3A 6.3 Samenleven

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht 

1. Geef de formule voor fotosynthese
2. Geef de formule voor verbranding
  1. Loop rustig het lokaal binnen en praat zachtjes
  2. Ga zitten op je stoel
  3. Je jas hang je over je stoel
  4. Pak je chromebook, boek, schrift + pen

timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht 

1. Geef de formule voor fotosynthese


2. Geef de formule voor verbranding
Antwoorden

1. 
Koolstofdioxide + water + zonlicht (energie) --> glucose + zuurstof

2.
Glucose + zuurstof --> energie + koolstofdioxide + water

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Ecologie & duurzaamheid

  • 6.1 Organismen en omgeving 
  • 6.2 Voedselrelaties / kringlopen
  • 6.3 Samenleven
  • 6.4 Natuurbeheer
  • 6.5 Mens en milieu
  • 6.6 Duurzaamheid
  • 6.7 Energiestromen ecosysteem
  • 6.8 Voedselproductie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Leerdoelen
  • Uitleg basisstof 6.3 --> Samenleven
  • 2 filmpjes symbiose --> 2 en 3 minuten
  • Opdracht samenleven
  • Opdrachten maken
  • Afsluiting 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat een biologisch evenwicht is.
  • Je kunt uitleggen hoe soorten afhankelijk zijn van elkaar voor voedsel, een schuilplaats en voortplanting. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Populatiegrootte
Het aantal organismen van dezelfde soort dat in een bepaald gebied leeft. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De populatiegrootte verandert constant

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Populatiegrootte
De populatiegrootte hangt af van de invloeden uit de omgeving, dus van biotische en a-biotische factoren. Bij optimale omstandigheden zal de populatie groeien. 

Meestal schommelt de populatiegrootte door de jaren heen = biologisch evenwicht

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Optimumkromme
De invloed van abiotische factoren kan worden 
weergegeven in een optimumkromme.
Hieruit kan je onderscheiden:
  • Minimum (minimaal nodig om te overleven)
  • Optimum (de grootste kans om te overleven en nakomelingen te krijgen)
  • Maximum (het maximale wat een organisme aankan om te overleven) 
  • Tolerantiegebied (het deel tussen minimum en optimum)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Optimumkromme       (optimum = beste omstandigheden)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Optimumkromme
Het diagram geeft de optimumkromme voor een organisme
Bij de ideale temperatuur (in dit geval 22 graden) is de kans op overleven en voortplanten het grootst.

Onder de 5 graden (= minimum)
en boven de 38 graden 
(= maximum) overleeft dit 
organisme het niet. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenleven
Een relatie kan gericht zijn op concurrentie (competitie) of op samenwerking. Concurrentie is de strijd/ competitie tussen organismen in een ecosysteem.
  • Voedsel
  • Ruimte
  • Licht

Daarom hebben dieren vaak een territorium om 
hun bronnen veilig te stellen.


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Concurrentie
  • Binnen een ecosysteem is er veel concurrentie
  • De hoeveelheid concurrentie heeft invloed op de overlevingskans.
  • De organismen die het best zijn aangepast aan het milieu hebben de grootste overlevingskans.


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenwerking
Samenwerking binnen een soort.


    Slide 16 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Relaties binnen een populatie
    • Rangorde --> dieren leven in een groep en 1 dier is de baas.

    • Territorium --> eigen gebied met duidelijke 
    grenzen die verdedigd worden tegen soortgenoten. 

    • Paarvorming: eenmalig of blijvend --------------->

    Relaties verminderen de kans op vechten

    Slide 17 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Relaties tussen soorten

    Slide 18 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Relaties tussen soorten
    Niche: de rol van een soort binnen een ecosysteem.
    Omdat iedere soort zijn eigen niche heeft, hebben soorten vaak geen last van elkaar terwijl ze wel in hetzelfde ecosysteem leven.

    Slide 19 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Niche
    De rol die een organisme (soort) heeft in een ecosysteem = niche.


    Slide 20 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Symbiose
    Langdurige relaties tussen organismen van verschillende soorten

    Slide 21 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Relaties tussen soorten

    Slide 22 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Relaties tussen soorten

    Symbiose:
    - mutualisme +/+
    - commensalisme +/0
    - parasitisme +/-

    Slide 23 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Mutualisme
    Een vorm van symbiose waarbij beide organisme een voordeel hebben. 

    +/+



    Korstmos: schimmel + algen
    Kunnen niet zonder elkaar leven

    Slide 24 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Commensalisme
    Vorm van symbiose waar de ene soort een voordeel heeft en de andere soort geen nadeel of voordeel.

    +/0

    Slide 25 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Parasitisme
    Vorm van symbiose waar ene soort voordeel en andere soort nadeel heeft.

    +/-

    Slide 26 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 27 - Video

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 28 - Video

    Deze slide heeft geen instructies

    Opdracht Samenleven
    1. De klas wordt verdeelt in groepjes van 3.
    2. Elk groepje krijgt een tekst over een leefgemeenschap in een duingebied.
    3. Lees de tekst, discussieer in je groepje en vul de tabel in. 
    4. Klassikaal nabespreken opdracht.

    Eerder klaar?
    Maak opdracht 1 t/m 4 en 6 t/m 9 (huiswerk).

    Slide 29 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 30 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Huiswerk

    Lezen 6.3

    Maken opdracht 1 t/m 4 en 6 t/m 9







    Slide 31 - Tekstslide

    Klaar: puzzel laten maken