide 4 - Open vraag

Buitenlandse stages zijn meer leuk dan nuttig

Slide 5 - Open vraag

Kritisch lezen paragraaf 8 
Betrouwbaarheid van teksten
Vwo 4 Nederlands

Slide 6 - Tekstslide

Doel van de les
Hoe kun je uitzoeken of een tekst betrouwbaar is?
Je weet waarop je moet letten

Slide 7 - Tekstslide

Hoe controleer jij of een tekst betrouwbaar is of niet?

Slide 8 - Open vraag

Betrouwbaarheid teksten
  • Deskundigheid auteur;
  • Datum van publicatie;
  • Objectiviteit;
  • Taalgebruik;
  • Feiten of meningen;
  • Gebruik van bronnen.

Slide 9 - Tekstslide

Dekundigheid van de auteur

Slide 10 - Tekstslide

Datum van publicatie
  • Hoe ouder, hoe onbetrouwbaarder
  • Geldt ook voor onderzoek, zeker als er al een nieuwer onderzoek is.

Slide 11 - Tekstslide

Objectiviteit
  • Feiten en meningen
Voor- en nadelen
Wie is de schrijver? 
Heeft hij al een voorkeur?

Slide 12 - Tekstslide

Feiten en meningen
  • Feiten: controleerbaar
  • Meningen: opvattingen, waarderende uitspraken


  • Een betrouwbaar artikel is
       gebaseerd op feiten

Slide 13 - Tekstslide

Taalgebruik

Slide 14 - Tekstslide

Rectificeren
Betrouwbare bronnen rectificeren bij fouten

Slide 15 - Tekstslide

Gebruik van bronnen
  • Naar welke bronnen wordt er verwezen?
  • Zijn dat betrouwbare bronnen?

Sites die niets verkopen, feiten 
bevatten en waarin informatie staat 
die je op andere websites ook ziet, 
zijn vaak wel betrouwbaar.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Waarom is deze tekst onbetrouwbaar?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Is deze tekst volgens jou betrouwbaar of niet? Geef aan waarom.

Slide 20 - Open vraag

Wat bereikt met deze les?
Je weet nu waarop je moet letten als je een tekst moet beoordelen op betrouwbaarheid.

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak nu opdrachten 1 en 2, paragraaf 8 p. 35-38

Slide 22 - Tekstslide