1.5 Lengte en tijd

2 BK NaSk
Hoofdstuk:
1

Paragraaf:
5. lengte & tijd

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2 BK NaSk
Hoofdstuk:
1

Paragraaf:
5. lengte & tijd

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Controlevragen paragraaf 4
  • Vragen over huiswerk?
  • Uitleg over lengte en tijd
  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Een natuurverschijnsel is een opvallend iets wat niet veroorzaakt wordt door de mens. Welke?
A
Onweer
B
Regen
C
Mist
D
Zonneschijn

Slide 3 - Quizvraag

NASK gaat over stoffen die veranderen in de toestand. Welke stof kan smelten?
A
Steen
B
IJs
C
Hout
D
Metaal

Slide 4 - Quizvraag

wat is een onderzoeksvraag
A
Daarin staat wat je wilt ontdekken.
B
Dat de dokter je gaat onderzoeken
C
Dat het 100 graden Celsius is.
D
Daarin geef je antwoord op de conclusie

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een conclusie?
A
De vraag die je jezelf gesteld hebt
B
De informatie uit het onderzoek
C
Een antwoord op je onderzoeksvraag

Slide 6 - Quizvraag

Als je gaat werken met een brander moet je je houden aan de volgende veiligheidsregels:
A
Labjas aan en haren opbinden
B
Labjas aan, bril op en haren opbinden
C
Labjas aan en bril op
D
Bril op en haren opbinden

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer gebruik je de oranje vlam?
A
Wanneer je de brander tijdelijk niet gebruikt.
B
Wanneer je iets snel wilt verhitten.
C
Wanneer je iets voorzichtig wilt verwarmen.

Slide 8 - Quizvraag

Vragen over het huiswerk?

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg
Uitleg
wat?
uitleg over paragraaf 5
gedrag
leerling
- opletten
- aantekeningen maken
- vragen stellen
tijd?
ca. 10 min

Slide 10 - Tekstslide

Titel
Lesdoel;
Begrippen;
Je kunt van een aantal meetapparaten uitleggen waarvoor je ze gebruikt.

Je kunt het verschil uitleggen tussen analoge en digitale meetapparatuur.

Je kunt beschrijven wat een grootheid en wat een eenheid is.

Je kunt een lengte meten in centimeter en millimeter.

Je kunt centimeter en millimeter naar elkaar omrekenen.

- Meetapparatuur
- Schaalverdeling
- Analoog
- Digitaal
- Grootheid
- Eenheid

Slide 11 - Tekstslide

Meetapparatuur

Slide 12 - Tekstslide

Het verschil van Analoog en digitaal

Analoog


Digitaal

Slide 13 - Tekstslide

thermometer
Streepjes op regelmatige afstand van elkaar met daarbij een reeks getallen waarmee je een gemeten waarde kunt aflezen
Schaalverdeling
Schaalverdeling
3. De schaalverdeling is een lineaire verdeling tussen het 0 punt en het 100 graden punt. Dat betekent dat tussen elke graad een even grote stap zit.

Slide 14 - Tekstslide

Grootheid

Een grootheid is iets wat je kunt meten.
Voorbeelden zijn lengte, oppervlakte, tijd, gewicht en snelheid.

Je kunt er geen getal voorzetten : 2 lengte klopt niet..

Slide 15 - Tekstslide

Eenheid

Een eenheid vertelt iets over de grootheid.

Voorbeelden zijn meter, vierkante meter, jaar, hPa, liter en km/u.

Je kunt er een getal voor zetten : 2 meter

Slide 16 - Tekstslide

Van cm naar mm
Tel op je liniaal de eerste 10 mm. Je bent dan precies bij 1 cm.
                              1 cm = 10 mm

Om van millimeter naar centimeter te gaan, moet je delen door 10.
                              1 mm = 0,1 cm
Bijvoorbeeld: 8 mm = 8 : 10 = 0,8 cm.



Slide 17 - Tekstslide

Lengte meten
Je kunt meten hoe lang iets is. 


Om een lijn te meten, gebruik je een liniaal. Leg de nul van de liniaal bij het begin van de lijn . 
Met een liniaal kun je ook nauwkeuriger meten. Je meet dan in millimeter. 

Millimeter is ook een eenheid van lengte. Je kunt ‘millimeter’ afkorten met mm.





Tel op je liniaal de eerste 10 mm. Je bent dan precies bij 1 cm.
                              1 cm = 10 mm
Om van millimeter naar centimeter te gaan, moet je delen door 10.
                              1 mm = 0,1 cm
Bijvoorbeeld: 8 mm = 8 : 10 = 0,8 cm.


Slide 18 - Tekstslide

Even checken

Slide 19 - Tekstslide

Eenheid of grootheid?
Afstand
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 20 - Quizvraag

Eenheid of grootheid?
10 Centimeter
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 21 - Quizvraag

Eenheid of grootheid?
12 graden Celcius
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 22 - Quizvraag

Eenheid of grootheid?
Temperatuur
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 23 - Quizvraag

Eenheid of grootheid?
2 maanden
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 24 - Quizvraag

Centimeter is een eenheid van
A
Afstand
B
Tijd
C
Snelheid

Slide 25 - Quizvraag

Hoeveel millimeter zijn er in een centimeter?
A
1000
B
100
C
10
D
1

Slide 26 - Quizvraag

Werken
Aan de slag
wat?
zelfst. werken
hoe?
vraag 1 tm 14

(de oranje stukken hoeven niet)

blz 37 t/m 45
tijd?
20 min
hulp?
tweetal
docent loopt hulpronde
klaar?
nakijken

extra?
timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide

Hoe ging het vandaag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll