interview

Je leert:
Hoe je interviewvragen formuleert.
Op welke twee manieren je een interview kunt schrijven.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Je leert:
Hoe je interviewvragen formuleert.
Op welke twee manieren je een interview kunt schrijven.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

 

 
Op welke manier stel je vragen?
Hoe leg je het interview schriftelijk vast?
Interview afnemen

Slide 3 - Tekstslide

  • Welke vraag zou jij hem willen stellen?
  • Schrijf twee vragen op die je goed vindt van de interviewer.
  • Schrijf een vraag op die jij op een andere manier zou stellen.
Kinderen stellen vragen aan Mark Rutte.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Open vragen

Gesloten vragen

Doorvragen
Open vragen:
Vragen waarop een lang antwoord verwacht kan worden.
Begin met :
Hoe komt het dat?
Kunt u mij vertellen hoe?


Op gesloten vragen kunnen alleen korte antwoorden gegeven worden.
Bijvoorbeeld: 
Hoe oud bent u?
Waar woont u?
Vind je het leuk om hier te wonen?
Doorvragen is soms nodig als het antwoord op je vraag uit 1 of een paar woorden bestaat.

Soorten vragen

Slide 6 - Tekstslide




  • Stel veel open vragen. Gebruik 5 w's aan begin.
  • Heb je toch een gesloten vraag gesteld, vraag door.
Interviewverslag:
  • Letterlijk:vraag en antwoord opnemen.
  • Samenvattend: Vragen weglaten en het interview samenvatten in eigen woorden met af en toe uitspraken van geïnterviewde.
Technieken

Slide 7 - Tekstslide

 


  • Open eerst via Magister-Nieuw Nederlands-hoofdstuk 1-een interview beoordelen. Bekijk het filmpje. Lees de theorie die onder het filmpje staat.
  • Oefening: Stel je gaat een docent op deze school interviewen 
     over zijn/haar werkzaamheden. 
  • Verzin 3 vragen waardoor je van hem/haar zoveel mogelijk te 
     weten komt.
  • We bespreken er een paar samen.


Korte oefening. Zie blz. 20 en 22 NN

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

  • Interview je ouders of je opa of oma, tante of oom.
  • Kom erachter hoe zij vroeger leefden zonder mobiele telefoon of internet/Netflix etc.
  • Laat ze een vergelijking maken tussen vroeger en nu.
  • Je verzint tien vragen die je kunt stellen. 
  • Je maakt aantekeningen tijdens  het interview.
  • Je schrijft tijdens de les het samenvattend interviewverslag. Daarvoor neem je tijdens die les je aantekeningen mee. Niet bij? Helaas een 1.

Opdracht interviewverslag tijdens de les

Slide 10 - Tekstslide

inleiding
Leuke beginzin
Introduceer geïnterviewde
Vertel wat onderwerp interview is.
Middenstuk
Twee of drie alinea's. 
Geef daar je samenvatting van het interview.
Gebruik citaten
Zet bij het citaat van wie het komt.
Slot
Samenvatting van middenstuk in andere woorden. Zorg voor conclusie.
Indeling samenvattend interviewverslag

Slide 11 - Tekstslide

Planning: donderdag 8 dec. schrijven tijdens de les
  • Verzin voldoende interviewvragen. Zeker 10. Doe dit vandaag.
  • Schrijf ze voor jezelf op.
  • Vraag aan je opa,oma, vader, moeder, tante of  iemand in jouw buurt of ze geïnterviewd willen worden. Kies 1 persoon uit.
  • Maak aantekeningen tijdens het interview.
  • Telefoon mag niet gebruikt worden om interview op te nemen.
  • Schrijf het samenvattend interviewverslag tijdens de les van 8 december. Op die dag neem je je aantekeningen mee.

Slide 12 - Tekstslide