Les 2 - geschiedenis dagbesteding

Dagbesteding
Les 2
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Dagbesteding
Les 2

Slide 1 - Tekstslide

Dagbesteding in zorg en welzijn
  • (re)activeren
  • leren van vaardigheden
  • vergroten en behouden van eigenwaarde
  • Leren omgaan met beperkingen
  • stabiliseren van functioneren
  • voorkomen van achteruitgang
  • Bereiken ander doel
  • Ondersteuning mantelzorg

Slide 2 - Tekstslide

Dagbesteding heden
  • Geïntegreerd in andere functies.
  • Vanuit eigen professionele deskundigheid de cliënt begeleiden in dagbesteding
  • Eigen regie
  • Participatiesamenleving 

Slide 3 - Tekstslide

Dagbesteding in het verleden
  • Arbeidstherapie (1920 -1970). Dagstructuur, begeleiding en behandeling . Verplicht. Werken is heilzaam. 
  • Bezigheidstherapie. (jaren 70) Aandacht afleiden van beperkingen. Aangenaam tijdverdrijf bieden. 
  • Activiteitenbegeleiding. (1980) Opleiding. Doelen. Zelfbeschikking. Onderdeel multidisciplinaire team.
  • Sociale werkvoorziening (1980 - 2014) arbeidsgeschiktheid behouden/herstellen/bevorderen. 2015: Participatiewet
  • Individualisering (1990). Vraaggericht werken.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wat zijn taken van de beroepskracht MZ t.a.v. de dagbesteding van cliënten?

Slide 6 - Open vraag

Financiering: WMO

Slide 7 - Tekstslide

Participatie
is het als volwaardig burger kunnen deelnemen aan wat er in de samenleving gebeurt. 

Slide 8 - Tekstslide

Het indelen van participatie
Participatie breed en smal;
Actieve en passieve participatie;
Participatie afgebakend naar domein;
Indeling naar doel en mate van interactie.

Slide 9 - Tekstslide

Participatie is belangrijk op de gebieden scholing, vrije tijd en werk

Scholing: ieder het recht heeft zich te ontplooien, zich te leren te ontwikkelen. Je kunt hier spreken van ontwikkelingsgerichte activiteiten.
Vrije tijd: ieder het recht heeft om zicht te ontspannen, om zich verbonden te voelen, om te leven en beleven. Je kunt hier spreken van belevingsgerichte activiteiten.
Werk: ieder het recht heeft op waardering voor zijn prestaties en de verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan zijn eigen (economische) bestaan.

Slide 10 - Tekstslide

Participatie breed en smal
Bij een brede opvatting gaat het om het meedoen aan het maatschappelijke verkeer in al zijn facetten en ook andere vormen van betrokkenheid, zoals op de blijven van nieuws en actualiteit.

Bij een smalle opvatting  draait het om deelname aan een bepaalde activiteit.

Slide 11 - Tekstslide

Actieve en passieve participatie
Het verschil tussen actieve en passieve participatie is de inzet die het vraagt van de deelnemer.

Slide 12 - Tekstslide

Lid zijn van natuurorganisatie.
A
Passief
B
Actief

Slide 13 - Quizvraag

In de studentenraad zitten
A
Actief
B
Passief

Slide 14 - Quizvraag

Participatie afgebakend naar domein
  1. Eigen inkomen 
  2. Zelfstandig functioneren
  3. Opdoen van vaardigheden
  4. Sociale contacten
  5. Maatschappelijke bijdragen
  6. Maatschappelijk deelnemen

Slide 15 - Tekstslide

Indeling naar doel en mate van interactie

Slide 16 - Tekstslide

Participatieladder
geeft houvast en kaders om doelen en activiteiten op in te richten

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Beantwoordt de onderstaande vragen
- Waarom is het, volgens het filmpje, belangrijk dat deze doelgroep actief participeert in de samenleving?
- Beschrijf op welke trede de vluchtelingen zich bevinden op de participatieladder. Licht je antwoord toe.

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk
Thieme Dagbesteding thema 1: Wat is dagbesteding?

Slide 20 - Tekstslide