Periode 5 les 3

Periode 5 les 3
Ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, diarree, obstipatie en braken
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Periode 5 les 3
Ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, diarree, obstipatie en braken

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Terugblik
Theorie ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, obstipatie en diarree

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
Zijn er vragen ten aanzien van de zelfstudieopdrachten over de lever, alvleesklier en het buikvlies?

Slide 3 - Tekstslide

Welke stoffen worden door de lever opgeslagen?
Wel
Niet
Ijzer
Glucose (als glycogeen)
Vitamine A
Vitamine C
Alcohol
Bilirubine
Cholesterol

Slide 4 - Sleepvraag

Welk hormoon verhoogd de bloedsuikerspiegel?
A
Glycogeen
B
Glucagon
C
Insuline

Slide 5 - Quizvraag

Welk orgaan ligt niet ingepakt in het buikvlies?
A
De maag
B
De galblaas
C
De dunne darm
D
De baarmoeder

Slide 6 - Quizvraag

Theorie
Ziekte van Crohn en colitis ulcerosa

Slide 7 - Tekstslide

Ziekte van Crohn en colitis ulcerosa

Slide 8 - Woordweb

Midweekje weg
Roken 14-40
Ziek





Slide 9 - Tekstslide

De ziekte van Crohn en colitis ulcerosa
Gelijkenissen.
Ontstekingen darmslijmvlies.
Ontstekingsverschijnselen?
  • rubor, calor, dolor, tumor, functio laesa

Buikpijn, koorts, misselijkheid en vermoeidheid. 
Kenmerkend: symptomen en klachten.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Colitis ulcerosa en Crohn
Samen met de ziekte van Crohn valt colitis ulcerosa 
onder de noemer IBD, voluit Inflammatory Bowel Diseases 
(IBD), in het Nederlands: inflammatoire (ontstekingsachtige) darmziekten.

Ruim 80.000 mensen in Nederland met IBD.
Omgerekend: 1 op de 200 mensen. Iets meer dan de helft colitis ulcerosa. Elk jaar wordt bij ongeveer 1500 Nederlanders de diagnose colitis ulcerosa gesteld. Meestal tussen 15e en 40e levensjaar. Maar ook een piek bij mannen tussen 60 en 70. Komt iets vaker voor bij mannen. 

Slide 13 - Tekstslide

Colitis ulcerosa
Colitis ulcerosa betekent letterlijk een ontsteking van de dikke darm (colon = dikke darm, -itis = ontsteking), waarbij zweren ontstaan (ulcerosa)

Slide 14 - Tekstslide

Colitis ulcerosa
Het immuunsysteem valt ongevaarlijke, 
zelfs ‘gunstige’ bacteriën aan die in de 
darm thuishoren.
Slijmvlies van de darmwand wordt hierdoor aangetast, waardoor ontstekingen en soms pijnlijke zweren in de dikke darm ontstaan.
Altijd een aaneengesloten stuk van de dikke darm ontstoken. 

Slide 15 - Tekstslide

Oorzaken
Niet één duidelijke oorzaak. 
Wetenschappers vermoeden een combinatie van factoren.
Onderzoekers denken dat colitis ulcerosa erfelijk kan zijn. Tien procent tot een kwart van de mensen met colitis ulcerosa heeft een broer, zus, of ouder die deze ziekte of de ziekte van Crohn heeft.
Daarnaast denken wetenschappers dat omgevingsfactoren zoals voeding, extreem hygiënisch zijn en het hebben van een ‘westers’ leefpatroon een grote rol spelen. Verder lijken de soorten bacteriën die in de darmen leven zeker invloed te hebben. Ook dit houdt verband met voeding.

Slide 16 - Tekstslide

Onderzoek en diagnose
Bloedonderzoek > bloedarmoede en ontstekingen
Ontlastingonderzoek >  bacteriële infectie of een ontsteking van de darm. Ook kan in de ontlasting de mate van ontsteking vaststellen door het calprotectine te meten.
Coloscopie > de diagnose colitis ulcerosa 
door een kijkonderzoek met een 
endoscoop.

Slide 17 - Tekstslide

Voor de hooggeïnteresseerden
Calprotectine is een eiwit uit leukocyten dat bij ontsteking in de darm vrijkomt. Het kan gebruikt worden bij het monitoren van ziekte activiteit bij patiënten met een chronische inflammatoire darmziekte (IBD)

Slide 18 - Tekstslide

Colitis ulcerosa presenteert zich als een
A
acute ontsteking van het slijmvlies van de dunne darm
B
chronische ontsteking van het slijmvlies van de dikke darm
C
chronische ontsteking van het slijmvlies van dunne darm
D
acute ontsteking van het slijmvlies van de dikke darm

Slide 19 - Quizvraag

Colitis ulcerosa is
A
Een auto-immuunziekte
B
Een ontstekingsziekte van de dikke darm
C
Een huidaandoening
D
Een infectie van de longen

Slide 20 - Quizvraag

Wat zijn symptomen van colitis ulcerosa?
A
Diarree, buikpijn en bloed bij de ontlasting
B
Koorts en keelpijn
C
Vermoeidheid en gewichtsverlies
D
Hoofdpijn en spierpijn

Slide 21 - Quizvraag

Hoe wordt Colitis ulcerosa behandeld?
A
Met alleen een dieet.
B
Door het drinken van veel water.
C
Met medicatie en soms een operatie.
D
Met acupunctuur.

Slide 22 - Quizvraag

Ziekte van Crohn
Niet aaneengesloten ontstoken; gezonde en zieke stukken darm wisselen elkaar af.  
Er kunnen ontstekingen voorkomen in het hele spijsverteringskanaal, van de mond tot aan de anus.
Klachten 
Ziekteaanval heet een opvlamming of actieve periode.

Slide 23 - Tekstslide

Onderzoek en diagnose
Klachten
Lichamelijk onderzoek
Bloedonderzoek > bloedarmoede of ontsteking
Ontlasting > uitsluiten bacteriële infectie of ontsteking
Beeldvormend onderzoek, zoals een echografie, een CT-scan of MRI-scan.
Coloscopie > diagnose door een kijkonderzoek van darmen met een endoscoop > hapjes van het slijmvlies: biopten > patholoog voor microscopisch onderzoek.




Slide 24 - Tekstslide

Behandeling
Medicatie (chronisch en preventief)

Slide 25 - Tekstslide

De ziekte van Crohn zit:
A
alleen in de dikke darm
B
alleen in de dunne darm
C
van mond tot kont

Slide 26 - Quizvraag

Ziekte van Crohn is een chronische ziekte. Heeft iemand met de ziekte van Crohn altijd last hiervan?
A
Nee, afwisselend rustige en opvlammende periodes
B
Ja, iemand heeft hier altijd last van.

Slide 27 - Quizvraag

Wat zijn verschijnselen van de ziekte van Crohn
A
Vermoeidheid
B
Diarree
C
Buikkramp
D
Afvallen

Slide 28 - Quizvraag

De behandeling van de ziekte van Crohn heeft als doel:
A
ontstekingen remmen
B
klachten verminderen
C
voorkomen nieuwe ontstekingen
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 29 - Quizvraag

Ziekte van Crohn
Colitis Ulcerosa
Tijdelijk stoma
Ileostoma 
Ontsteking aan de maag
Buikpijn
Komt vaker voor
Jonge leeftijd
Alleen in dikke darm
ontstekingen vormen een aaneengesloten ontstoken gebied.

Slide 30 - Sleepvraag

Diarree
Buikloop
3 x of vaker
Ongevormd en dun
Afhankelijk van de oorzaak > klachten zoals misselijkheid, braken, koorts, buikpijn, buikkrampen en een algeheel gevoel van ziek zijn (algehele melaise) 
Acute diarree > plotseling > oorzaak buikgriep of eten of drinken van besmet voedsel of water > geneest meestal vanzelf.


Slide 31 - Tekstslide

Huisarts
Het is belangrijk om naar de huisarts te gaan als:

je hoge koorts hebt
er bloed bij je ontlasting zit
je hevige buikpijn of buikkrampen hebt
je erg suf bent
je heel weinig plast

Slide 32 - Tekstslide

Oorzaken
Een maag-darminfectie (Gastro-enteritis)
Ziekten van het maag-darmkanaal
Prikkelbare Darm Syndroom
Voedselintolerantie (bijvoorbeeld lactose-intolerantie)
Coeliakie (auto-immuunziekte waarbij sprake is van een afweerreactie tegen gluten)



Slide 33 - Tekstslide

Wat is de oorzaak van diarree?
A
Virus
B
Bacterie
C
Parasiet
D
Alle drie antwoorden zijn goed

Slide 34 - Quizvraag

Wat moet je doen bij zorgvragers met diarree?
A
Melk en zoetigheid geven
B
Laten wachten met toiletteren
C
De wcbril 5 x per dag schoonmaken
D
Vochtbalans bijhouden

Slide 35 - Quizvraag

Obstipatie
Ontlastingspatroon
Verstopping
Darmfunctie?


Slide 36 - Tekstslide

Oorzaken
Te weinig vezels
Te weinig drinken
Weinig bewegen
Aanleg
Uitstellen bij aandrang
Medicijnen (antidepressiva, ijzertabletten, plaspillen, morfine, medicijnen tegen epilepsie of Parkinson medicijnen)
Verkeerd gebruik bekkenbodemspieren
Psychische factoren zoals stress en spanning
Slow transit obstipatie (10 tot 15% van mensen die langdurig last hebben van verstopping > laxeermiddelen in combinatie met darmspoelen, of soms zelf een blijvend stoma.








Slide 37 - Tekstslide

Valse diarree of overloopdiarree is geen echte diarree
A
Juist
B
Onjuist

Slide 38 - Quizvraag

Braken
Braken is het uitdrijven van de maaginhoud door een krachtig en gecoördineerd samentrekken van de spieren van de buikwand en het diafragma. Meestal voorafgegaan door misselijkheid en kokhalzen. De aan- of afwezigheid van andere symptomen (b.v. koorts, diarree, pijn, peristaltiek, neurologische symptomen) is belangrijk om de ernst van het braken in te schatten.

Slide 39 - Tekstslide

Oorzaken 1/3
Gastro-intestinale oorzaken


Obstructie van de pylorus ( ulcus, tumor)
Mechanische obstructie dunne darm of colon (b.v. tumoren, ingeklemde hernia)
Motiliteitsstoornissen (b.v. gastroparese, pseudo-obstructie)
Infecties (b.v. gastro-enteritis, hepatitis, voedselintoxicatie)
Intraperitoneale pathologie (b.v. pancreatitis, appendicitis)

Neurologische oorzaken
Migraine
Verhoogde Intracraniële druk
Meningitis
Ontsteking evenwichtsorgaan















Slide 40 - Tekstslide

Oorzaken 2/3
Heftige pijnen
Myocardinfarct
Koliekpijn

Metabole aandoeningen
Ziekte van Addison (bijnierschorsinsufficiëntie)
Metabole acidose (te lage ph van het bloed)
Nierinsufficientie
Intoxicaties















Slide 41 - Tekstslide

Oorzaken 3/3
Medicatie
Chemotherapie voor maligne aandoeningen
Digitalis
Opiaten
Antibiotica

Psychische oorzaken
Psychogeen braken
Eetstoornissen















Slide 42 - Tekstslide

Hoe zou je iemand die braakt behandelen?

Slide 43 - Open vraag

Wat is een reflux?
A
Het terugstromen van maaginhoud naar de slokdarm en de mond.
B
Het terugstromen van de darminhoud naar de slokdarm en de mond
C
Explosief braken
D
Projectiel braken

Slide 44 - Quizvraag

Verzorging bij braken
Observatie
Wijze van braken
Hoeveelheid, geur, kleur en inhoud van het braaksel

Psychisch
Maaghevel

Slide 45 - Tekstslide