5.5 Woorden

5.5 Woorden
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5.5 Woorden

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
- Je kunt een aantal verschillen tussen woordenboeken opnoemen.
- Je weet wat de invloed is van het Engels op het Nederlands.
- Je kent ongeveer 25 nieuwe woorden. 
VM:
- Je leert over uitdrukkingen en spreekwoorden
- Je leert 22 nieuwe woorden

Slide 2 - Tekstslide

Woord van de week

De aura

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk
Zakelijke e-mail 
Afmaken schrijfdossier
Uiterlijk vandaag inleveren

Slide 4 - Tekstslide

VMBO

Aan het werk met 
opdracht 2,3, 4 en 5

Slide 5 - Tekstslide

Wat is de betekenis van het woord?
Abominabel

Slide 6 - Open vraag

Wat is de betekenis van het woord?
De bijwerking

Slide 7 - Open vraag

Wat is de betekenis van het woord?
Het fenomeen

Slide 8 - Open vraag

Wat is de betekenis van het woord?
In het niet vallen

Slide 9 - Open vraag

Wat is de betekenis van het woord?
Permanent

Slide 10 - Open vraag

Wat is de betekenis van het woord?
ondersneeuwen

Slide 11 - Open vraag

Wat is de betekenis van het woord?
radicaal

Slide 12 - Open vraag

Lezen over verschillen tussen woordenboeken

Lezen blz. 115

Wat is een lemma?
is een woord aan het begin van een artikel in een woordenboek of encyclopedie. Meestal zijn de lemma’s in een naslagwerk alfabetisch geordend.


In plaats van lemma kun je ook de termen titelwoord of trefwoord tegenkomen.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld van een woord uit het Engels dat in het Nederlands terecht is gekomen.

Slide 14 - Open vraag

Leenwoorden
Lezen blz. 116

Woorden uit:
  • Latijn, Grieks, Frans, Duits en Engels
  • 3 redenen waarom wij een Engels woord gebruiken.
  • Taalvervuiling

Samen maken opdracht 16

Slide 15 - Tekstslide

VMBO
Uitdrukkingen en spreekwoorden

Uitdrukking is altijd een deel van een zin. Daarom veranderen de woorden van een uitdrukking soms (qua volgorde)
Lida maakt van een mug een olifant
Je moet van een mug geen olifant maken

Spreekwoord is een hele zin. De woorden van die zin kun je niet veranderen. Welke spreekwoorden ken je?

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk
5.5 Maken
Havo: opdracht: 3,7, 8, 10, 16 en 17
VMBO: 2,3,4 5 en 11 ab
+
Woorden leren met de woordentrainer 5.5

Slide 17 - Tekstslide

Lesdoelen
- Je kunt een aantal verschillen tussen woordenboeken opnoemen.
- Je weet wat de invloed is van het Engels op het Nederlands.
- Je kent ongeveer 25 nieuwe woorden. 

Slide 18 - Tekstslide