2 vmbo-kgt 1.7 Je gezondheid: zorgen

1.7 Zorgen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1.7 Zorgen

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen?
--> herhalen 1.6 Wetten, regels en hulp
leerdoelen vandaag
--> nieuwe theorie: 1.7 Zorgen & 1.8 Professionele zorg
zelf aan de slag
--> 2e uur: werken aan de presentatie

20/10 presentatie!

Slide 2 - Tekstslide

herhalen 1.6 wetten, regels en hulp
belangrijkste begrippen:
- Drank- en horecawet
- Wegenverkeerswet
- Mediawet
- tunneleffect
- Tabakswet
- Opiumwet

Slide 3 - Tekstslide

1.6 Wetten, regels en hulp
Alcohol en de wet:
Drank en Horecawet:
onder de 18 jaar mag je geen alcohol kopen en geen drank bij je hebben

Wegenverkeerswet: regels over alcohol in het verkeer
- een bestuurder mag tot 0,5 promille in zijn bloed hebben
- beginnende bestuurders mogen tot 0,2 promille in hun bloed hebben

Mediawet:
- geen reclame voor alcohol tussen 6.00 uur en 21.00 uur



Slide 4 - Tekstslide

1.6 Wetten, regels en hulp
Alcohol maakt je minder scherp. Je reageert trager.
Ook voelt het soms alsof je in een tunnel rijdt. Dit heet het tunneleffect.

Slide 5 - Tekstslide

1.6 Wetten, regels en hulp
Roken en de wet: Tabakswet
- je mag pas tabak kopen als je 18 jaar bent
- je moet je ID laten zien als je tabak wil kopen
- je mag niet roken in openbare ruimten, op de werkplek en in de horeca
- voor tabak mag op radio en tv geen reclame worden gemaakt
- op de verpakking van tabak moet een waarschuwing staan dat het slecht is voor je gezondheid




Slide 6 - Tekstslide

1.6 Wetten, regels en hulp
drugs en de wet: opiumwet
- je mag geen drugs bij je hebben, maken of verkopen
- sommige drugs worden gedoogd: ze zijn verboden, maar je wordt niet gestraft als je ze gebruikt en als je een kleine hoeveelheid bij je hebt
- je mag alleen cannabis in een coffeeshop kopen als je in Nederland woont



Slide 7 - Tekstslide

leerdoelen vandaag (1.7)
Aan het einde van de les:
- kan je drie vormen van zorg beschrijven en een voorbeeld noemen
- kan je aangeven hoe je voor jezelf kan zorgen bij veelvoorkomende gezondheidsklachten
- kan je beschrijven hoe je kleine wonden het beste kan verzorgen
- kan je vertellen hoe je brandwonden het beste kan verzorgen

Slide 8 - Tekstslide

1.7 Zorgen
Er zijn verschillende soorten zorg:
- zelfzorg: zorgen voor jezelf
- mantelzorg: zorgen voor elkaar
- professionele zorg: als beroep, betaald

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

1.7 Zorgen
Voorbeelden van zelfzorg:
- huismiddeltje gebruiken: een eenvoudig middeltje dat je zelf kunt klaarmaken, bv. melk of thee met honing
- geneesmiddel gebruiken: medicijn dat je bij de drogist of apotheker kunt kopen
- kiezen voor een gezondere leefstijl
(Als je niet beter wordt, ga dan naar de huisarts)

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

1.7 Zorgen
Een wond is een beschadiging van je huid. Het is dus belangrijk dat je weet hoe je  de verschillende wonden moet verzorgen. Dit verkleint de kans op infecties, littekens en het versnelt de wondgenezing)

Er bestaan verschillende soorten wonden:
- snijwonden
- kapotte blaren
- schaafwonden
- brandwonden



Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

1.7 Zorgen
Hoe behandel ik een kleine snijwond?
- schoonspoelen met water
- voorzichtig droogdeppen met schone doek of papier
- ontsmetten met ontsmettingsmiddel
- bedekken met pleister of verbandje

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

1.7 Zorgen
Hoe behandel ik een brandwond?
EERST WATER, DE REST KOMT LATER!!!
- onder lauw, stromend water
- kleine brandwond: 10 minuten spoelen
- grote brandwond: 30 minuten spoelen
- nooit kleding lostrekken van een brandwond
- grote brandwond: naar de dokter

Slide 18 - Tekstslide

1.8 Professionele zorg
Zelfzorg en mantelzorg zijn niet altijd voldoende.
Soms heb je professionele zorg nodig.

Huisartsen, specialisten en andere professionele zorgverleners bieden professionele zorg.

Slide 19 - Tekstslide

1.8 Professionele zorg
Als je klachten hebt, die niet overgaan, ga je als eerste naar een huisarts. Een huisarts volgt de volgende stappen bij onderzoek en behandeling:
- anamnese: vragen stellen over de klacht
- onderzoek: voelen, kijken, luisteren, bloeddruk meten
- diagnose: vaststellen van ziekte aan de hand van resultaten van het onderzoek
- behandelplan: bepalen geneeswijze

Slide 20 - Tekstslide

1.8 Professionele zorg
Een huisarts:
- luistert naar je klachten, onderzoekt je en schrijft medicijnen voor
- geeft advies over je leefstijl
- heeft een beroepsgeheim
- verwijst je eventueel door naar een paramedicus of een specialist
- werkt alleen of samen met anderen in een praktijk of gezondheidscentrum

Slide 21 - Tekstslide

1.8 Professionele zorg
Andere professionele zorgverleners:
- paramedicus (bv logopedist, fysiotherapeut): is geen arts, maar werkt wel aan je gezondheid
- specialist (kinderarts, cardioloog): gespecialiseerde arts, werkt meestal in het ziekenhuis, doet vervolgonderzoek
- verpleegkundige: in het ziekenhuis, verzorgt je na een operatie of bij een ernstige ziekte
- alternatieve genezers (naalden, kruiden): geen arts
- thuiszorg: helpt zieke mensen of mensen met een pasgeboren baby in hun eigen huis

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

VRAGEN??

Slide 24 - Tekstslide

herhalen leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kan je drie vormen van zorg beschrijven en een voorbeeld noemen
- kan je aangeven hoe je voor jezelf kan zorgen bij veelvoorkomende gezondheidsklachten
- kan je beschrijven hoe je kleine wonden het beste kan verzorgen
- kan je vertellen hoe je brandwonden het beste kan verzorgen

Slide 25 - Tekstslide

zelf aan de slag
1.7 Zorgen: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 43 en 44 maken

Klaar?
Door met 1.8 Professionele zorg
maken opdrachten 46 t/m 50


Slide 26 - Tekstslide

Presentatie maken

Slide 27 - Tekstslide

Presentatie maken
Maak groepjes van 1 - 3 personen
+/-5 minuten per persoon presenteren, 1 persoon = 5 min. 2 personen = 10 minuten, 3 personen = minimaal 15 minuten
(Langer mag natuurlijk altijd)
--> Kies een verslaving
Gokverslaving, alcoholverslaving, drugsverslaving, eetverslaving, gameverslaving etc.

Slide 28 - Tekstslide

Presentatie maken
--> Zoek informatie op over de verslaving
Wat is het voor verslaving? wat is de oorzaak? wat zijn de kenmerken? Wat zijn de gevolgen? Hoe kan je die persoon helpen? 
--> Maak een presentatie in PowerPoint of een ander programma
Gebruik plaatjes en ander beeldmateriaal (video etc.)

Slide 29 - Tekstslide

Presentatie maken
--> Zorg voor een inleiding, een kern en een slot
Zorg voor een goed lopend verhaal, lees niet alles op van de PowerPoint.
--> Zorg voor een goede taakverdeling
Ben je met meerdere klasgenoten? Verdeel de onderdelen goed onder elkaar!
--> Minimaal vijf slides per presentatie


Slide 30 - Tekstslide

Zet hem op!

Slide 31 - Tekstslide

Volgende week
--> 1e uur
S.O. thema 1: leren paragraaf 1.1 t/m 1.6
Zie Magister om te weten wat je moet leren hiervoor.
--> 2e uur
Werken aan de presentaties over de verslaving
Huiswerk: Paragraaf 1.7 opdrachten 43 & 44 
paragraaf 1.8 opdrachten 45 t/m 50


Slide 32 - Tekstslide