Voorstelling

VOORSTELLING
Kunstbeschouwing
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

VOORSTELLING
Kunstbeschouwing

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Voorstelling is dus...

Slide 3 - Woordweb

Kunstbeschouwing

Slide 4 - Tekstslide

Bij vormgeving kijk je naar...

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Wat we hier zagen was:
A
allemaal figuratief
B
allemaal abstract
C
het verloop van realistisch naar abstract
D
het verloop van figuratief naar abstract

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Dit noemen we een:
A
Landschap
B
Fruitleven
C
Stilleven
D
Portret

Slide 9 - Quizvraag

Noem de kenmerken van een stilleven:

Slide 10 - Open vraag

Genres 
Een genre is een soort kunstwerk met een bepaald ONDERWERP. 

Een stilleven is een voorbeeld van een GENRE. 

Slide 11 - Tekstslide

Noem nog twee andere genres:

Slide 12 - Open vraag

Voorstelling: analyse
Wanneer je de voorstelling analyseert van een kunstwerk dan kijk je naar 
WAT je ziet.  Denk aan:
- Uitdrukking
- Houding
- Gebaar
- Welk verhaal is afgebeeld?
-Blikrichting
- Attribuut 

Slide 13 - Tekstslide

FOTOGRAFIE
De Nederlandse fotograaf Koos Breukel fotografeerde zijn zoon Casper regelmatig vanaf diens geboorte in 2000 tot aan zijn achttiende. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

De jongen Casper lijkt zich niet bewust te zijn van de fotograaf. Noem twee kenmerken van de jongen waaraan je dit ziet.

Slide 16 - Open vraag

ANTWOORDEN
  • Hij heeft zijn ogen gesloten.
  • Hij lijkt te luisteren naar muziek. / Hij heeft een koptelefoon.
  • Hij is in zichzelf gekeerd. / Hij gaat op in zijn eigen wereld.
  • Hij zit schuin voor de fotograaf. / Hij zit naar het vuur gericht.
  • Hij zit ineengedoken. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Beschrijf drie aspecten van de voorstelling waarin beide foto's van
Casper overeenkomsten vertonen.

Slide 19 - Open vraag

ANTWOORDEN:
Op beide foto's
  • Staat dezelfde jongen (met dezelfde gezichtskenmerken als neus,
  • Ogen, haarkleur e.d.).
  • Kijkt de jongen in de camera.
  • Draagt de jongen een ketting.
  • Heeft de jongen eenzelfde (neutrale) gezichtsuitdrukking.
  • Is de houding van de jongen driekwart (à trois quart).
  • Is er een lege achtergrond. 

Slide 20 - Tekstslide

STILLEVENS
De Nederlandse kunstenaar Louise te Poele maakt fotografische
stillevens, die ze zorgvuldig samenstelt van allerlei voorwerpen. Op
de volgende afbeeldig zie je haar stilleven Vis met ei uit 2015.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Het is een stilleven, toch lijkt het of er beweging te zien is.
Beschrijf twee aspecten van de voorstelling waardoor in het stilleven
beweging wordt gesuggereerd.

Slide 23 - Open vraag

ANTWOORDEN
Voorbeelden van juiste aspecten van de voorstelling:
  • de rookwalm (van een gedoofde lucifer) die omhoog kringelt
  •  het bord dat (van tafel) lijkt te glijden / het doosje lucifers dat (van tafel) lijkt te vallen / de lucifers die bijna (uit het doosje) lijken te vallen
  • het plastic dat lijkt op te waaien 

Slide 24 - Tekstslide