ordening les 2 hv1b met uitleg 4 rijken en 8 afdelingen dierenrijk di 6-6

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop opstarten en inloggen bij lessonup.
Daarna je laptop omdraaien met het beeld naar mij.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop opstarten en inloggen bij lessonup.
Daarna je laptop omdraaien met het beeld naar mij.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Laptop met scherm van je af draaien, en je aandacht bij het bord.

Slide 2 - Tekstslide

Deze les
-terugblik toets
-Uitleg kenmerken waarmee biologen de organismen ordenen.
-Verder werken aan de opdracht determineren.   
-Afsluiten; hoe is het deze les gegaan? 

Slide 3 - Tekstslide

De toets.
Gem cijfer:6,7
laagst 3,3 (zonder 0,5)
hoogst 9,1 (met 0,5)
20 x 0,5 er bij.

Inhaal: Tygo

Slide 4 - Tekstslide

-Uitleg kenmerken waarmee biologen de organismen ordenen.
-Je weet nu al wat ordenen is (Toch?)
-Je weet wat een soort is (Toch?)

Na ga je leren welke kenmerken (eigenschappen) biologen gebruiken om de soorten te ordenen.

Die gebruikte kenmerken kunnen in de loop van de tijd veranderen omdat we nog steeds nieuwe dingen ontdekken (Denk aan DNA). Soms is hierover wat ruzie tussen de biologen en er zijn dus verschillende systemen. 

Slide 5 - Tekstslide

De 4 rijken

Slide 6 - Tekstslide

Verschil in cellen






celwand,   bladgroenkorrels, celkern

Slide 7 - Tekstslide

Bij de nieuwe indeling kom je naast de 4 genoemde rijken  ook nog de domeinen prokaryoten (zonder celkern) en eukaryoten (met celkern)
tegen en zijn er geen 4 maar 7 rijken tegen.
Daar doen we nu verder niets mee. 

Slide 8 - Tekstslide

Rijk van de dieren
Rijk van de planten
Rijk van de bacteriën
Rijk van de schimmels

Slide 9 - Sleepvraag

Bij welk rijk kunnen de organismen bladgroenkorrels in de cellen hebben?

Bij het rijk van de

A
Bacteriën
B
Dieren
C
Schimmels
D
Planten

Slide 10 - Quizvraag

Rijken worden ingedeeld aan de hand van KENMERKEN. Welke kenmerken horen bij het rijk van de dieren?
A
celkern
B
celwand - celkern - bladgroenkorrels
C
celwand - celkern - bladgroenkorrels- vacuole
D
celwand - bladgroenkorrels - vacuole

Slide 11 - Quizvraag

Rijken worden ingedeeld aan de hand van KENMERKEN. Welke kenmerken horen bij het rijk van de Planten?
A
celwand - celkern - geen bladgroenkorrels
B
geen celwand - celkern - bladgroenkorrels
C
celwand - celkern - bladgroenkorrels
D
celwand - geen celkern-bladgroenkorrels

Slide 12 - Quizvraag

Dit rijk heeft geen celwand
A
Schimmels
B
Dieren
C
Planten
D
Bacteriën

Slide 13 - Quizvraag

Laptop met scherm van je af draaien, en je aandacht bij het bord.

Slide 14 - Tekstslide

Nog meer kenmerken
Voor de 4 rijken: bladgroen, celwand, celkern.
Maar dan moet je die 4 rijken weer verder ordenen.
Welke kenmerken gebruiken we dan?
Vandaag de kenmerken om de dieren verder te verdelen, volgende les om de planten verder in te delen.
Bij bacteriën en schimmels moet je weten dat sommige nuttig zijn en anderen schadelijk (voorbeelden...)
Deze kenmerken heb je nodig om je kwartet te kunnen maken en kun je ook gebruiken bij het maken van je determinatietabel.

Slide 15 - Tekstslide

Steeds kleineren groepen


Slide 16 - Tekstslide

Vertakkingsschema

Slide 17 - Tekstslide

Bij het indelen van de dieren in afdelingen kijken we naar symmetrie en skelet

Slide 18 - Tekstslide

Symmetrie

Slide 19 - Tekstslide

uitwendig skelet

Slide 20 - Tekstslide

inwendig skelet

Slide 21 - Tekstslide

8 afdelingen van het dierenrijk

Slide 22 - Tekstslide

eencelligen
  • Niet-symmetrisch
  • Geen skelet
  • Bestaan slechts uit 1 cel en leven in het water
Amoebe
Pantoffeldiertje

Slide 23 - Tekstslide

Sponzen
  • Niet-symmetrisch
  • Uitwendig Skelet --> skelet van hoornvezels tussen de cellen
  • Leven op de bodem van de zee

Slide 24 - Tekstslide

Holtedieren
  • Veelzijdig symmetrisch
  • meestal geen skelet
  • Leven in het water
  • Vangen hun prooi met tentakels

Slide 25 - Tekstslide

Wormen
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Geen skelet
  • lichaam is lang en dun

Slide 26 - Tekstslide

Weekdieren
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Uitwendig skelet --> meestal een schelp of huisje

Slide 27 - Tekstslide

Geleedpotigen
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Uitwending skelet --> een pantser
  • Groei alleen mogelijk tijdens vervelling
  • Gelede poten (bestaan uit stukjes)
  • Lichaam bestaat uit segmenten

Slide 28 - Tekstslide

Stekelhuidigen
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Inwendig skelet van kalk
  • Huid is bedekt met stekels/knobbels
  • Leven op de bodem van de zee

Slide 29 - Tekstslide

Gewervelden
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Inwendig skelet --> wervelkolom

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Indeling planten
- Zaadplanten
- Sporenplanten

Doen we volgende les

Slide 32 - Tekstslide

timer
5:00
Leerdoelen:
-Je weet hoe we met het thema ordening aan de slag gaan.
-Je weet waarom we "ordenen".
-Je weet hoe we kunnen ordenen.
-Je weet hoe een determinatie tabel werkt
-Je kunt zelf een determinatie tabel maken.
Kun je bereiken door:
De determinatie opdracht te maken:
Kies 16 organismen uit waar je de determinatie tabel of schema voor gaat maken.
Maak de tabel zo dat je altijd in 4 stappen (na 4 vragen) bij het juiste organisme uitkomt en je in het totaal niet meer dan 15 verschillende vragen hebt gemaakt waar je steeds met ja of nee op moet antwoorden.
Zorg dat je bij ieder organisme een plaatje zet.
Laatste 5 minuten sluiten we klassikaal af met 6 vragen.  

Determinatie opdracht op
15-6 eind vd les inleveren
Extra uitleg: ???

Slide 33 - Tekstslide

Afsluiting.
Zorg dat je de determinatie tabel op tijd af hebt en op juiste wijze inlevert.

Eerst nog even de dia met extra info over ordening.

Dan 6
 vragen om te kijken wat je al weet 


Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Wat is geen afdeling van het dierenrijk?
A
Geleedpotigen
B
Wormen
C
Sponzen
D
Slakken

Slide 36 - Quizvraag

Bij welke afdelingen zijn de dieren niet symmetrisch
A
eencelligen, weekdieren en wormen
B
weekdieren, stekelhuidigen en holte dieren
C
eencelligen, sponzen en wormen
D
eencelligen en sponzen

Slide 37 - Quizvraag

Welke van de afdelingen hebben geen skelet?
A
Gewervelden en stekelhuidigen
B
holtedieren en wormen
C
Wormen en weekdieren
D
Weekdieren en geleedpotigen

Slide 38 - Quizvraag

Een afdeling van het dierenrijk zijn de
eencelligen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quizvraag

Bij welke afdeling hoort de mier?
A
Sponzen
B
Weekdieren
C
Geleedpotigen
D
Gewervelde dieren

Slide 40 - Quizvraag

Een slak hoort bij de afdeling van de:
A
wormen
B
weekdieren
C
geleedpotigen
D
gewervelden

Slide 41 - Quizvraag

Dat was het voor deze les.
Deze lessonup kun je straks terugvinden bij de klas.

Blijf bij met je werk.
 
Tot de volgende keer!

 


Slide 42 - Tekstslide