A3c - donderdag 4 maart - §4.4

A3c - welkom
Vandaag...
... krijg je uitleg over de onderwerpszin
... krijg je uitleg over de meewerkendvoorwerpszin
... krijg je uitleg over de voorzetselvoorwerpszin
... daarna verwerk je de theorie met opd. 6, 7, 8, 9 en 11 van §4.4
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

A3c - welkom
Vandaag...
... krijg je uitleg over de onderwerpszin
... krijg je uitleg over de meewerkendvoorwerpszin
... krijg je uitleg over de voorzetselvoorwerpszin
... daarna verwerk je de theorie met opd. 6, 7, 8, 9 en 11 van §4.4

Slide 1 - Tekstslide

Maar eerst even opfrissen...
Geef steeds aan of de bijzin een lijdendvoorwerpszin of bijvoeglijke bijzin is.

Slide 2 - Tekstslide

Hoewel het Openbaar Ministerie een sterke zaak leek te hebben (=bijzin), werd de verdachte vrijgesproken.
A
lv-zin
B
bwb-zin

Slide 3 - Quizvraag

Het slachtoffer kwam verhaal halen bij de officier van justitie, omdat de verdachte op vrije voeten kwam (= bz)
A
lv-zin
B
bwb-zin

Slide 4 - Quizvraag

Zij bezwoer dat de schurk zich nooit ofte nimmer zou kunnen verschansen.
dat - verschansen = bz
A
lv-zin
B
bwb-zin

Slide 5 - Quizvraag

Zij zou compromitterende tekst en uitleg op internet zetten, zodat de man zich aan de digitale schandpaal genageld wist. (=bz)
A
lv-zin
B
bwb-zin

Slide 6 - Quizvraag

Onderwerpszin
- Wanneer een bijzin in een samengestelde zin fungeert als onderwerp, noemen we dat een onderwerpszin (o-zin)
- De onderwerpszin begint met:
       De voegwoorden dat of of (Dat hij de bus mist, gebeurt vaak.)
       wie of wat (Wie niet op tijd vertrekt, kan dat verwachten.)
- Soms wordt een onderwerpszin voorafgegaan door het persoonlijk voornaamwoord het. Het is onderwerp en verwijst naar de onderwerpszin. Daarom noemen we het een voorlopig onderwerp.: Het gebeurt bijna dagelijks, dat hij de bus mist.

Slide 7 - Tekstslide

Meewerkendvoorwerpszin
- Een bijzin die in een samengestelde zin fungeert als meewerkend voorwerp, noemen we een meewerkendvoorwerpszin (mv-zin)
- De mv-zin begint altijd met aan wie of voor wie

Hij vertelde het grapje aan wie daar aanwezig waren.

Slide 8 - Tekstslide

Voorzetselvoorwerpszin
- Een bijzin die in een samengestelde zin fungeert als voorzetselvoorwerp, noemen we een voorzetselvoorwerpszin (vzv-zin)
- een vzv-zin begint met:
     voegwoord dat of of : Ze was er benieuwd naar of ze nog lang moest wachten.
     Een voorzetsel gevolgd door een betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antecedent, wie of wat: Ze was benieuwd naar wie er zou proberen voor te kruipen

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag...
Lees de theorie op p. 162 en 163 nog eens goed door (of de lesstof online)
Maak opd. 6, 7, 8, 9 en 11 van §4.4 (huiswerk voor woensdag)

Je mag ook verder met je uiteenzetting, maar woensdag moet dit huiswerk wel af zijn.

Slide 10 - Tekstslide