Verkeersborden

Verkeersborden
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkeerBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Verkeersborden

Slide 1 - Tekstslide

Er zijn veel verschillende verkeersborden. Vandaag behandelen we de belangrijkste en meest voorkomende verkeersborden die we gebruiken!

Slide 2 - Tekstslide


A
Let op! Verkeer van rechts
B
Verplichte rijrichting naar rechts

Slide 3 - Quizvraag


A
Pas op, de weg houdt hier op
B
Pas op, een gevaarlijk kruispunt
C
Pas op, ga niet op het kruis staan.

Slide 4 - Quizvraag


A
Einde voorrangsweg
B
Spoorwegovergang
C
Voorrangsweg

Slide 5 - Quizvraag


A
Let op het overige verkeer
B
Het verkeer van links en rechts heeft voorrang
C
Hier mag je niet verder rijden

Slide 6 - Quizvraag


A
Hier mogen alleen herenfietsen
B
Hier mag je je fiets neerzetten zonder trappers
C
Hier mag je de straat wel in fietsen
D
Alle fietsers mogen, behalve de herenfietsers

Slide 7 - Quizvraag


A
Harder rijden dan 50 km per uur
B
Je mag hier alleen rijden als je 50 jaar bent
C
Je moet 50 euro betalen
D
Je mag niet harden dan 50 km per uur rijden

Slide 8 - Quizvraag


A
Je komt in de buurt van een vliegveld
B
Hier kunnen raketten opstijgen
C
Je rijdt op een voorrangsweg en moet voorrang krijgen
D
Kijk uit voor verkeer van links en rechts

Slide 9 - Quizvraag


A
Pas op, spelende kinderen
B
Hier geen tikkertje spelen
C
Pas op, overstekende kinderen

Slide 10 - Quizvraag


A
Hier komt de wind altijd uit het westen
B
Pas op... kans op harde wind
C
Pas op... zijwind

Slide 11 - Quizvraag


A
Hier is het vliegveld
B
Hier is het voetpad
C
Hier is de snelweg
D
Hier is water

Slide 12 - Quizvraag


A
Fiets rustig en als er niets aan komt mag je door
B
Je MOET hier stoppen
C
Dit bord geldt niet voor fietsers

Slide 13 - Quizvraag


A
Hier is de bebouwde kom
B
Hier stopt Helmond met bouwen
C
Schrijffout
D
Hier is het einde van de bebouwde kom

Slide 14 - Quizvraag


A
Rijdt stapvoets, dit is een woonerf
B
Hier moet je voetballen
C
Pas op, auto!

Slide 15 - Quizvraag


A
Pas op, kuilen in de weg
B
Hier niet graven
C
Hier mag je scheppen
D
Pas op, wegwerkzaamheden

Slide 16 - Quizvraag

regel:
Wanneer er geen tekens of borden op de weg staan gaat al het verkeer van rechts voor.

Slide 17 - Tekstslide

Dit is een kruising zonder verkeersborden. Wie mag er eerst?
A
de groene auto
B
de blauwe auto
C
de rode auto

Slide 18 - Quizvraag

Wie heeft er hier
voorrang?
A
de rode auto
B
de blauwe auto

Slide 19 - Quizvraag

En wie heeft er nu
voorrang?
A
de rode auto
B
de blauwe auto

Slide 20 - Quizvraag

Uitleg:
Het bord geeft aan u nadert een gevaarlijke kruising.
De voorrang is verder niet met borden geregeld. Verkeer van rechts heeft dus voorrang. Dat is de blauwe auto voor de rode auto.

Slide 21 - Tekstslide

regel:
Verkeer dat rechtdoor op dezelfde weg gaat, gaat voor verkeer dat afslaat. 

Slide 22 - Tekstslide

Wie heeft er nu
voorrang?
A
de groene auto
B
de blauwe auto

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide