Lowan - het huis (de keuken)

Het huis



Vandaag: 

De keuken 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsISK

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Het huis



Vandaag: 

De keuken 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goedemiddag klas 1C
Hoe gaat het met jou?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik leer
- nieuwe woorden over de keuken

- nieuwe woorden over koken

- klanken (oe aa eu ui...) 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de
keuken

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De keuken

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
- Jullie krijgen allemaal een briefje met een woord
- Meneer Jelmer vertelt een verhaal
- Goed luisteren!
- Hoor je jouw woord? Dan briefje omhoog. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De tafel dekken
Het eten is klaar!
Wil jij de tafel dekken? 
Benoem de voorwerpen en sleep ze op hun plaats.
het mes
de lepel
de vork
het servet
het glas
het bord
de zalm
de tomaten
de sla

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden
- Mengen 

- Ik meng de bloem, eieren en melk

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden
- Snijden

- Ik snij de groente

- Snijden doe ik met een mes

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden
- Afgieten 

- Ik giet de pasta af 

- Het water uit de pan


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden
- Schenken

- Ik schenk de melk uit het pak

- Ik schenk de melk in de kom 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden
- Kruiden 

- Ik doe de kruiden in de pan

- Zout en peper  

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden
- Bakken 

- Ik bak de pannenkoeken 

- Bakken in een pan 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden
- Ingrediënten 

- Dat is wat je nodig hebt om te maken

- Melk, bloem, ei, zout - dit zijn ingrediënten 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nu gaan we oefenen met de nieuwe woorden

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als je kookt?
Luister naar de docent.
Welk plaatje hoort bij dit werkwoord?

Sleep het werkwoord naar het goede nummer 
Kan je met het werkwoord een zin maken bij het plaatje?
Wat kook jij graag?
1
2
3
4
5
6
Afgieten
Schenken
Kruiden
Bakken
Mengen
Snijden

Slide 17 - Sleepvraag

Voor de docent

Instructie
- Klik op de afbeeldingen om ze te vergroten.
- Klik op de hotspots voor een extra oefening met de werkwoorden en een gespreksopener.
- Uiteraard mogen ook andere werkwoorden benoemd worden. Discussie over wat ze zien op de afbeelding is geen probleem. Zie deze oefening als een opening om met elkaar in gesprek te gaan.
Opdracht 
- Jullie krijgen een opdracht op papier. 
- Goed kijken en lezen. 
- Maak de vragen .

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben we 
geleerd?
Bekijk het recept voor pannenkoeken.
  • 300 g bloem
  • 1 tl zout
  • 2 eieren
  • 500 ml halfvolle melk
  • 30 g roomboter
Lees het recept en sleep de juiste ingrediënten naar de beslagkom.
RECEPT
Pannenkoeken

Slide 19 - Sleepvraag

Voor de docent

Deze opdracht is naast een gespreksopener over een typisch Nederlands gerecht ook een oefening met lezen. 
Kunnen de leerlingen m.b.v. het recept de juiste ingrediënten selecteren.


Volgende slide laat zien hoe je pannenkoeken bakt.
Volgende les

- Eigen recept zoeken
- Wat zijn de ingrediënten? 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Link

Deze slide heeft geen instructies