Werkwoorden en werkwoordsvormen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Nederlands

Taalverzorging

Werkwoorden

Wat gaan we deze les leren?

• Werkwoorden herkennen

• Verschillende werkwoordsvormen herkennen in een zin

Werkwoorden

Werkwoorden

Werkwoorden komen in elke zin voor. 

Werkwoorden maken duidelijk wat er gebeurt of wat iemand doet.

Voorbeeld

Bas eet een heerlijke pizza.

Wat is het werkwoord in de volgende zin:
De politie geeft de fietser een boete.

Wat is het werkwoord in de volgende zin:
In de dierentuin verzorgt elke dierenverzorger zijn eigen dieren.

Wat is het werkwoord in de volgende zin:
Tijdens de vakantie ontmoette Daphne een leuke vriendin.

Wat is het werkwoord in de volgende zin:
Onze poes vecht altijd met de rode kater van de buren.

Werkwoordsvormen

Persoonsvorm

Karin luistert naar haar favoriete muziek.

Hele werkwoord (infinitief)

Karin wil naar haar favoriete muziek luisteren.

Voltooid deelwoord

Karin heeft naar haar favoriete muziek geluisterd.

Persoonsvorm

Herkennen: tijd veranderen.

1 werkwoord in de zin = persoonsvorm

Heel werkwoord

Werkwoordsvorm die in het woordenboek staat.

Voltooid deelwoord

Begint meestal met ge-, be-, ver- of -ont.

Staat nooit alleen in een zin.

Is gekoppeld aan persoonsvorm van hebben, worden of zijn.