Koude oorlog les 1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

De Koude oorlog les 1: 

Deze les: 

• Herhaling communisme en kapitalisme
• introductie van de paragraaf.
• instructie: Koude oorlog
• uitwerken van leerdoelen en begrippen. 

Aan het einde van deze les: 

Kun je:

1. uitleggen wat kapitalisme is.
2. uitleggen wat communisme is.
3. uitleggen wat we bedoelen met blokvorming
4. uitleggen welke landen er bij het Oostblok hoorden
5. uitleggen wat we bedoelen met het Westen
6. Kun je uitleggen wat de Marshall hulp is en waarom dit een rol speelde in de groeiende blokvorming.

4.2: De koude oorlog

Koude Oorlog

Kapitalisme: 

betekenis: economisch systeem waarin mensen geld in bedrijven steken om winst te maken.

Communisme:

betekenis:  een (politieke) ideologie die ernaar streeft om productiemiddelen (arbeid, gebouwen, grondstoffen en machines) en verbruiksgoederen tot gemeenschappelijk bezit te maken. Het is een economisch systeem waarbij inkomens en goederen in gelijke mate onder de bevolking is verdeeld.

radicale vorm van socialisme

Tegenstellingen tussen Oost en West:

• Tijdens WO II VS en Sovjet-Unie bondgenoten, gezamenlijke vijand.
• Na 1945: Vijanden
• Groot deel van de wereld verdeeld in twee vijandige groepen landen.

Blokvorming:

• verschillende ideologieën: ideeën over de samenleving.
• VS: Democratie en kapitalisme
• SU: Dictatuur en communisme
• Beide landen willen hun ideeën over de wereld verspreiden, dit zorgt voor blokvorming: het ontstaan van vijandige groepen landen.
• Resultaat van WO II 

Blokvorming:

• Landen die bevrijd waren door de westelijke geallieerden kwamen onder Amerikaanse invloed te staan.
• Landen die door het Sovjetleger waren bezet kwamen in de invloedssfeer van de Sovjet- Unie 

Duitsland:

• opgedeeld
• kapitalistische Bondsrepubliek ( West- Duitsland)
• Communistische DDR ( Oost- Duitsland)
• Berlijn verdeeld 

Blokvorming:

• Het Oostblok: de communistische landen onder leiding van de Sovjet- Unie
• Het Westen: de democratische westerse landen onder leiding van de VS. 
• Begin van een lange periode van vijandschap:
  de Koude Oorlog.

Groeiende tegenstelling:

• vrees voor expansie (uitbreiding) van het communisme na 1945 in westerse landen groeit.
• Veel armoede na WO II, een deel van de mensen in Europa dacht dat het communisme hier de oplossing voor was.
• VS: Voeren van een buitenlandse politiek van containment (indamming)

Marshallhulp:

• vanaf 1948 miljarden dollars aan westerse landen landen in Europa voor economische ontwikkeling.
• Welvaart nam toe, communistische partijen krijgen in deze landen minder aanhang. 

Groeiende tegenstelling:

• VS gaven ook militaire hulp
• 1949: oprichting van een militair bondgenootschap met Canada en West- en Zuid-Europese landen.
• NAVO 

Groeiende tegenstanden:

• als tegenhanger tegen de NAVO richt het Oostblok het Warschaupact op.
• 1949: Sovjet-Unie heeft atoombommen
• 1949: Communisten grijpen de macht in China

Aan de slag:

• Nakijken paragraaftoets 
• Lezen en markeren van paragraaf 4.2, blz. 72- 73 Tegenstelling tussen Oost en West.  + uitwerken leerdoel 1 in je leerdoelendocument. 
• Lezen en markeren van paragraaf 4.2, blz 73 - 74 Groeiende tegenstellingen. + uitwerken leerdoel 2 in je leerdoelendocument. 
• Werk in je eigen woorden de begrippen: Oostblok,  Koude Oorlog, Ideologie en blokvorming uit.

Aan het einde van deze les: 

Kun je:

1. uitleggen wat kapitalisme is.
2. uitleggen wat communisme is.
3. uitleggen wat we bedoelen met blokvorming
4. uitleggen welke landen er bij het Oostblok hoorden
5. uitleggen wat we bedoelen met het Westen
6. Kun je uitleggen wat de Marshall hulp is en waarom dit een rol speelde in de groeiende blokvorming.