Klas 3G/T, H5 Spelling: tussenletters in samenstellingen

Nederlands klas 3 
Week 2021
Docent: meneer Weerman
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands klas 3 
Week 2021
Docent: meneer Weerman

Slide 1 - Tekstslide

Les 1 + 2 + 3
H5 Spelling: tussenletters in samenstellingen

Slide 2 - Tekstslide

Afspraken 
5 algemene afspraken:  
1. Ik ga respectvol om met anderen en andermans spullen 
2. Ik volg de instructie van alle medewerkers op 
3. Ik ruim (mijn) afval op 
4. Ik loop rustig door de school 
5. In school draag ik geen pet en doe ik mijn capuchon af 
 
En 4 afspraken in de klas:  
1. Ik heb mijn schoolspullen in orde 
2. Mijn iPad gebruik ik alleen met toestemming van de docent 
3. Mijn telefoon bewaar ik in mijn kluis. Let op: neem je je telefoon toch mee de klas in, dan doe je deze in de telefoontas. De school is niet aansprakelijk voor schade of diefstal. 
4. Luisteren we naar elkaar (hand opsteken voordat je wat wilt zeggen/vragen) 

Slide 3 - Tekstslide

Afspraken telefoon
Basis is dat telefoons niet zichtbaar zijn in de les. Leerlingen kunnen: 
- de telefoon blijft in de tas 
- de telefoon gaat in de telefoontas 
- de telefoon blijft in de kluis  
 
De docent 
- zorgt ervoor dat de telefoon niet “meer” zichtbaar is 
- draagt zelf zorg voor passende consequenties 
- hanteert hierbij afspraken rondom regel overtredend en grensoverschrijdend gedrag 


Slide 4 - Tekstslide

Vandaag
  • 10 min: Lezen / Teams checken
  • 10 min: Lesdoelen / Uitleg (video-uitleg) Spelling tussenletters
  • 20 min: Aan de slag: 
    - maken startopdracht / opdracht  (blz. )
    -samenwerken/zelfstandig werken
  • Klaar: maken (blz. )
  • 5 min: Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Vandaag
  • 10 min: Lezen
  • 10 min: Lesdoelen / Uitleg (video-uitleg) 
  • 20 min: Aan de slag: 
    - maken startopdracht / opdracht
    -samenwerken/zelfstandig werken
  • 5 min: Afsluiting

Slide 6 - Tekstslide

DOEL

TUSSENLETTERS IN SAMENSTELLINGEN

- je kunt tussenletters in samenstellingen goed spellen



Slide 7 - Tekstslide

Huiswerk
Hoofdstuk 5 -> Spelling tussenletters (bladzijde )
  • Lezen: theorie Spelling hoofdstuk 5 (+ video-uitleg)
  • Maken: opdracht

Slide 8 - Tekstslide

Tussenletters in samenstellingen
Als je twee woorden aan elkaar plakt, maak je een samenstelling: 
       fiets + tas = fietstas. 

Soms moet je tussen die twee woorden tussenletters toevoegen: 
  • (e)n-
  • e-
  • s-

Slide 9 - Tekstslide

-s-  &  -(e)n- 
Als je in een samenstelling een -s- hoort, dan schrijf je die ook: 
        – meningsverschil, Valentijnsdag.

Soms begint het tweede deel van de samenstelling met een s-klank. Vervang dan het tweede woord.
  - bruidssluier, want bruidsjapon; lievelingsschrijver, want lievelingsdier.
  - MAAR: hoofdstad, want hoofdweg.

Als het eerste deel van een samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat alleen een meervoud op -en heeft, schrijf je -en- tussen de woorden: paardenbloem, berenvel.

Slide 10 - Tekstslide

Uitzonderingen
• Het eerste deel heeft geen meervoud: rijstepap.
• Het eerste deel verwijst naar iets waarvan er maar één is: 
          zonnestraal, maneschijn.
• Het eerste deel heeft een meervoud op -en & -s: 
          seconde – seconden/secondes – secondewijzer.
• Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord
          knarsetanden (het eerste deel verwijst naar een werkwoord) 
          armelui, blindedarm (het eerste deel is een bijvoeglijk naamwoord)
• Het eerste deel versterkt een bijvoeglijk naamwoord: reuzefijn.

Slide 11 - Tekstslide

Tussenletters 
Klas 3 

Slide 12 - Tekstslide



Als het meervoud van het eerste deel van de samenstelling eindigt op -en, dan gebruik je 
-en als tussenletter.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld


paard + stal

wordt

paardenstal

Slide 14 - Tekstslide



Als het eerste deel van de samenstelling in het meervoud op zowel -en als -s kan eindigen, dan gebruik je als tussenletter een -e

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld

groente + soep

wordt

groentesoep

want

groenten/groentes

Slide 16 - Tekstslide

Als het eerste deel geen meervoud heeft op -en


Bijvoorbeeld:

rijst + vlaai

wordt

rijstevlaai

Slide 17 - Tekstslide

Het eerste deel versterkt het tweede deel van het woord


Bijvoorbeeld

beer + sterk

wordt

beresterk

Slide 18 - Tekstslide

Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord


bijvoorbeeld

lach + bek

wordt

lachebek

Slide 19 - Tekstslide

Het eerste deel gaat over iets waarvan er maar één is:


bijvoorbeeld

zon+ schijn

wordt

zonneschijn

Slide 20 - Tekstslide



De tussenletter -s kun je meestal horen. Lukt dit niet? Vervang dan het tweede deel van de samenstelling.

Slide 21 - Tekstslide

Voorbeeld

station + straat

wordt

stationsstraat

want...

station + hal = stationshal


Vervang tweede deel: dan hoor je de tussen -s


Slide 22 - Tekstslide

Welk woord is juist geschreven?
A
groentesoep
B
groentensoep
C
groentessoep

Slide 23 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
gedachtengang
B
gedachtesgang
C
gedachtegang

Slide 24 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
braamsap
B
bramensap
C
bramesap

Slide 25 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
lerarenkamer
B
lerarekamer
C
leraarkamer
D
leraarskamer

Slide 26 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
fietslot
B
fietsslot
C
fietsenslot

Slide 27 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
tarwesbrood
B
tarwenbrood
C
tarwebrood

Slide 28 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
bessesap
B
bessensap
C
bessap

Slide 29 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
horlogesmaker
B
horlogemaker
C
horlogenmaker

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Video

Samenstellingen

Twee of meer zelfstandige woorden die aan elkaar geschreven zijn en zo een nieuw woord vormen, noem je een samenstelling.


Soms moet je tussenletters gebruiken om een

goede samenstelling te schrijven.


fiets + tas = fietstas

paard + stal = paardenstal

Slide 32 - Tekstslide

Tussenletters gebruiken

Tussenletters -en:

Het eerste deel heeft alleen meervoud op -en.


krant + jongen = krantenjongen


Eerste deel krant: krant - kranten



Slide 33 - Tekstslide

Tussenletters gebruiken

Tussenletters -e:

Het eerste deel heeft meervoud op -en én op -s.


seconde + wijzer = secondewijzer


Eerste deel seconde: seconde (ev) - seconden of secondes (mv)




Slide 34 - Tekstslide

Tussenletters gebruiken

Tussenletters -e:

Het eerste deel heeft geen meervoud op -en.





rijst + pap = rijstepap


Eerste deel rijst: rijst (ev en mv)


horloge + maker = horlogemaker


Eerste deel horloge: horloge (ev) - horloges (mv)

Slide 35 - Tekstslide

Tussenletters gebruiken

Tussenletters -e:

Het eerste deel heeft een versterkende betekenis.


beer + sterk = beresterk





Slide 36 - Tekstslide

Tussenletters gebruiken

Tussenletters -e:

Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord.


lach + bek = lachebek


lach is een vorm van het werkwoord lachen





Slide 37 - Tekstslide

Tussenletters gebruiken

Tussenletters -s:

De tussenletter -s kun je meestal horen.


spruitje + lucht = spruitjeslucht







Twijfel je over de tussenletter -s, omdat je deze niet goed hoort?

Vervang dan het tweede deel.


damesschoen, want het is ook damestoilet

Slide 38 - Tekstslide

GELEERD?


- je weet wat samenstelligen zijn

- je kunt tussenletters in samenstellingen goed spellen

spelling tussenletters

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Video

Samenstellingen
Een samenstelling is één woord dat bestaat uit twee woorden
--> fiets+zaal = fietszaal

Bij het schrijven moet je soms een letter toevoegen tussen de twee woorden
  1. Samenstellingen met -en
  2. Samenstellingen met -e
  3. Samenstellingen met -s 


Slide 42 - Tekstslide

Tussenletters -en-

kort samengevat


Het eerste woord heeft altijd een meervoud op -en.


Bijvoorbeeld:

krantenbezorger - kippensoep - rozengeur

Slide 43 - Tekstslide

Tussenletter -e-

kort samengevat


  1. Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is.
    --> Koninginnedag, zonnescherm
  2. Het eerste woord heeft een versterkende betekenis.
    --> apetrots
  3. Het eerste woord heeft meervoud op -en én op -s.
    --> groentesoep

Slide 44 - Tekstslide

Tussenletter -s-

kort samengevat


De tussenletter -s- kun je meestal horen.

Begint het tweede woord ook met een s- of s-klank, vervang dan het tweede woord om de tussenletter -s- te horen.


Bijvoorbeeld:

meningsverschil - varkensstal / varkensvlees

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Video

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Video

Slide 52 - Tekstslide

Slide 53 - Tekstslide

geen tussenletter
Tussenletter 
e
Tussenletters
en
Tussenletter
s
tomaat+sap
groente-soep
champignon+saus
gehakt+bal
rogge+brood
bakker+room
varken+vlees
geit+kaas
kalf+kroket
worst+broodje
koffie+kopje
garnaal+pastei

Slide 54 - Sleepvraag